Selecteer een pagina

Beleid voor de creatieve industrie: Amsterdamse ervaringen

Algemeen

In de afgelopen drie jaar heeft het Amsterdams beleid voor de creatieve industrie zich geleidelijk ontwikkeld. In het Kunstenplan 2005-2008  Amsterdam Creatieve Stad  is gekozen voor een programmatische aanpak, waarbij het stimuleren van de groei centraal staat. Om dit te bereiken zijn vijf actielijnen geformuleerd.

De TNO-rapportage De creatieve industrie in Amsterdam en de regio (september 2004) toont aan dat de creatieve industrie een belangrijke bijdrage levert aan de Amsterdamse economie. De creatieve industrie biedt in Amsterdam 31.642 arbeidsplaatsen. Dit is 6.7% van alle Amsterdamse arbeidsplaatsen. Daarmee is de creatieve industrie n van de middelgrote sectoren van de Amsterdamse economie, vergelijkbaar met de horeca of het onderwijs. Verder blijkt uit het onderzoek dat de creatieve industrie een belangrijke groeisector is. Een ander belangrijk resultaat van het onderzoek is de inmiddels breed geaccepteerde werkdefinitie van de creatieve industrie.
De creatieve industrie is een specifieke vorm van bedrijvigheid die producten en diensten voortbrengt die het resultaat zijn van individuele of collectieve, creatieve arbeid n ondernemerschap. Inhoud en symboliek zijn de belangrijkste elementen van deze producten en diensten. Ze worden aangeschaft door consumenten en zakelijke afnemers omdat ze een betekenis oproepen. Op basis daarvan ontstaat een ervaring. Daarmee speelt de creatieve industrie een belangrijke rol in de ontwikkeling en onderhoud van levensstijlen en culturele identiteiten in de samenleving.
De creatieve industrie is een verzamelbegrip, waarbinnen drie sectoren worden onderscheiden: kunsten, media en entertainment, en creatieve zakelijke dienstverlening. De indeling weerspiegelt de overheersende ideologie binnen de sector, en is daarmee richtinggevend voor de rol van de overheid.
Binnen de kunsten staan artistieke motieven centraal, pas in tweede instantie gaan economische motieven een rol spelen. De overheid moedigt het cultureel ondernemerschap wel aan, maar kiest er niet voor om dit deel van de creatieve industrie geheel aan de markt van vraag en aanbod over te laten. In 2004 waren er in de regio Amsterdam 12.325 banen in de kunsten. Dit is zon 30% van alle Nederlandse banen in de kunsten.
De sector media en entertainment is, zeker in vergelijking met de kunsten, zeer marktgedreven. Er wordt vooral ingespeeld op de wensen van consumenten en op technologische ontwikkelingen. In 2004 waren er in de regio Amsterdam 27.741 arbeidsplaatsen in media en entertainment. Dit is meer dan 38% van alle Nederlandse banen in deze sector.
De creatieve zakelijke dienstverleners leveren hun creativiteit aan andere bedrijven. Kenmerkend voor deze zakelijke markt is de combinatie van artistieke motieven met een duidelijke marktgerichtheid. Belangrijke sectoren zijn grafische en industrile vormgeving, mode en reclame. In 2004 waren er in de regio Amsterdam 17.730 banen in de creatieve, zakelijke dienstverlening. Dit is zon 17% van alle Nederlandse banen in deze sector.
Met het TNO-onderzoek is het economische en culturele belang van de creatieve industrie aangetoond. In het Kunstenplan 2005-2008 Amsterdam Creatieve Stad is gekozen voor een programmatische aanpak, waarbij het stimuleren van de groei centraal staat. Om dit te bereiken zijn vijf actielijnen geformuleerd:

1 investeren in onderwijs en experiment
Investeren in creatieve industrie is vooral investeren in mensen. Door in het beroepsonderwijs meer aandacht te besteden aan de creatieve industrie ontstaan er voor jongeren meer mogelijkheden in deze groeiende bedrijfstak. Daarnaast moeten productiefaciliteiten en werkplaatsen meer ruimte bieden voor onderzoek en experiment, waaronder de toepassing van nieuwe technologien in het ontwerp- en productieproces.

