Selecteer een pagina

Centraal: Het internet en kunst, cultuur en leisure

Algemeen

Ook MMNieuws komt er niet onderuit: internet. Voor het einde van dit jaar start ook MMNieuws een website. Maar hoe zit het verder met internet binnen de culturele en leisure sector? Centraal is dit keer gewijd aan het toenemende gebruik en de mogelijkheden van internet. Daarnaast kijken we binnen de sector wie op het web zit en geeft Philia Stekelenburg enkele nuttige web design tips.

Algemene cijfers

Verschillende bureaus doen continu onderzoek naar het gebruik van internet 1. De uitkomsten van het gebruik variren vanwege verschillen in vraagstelling en tijdstip van telling. Volgens Trendbox telde Nederland in 1998 meer dan 1 miljoen internetgebruikers 2. Nu komt Trendbox uit op 6 miljoen Nederlanders die wekelijks op internet te vinden zijn. Volgens Pro Active is 4,7 miljoen online en hebben 6 miljoen mensen toegang tot internet. 85% van de jongeren (16 tot 25 jaar) is online (Trendbox), maar Databureau telt 65%. Van de 65-plussers heeft 7% internet wel eens gebruikt. Databureau zegt dat inmiddels 10% van de 65-plussers online is vier keer zoveel als in het begin van 1999. Het internetgebruik stijgt sneller onder vrouwen dan onder mannen. Van de frequente gebruikers is 40% vrouw, een toename van 25% in het laatste half jaar. Ondanks de toename van het aantal vrouwen dat online is, besteden mannen nog steeds meer tijd aan/op internet. (Medialoket en Intomart, 2000)

Gebruik internet

Het NIPO heeft in opdracht van Ilse Media het gebruik van internet onderzocht. Het gericht zoeken naar bepaalde informatie blijkt de voornaamste activiteit te zijn waarvoor het net gebruikt wordt (86%). 68% van de internetters e-mailt. 56% surft gewoon en 42% downloadt software en muziek. Chatten wordt steeds meer populair (14%), vooral onder jongeren. Een kwart van de internetters heeft wel eens een priv-aankoop gedaan via het net. Het aantal mensen dat koopt op internet is gestegen tot 1,7 miljoen Nederlanders (Trendbox, 2000). Cds zijn de populairste aankoop (44%), gevolgd door boeken (36%) en software (19%). Fanatieke webshoppers zijn mannen in de leeftijdsgroep van 35 en 44 jaar.
Het aantal potentile online shoppers is 22% van de Nederlandse internetters. Nu heeft 12% van de internetters online diensten en goederen besteld.

Internet en vrije tijd

63% van het internetgebruik gebeurt in de vrije tijd. De gemiddelde internetgebruiker zat in 1995 meer dan 4 uur per week achter de computer, tegenover 3 uur in 1990. Op dit moment ligt het aantal uren rond de 8 10 per week. Thuis zitten mannen langer achter de computer om te surfen (10 uur, tegen vrouwen 8 uur).
Op het gebied van vrijetijdsbesteding wordt internet gebruikt als een directe vorm (werkelijke vrijetijdsbesteding) en indirecte vorm (internet raadplegen ten behoeve van de vrijetijdsbesteding). De directe vorm omvat surfen, chatten, lezen van e-zines en nieuwsgroepen, e-mailen, muziek beluisteren en downloaden, en het bekijken van webcams. (Travel is overigens op dit moment het meest ingetypte woord bij zoekmachines op internet. MP3 downloaden muziek staat op de tweede plaats, gevolgd door het woord seks. Carp, september 2000). Deze vorm van internetgebruik leidt tot een verschuiving van vrijetijdsbesteding binnenshuis en gaat met name ten koste van tv kijken 3. De halfjaarlijkse analyse van Het Media Loket en Intomart, op basis van de kijkcijfers uit het Continue Kijkonderzoek van april 2000, toont aan dat mensen die thuis internet hebben en ook daadwerkelijk gebruik maken van internet, 13% minder tv kijken dan de totale populatie. Een jaar geleden was dit nog 10%.