2 Creatieve industrie openen voor cultureel en creatief talent uit alle lagen van de samenleving
Niet alle Amsterdammers ontwikkelen hun talenten met een formele opleiding. Door te investeren in eigentijdse cultuurproducenten (videokunst, straatmode, dj-ing, mc-ing, spoken word, stand-up comedy, urban) ontstaan er meer mogelijkheden voor deze vormen van populaire cultuur.
In 2007 vindt de eerste editie van Streetlab plaats. Een internationaal vijfdaagsfestival over jongeren, streetfashion en streetart. Streetlab geeft jonge talentvolle makers van 15-25 jaar een internationaal podium.

3 Verbeteren van bedrijfsmatige vaardigheden
Creatief talent alleen is niet toereikend. Ondernemen vraagt om de ontwikkeling van ondernemerskwaliteiten en kapitaal voor (vaak) kleinschalige investeringen. Van ondernemers vraagt dit een betere, bedrijfsmatige en financile onderbouwing van hun plannen. Daarnaast worden financiers steeds beter genformeerd over de economische kansen van de creatieve industrie.
In de talentenfabriek krijgen toptalenten een vliegende start met huisvesting, telecom- en kredietfaciliteiten, administratieve ondersteuning en een opdracht.

4 Verbeteren van werk- en vestigingsklimaat
Zonder een gevarieerd en kwalitatief hoogwaardig aanbod van werkruimtes en gecombineerde woonwerkruimtes kan de creatieve industrie niet functioneren.
Het project Broedplaats Amsterdam heeft sinds 2000 zon 900 nieuwe woon/werk, project- en repetitieruimten gerealiseerd. De doelstelling voor 2006-2010 is het realiseren van ruim 1.100 werkruimten. In transformatiegebieden als de Noordelijke IJoevers (NDSM, Buiksloterham, Overhoeks) wordt eveneens ruimte voor de creatieve industrie gerealiseerd.

5 Benutten van internationale mogelijkheden
Amsterdam heeft door de grote concentratie van kunstenaars, cultuurproducenten, culturele instellingen en bedrijven de benodigde massa en diversiteit om een internationale sprong te maken. Het gaat hierbij om het combineren van de eigen culturele positie met een internationale orintatie, oftewel act local, to stay global.
Vooral internationale vakbijeenkomsten zijn een sterk instrument. Ze versterken de reputatie van Amsterdam als creatieve stad, stimuleren het zakelijk en cultureel toerisme, en vergroten de afzetmogelijkheden voor de creatieve industrie. Zo investeert de gemeente sinds 2004 in de Amsterdam International Fashion Week en Amsterdam Design. Met Picnic 06, The Cross media week wordt dit jaar gestart met een jaarlijkse vakbijeenkomst voor de internationale cross media-industrie.

Vergeleken met drie jaar geleden is de creatieve industrie inmiddels een erkend beleidsterrein. In het programakkoord 2006-2010 is ondermeer gekozen voor het versterken van een creatief en kennisintensief klimaat, waarbij wordt genvesteerd in het cluster nieuwe media, cultuur en ICT. Creativiteit wordt gezien als de motor achter de aantrekkingskracht en de dynamiek van de stad. Met het programma Amsterdam Topstad wil Amsterdam een eigen, onderscheidende plaats veroveren in de top van Europese steden. Het beleid voor de creatieve industrie komt hiermee in een volgende fase. Er komt een breed gedragen programma creatieve industrie 2007-2010, waarmee overheid en bedrijfsleven gezamenlijk werken aan de groei van de creatieve industrie in de regio Amsterdam.

Auteur: Robert Marijnissen R.Marijnissen@DMO.AMSTERDAM.nl

468

Reactie verzenden

Share This