Het opzoeken van informatie over vrijetijdsmogelijkheden, het bestellen van tickets (vliegen, hotel, bioscoop, theater), cds, boeken en andere vrijetijdsartikelen leidt juist tot meer vrijetijdsbesteding binnen- en buitenshuis. Gedetailleerde cijfers over het gebruik in de vrije tijd zijn nog niet voorhanden. In het Sociaal en Cultureel Rapport 2000 van het Sociaal en Cultureel Planbureau komt in hoofdstuk 13 Vrije tijd, media en cultuur het gebruik van internet niet of nauwelijks aan bod.

Websites in de vrijetijdssector

Het toenemende gebruik van internet en de perceptie dat internet een goedkoop reclamemedium is, heeft geleid tot een forse groei van het aantal websites. In 1998 bood 76% van de 75 grootste vliegtuigmaatschappijen en hotels boekingen en reserveringen aan via internet. 61% van de reisagenten is online. 13% verkoopt producten en diensten via internet. (American Society of Travel Agents, 1998).
Ook de dagrecreatieve sector loopt niet meer achter en de ene interessante website na de andere kunnen we op het web vinden. 78% van de attractieparken en dierentuinen is inmiddels online (zie tabel). Het gaat niet alleen om informatie verschaffen: het creren van virtuele vrijetijdsomgevingen op het web komt steeds meer voor. Bezoekers kunnen bijvoorbeeld rondkijken in driedimensionale hotelkamers, conferentie- en vrijetijdsfaciliteiten, voordat ze boeken
(www.hilton.com) of de drukte in een themapark bekijken (www.duinrell.nl).
De culturele instellingen lopen nog wat achter met betrekking tot de leisure sector. Toch heeft al meer dan de helft van de expositieruimten een website. Voor musea geldt dat voor slechts eenderde (voornamelijk de grote musea). Van de theaters heeft 41% een site.

Een voorbeeld van een nieuwe website in de culturele sector is Uitlijn.nl. Bas Koopman zet in het Boekmancahier uiteen 4 wat de waarde is van de nieuwe Uitlijn.nl in het marketingbeleid van het AUB en voor de kunstinstellingen. De consument kan via Uitlijn.nl doorklikken naar de gewenste kunstinstelling. Internet werkt goed voor de marketing van producten waarbij mensen een hoge betrokkenheid voelen. Kaartjes voor voorstellingen en uitvoeringen op het terrein van podiumkunsten vallen hier ook onder. Internet biedt kunstinstellingen de mogelijkheid via recensies, fotos en geluidsfragmenten een duidelijker beeld te schetsen van het gebodene. Het Zuidelijk Toneel bijvoorbeeld (www.hzt.nl) verzorgde op 26 oktober 1999 een live uitzending op internet. In het online publieksonderzoek van AUB gaven de respondenten aan het belangrijk te vinden meningen uit te wisselen en kortingen te ontvangen in ruil voor het opgeven van voorkeuren. Men is genteresseerd in meer recensies, meer links en meer achtergrondartikelen en interviews.

Conclusies

Hoewel de gegevens verschillen, is het duidelijk dat het aantal internetgebruikers en websites enorm toeneemt. We proberen elkaar steeds meer te vinden op het web en we kopen ook meer via het web. Voor de culturele en de leisure sector liggen hier nog vele kansen:
verkoop van tickets, contacten opbouwen met bezoekers, het aanbieden van recensies, fotos, beelden en geluidsfragmenten etc. In de volgende nummers houden wij u op de hoogte van de ontwikkelingen en zullen wij culturele en leisure websites kort bespreken.

1 www.multiscope.nl, www.nipo.nl, internet.databureau.nl, www.trendbox.nl, www.proactive.nl, www.flycatcher.nl,
www.intomart.nl, www.medialoket.nl.

2 Bonink en Richards Internet gaat vrijetijdsgedrag beinvloeden In: Recreatie en Toerisme,1998.

3 Castelijn Nieuwe Media, nieuwe kansen. Internet als extra bindmiddel In: EYE, september 2000.

4 Koopman. Online eieren eten: de marketing van podiumkunsten via internet. In: Boekmancahier 45/2000

Auteur: Caro Bonink

468

Reactie verzenden

Share This