Selecteer een pagina

Centraal: Nederland; Het Gelders Oudheidkundig Contact: Vlaanderen; Erfgoedconvenants in Gent en Mechelen

rubriek: centraal

Algemeen

De provincie Gelderland heeft in het kader van het Actieplan Cultuurbereik, dat door het Rijk samen met provincies en gemeenten is opgezet, onder de titel Verbindingen een vierjarig beleidsplan opgesteld voor de jaren 2001-2004. Met dit plan poogt de provincie een impuls te geven aan de verbetering van het cultuurklimaat in Gelderland. Belangrijkste doelen zijn het vergroten van de cultuurdeelname, het verbeteren van het productieklimaat en het versterken van de samenhang met andere provinciale beleidssectoren als economie, ruimtelijke ordening, wegenaanleg en welzijn. In september 2002 stelden Provinciale Staten bijna 7,2 miljoen extra beschikbaar voor realisatie van het beleidsplan.

In het hoofdstuk over cultureel erfgoed wees de provincie een centrale plaats toe aan het Gelders Oudheidkundig Contact (GOC). Het GOC functioneert in Gelderland sedert 46 jaar als erfgoedkoepel voor alle erfgoedinstellingen, zoals musea, historische verenigingen, archieven en monumentenorganisaties.

De provincie subsidieert het GOC voor twee steunfuncties, met name het consulentschap voor de musea en het consulentschap voor de geschiedbeoefening. Het GOC verstrekt daartoe onder meer adviezen over bedrijfsvoering en uitvoering van de overige kerntaken aan museale instellingen, verzorgt cursussen, activiteiten en publicaties en zet specifieke projecten op. Zo realiseert het GOC in samenwerking met EDU-ART, de steunfunctie voor cultuureducatie, onder meer het project Erfgoededucatie Gelderland. Dat moet ertoe leiden dat erfgoedinstellingen en onderwijs een structurele relatie gaan onderhouden. Circa 25 deelprojecten zijn in deze cultuurplanperiode ontwikkeld, waaronder de site www.gelderlandbinnenstebuiten.nl. Via deze site kunnen middelbare scholieren kennis maken met de archieven rondom een specifiek huis.
De provinciale cultuurnota Verbindingen heeft randvoorwaarden geschapen voor nog meer samenwerkingsprojecten, zoals het Woordenboek van de Gelderse Dialecten, de Gelderse erfgoedsite www.geschiedenisgelderland.nl en het Audiovisueel Archief Gelderland (AVAG). De provinciale nota Belvoir maakte het project Buitenkansen mogelijk, dat voorziet in een provinciaal educatief aanbod en deskundigheidbevordering op het gebied van archeologie, monumentenzorg, natuur- en landschapsbehoud.

Erfgoed moet!
Om het cultureel vermogen van de Gelderse erfgoedinstellingen beter zichtbaar te maken stelde de provincie het GOC in eerste instantie een budget van 180.000 ter beschikking. Om eerst helder in beeld te krijgen wat de activiteiten zijn van de ruim 350 Gelderse erfgoedinstellingen (musea, historische verenigingen, archieven en monumentenorganisaties) op het gebied van marketing en PR en voor welke activiteiten zij ondersteuning nodig hebben, gaf het GOC de Wetenschapswinkel van de Universiteit Twente de opdracht daar een onderzoek naar in te stellen. Het resultaat van dit onderzoek is inmiddels gepubliceerd onder de titel Erfgoed moet! (een onderzoek naar marketing en PR activiteiten en behoeften van Gelderse Erfgoedinstellingen) door Manon Vrielink en Sjoerd Ribberink. Uit het onderzoek werd duidelijk dat meer dan de helft van de respondenten geen beleid heeft op het gebied van marketing en PR en dat er behoefte bestaat aan ondersteuning bij het opzetten van een beleid of bij het verbeteren van het bestaande beleid. Verder bleek dat maar weinig instellingen de afgelopen jaren ervaring hebben opgedaan met publieksonderzoek. Ook daar bestaat behoefte aan ondersteuning en verhoging van knowhow. Samenwerking en de mogelijkheid om gebruik te maken van bestaande expertise op het gebied van promotieactiviteiten stonden verder hoog op het verlanglijstje van de instellingen.
Om op deze behoeften te kunnen inspelen heeft het GOC inmiddels een (concept)Plan van Aanpak ter bevordering van de PR en marketing bij Gelderse erfgoedinstellingen (PvA) opgesteld. Dit PvA werd ter beoordeling toegestuurd aan alle Gelderse erfgoedinstellingen. Tijdens een bijeenkomst met deze instellingen op 1 oktober 2002 in het Nationaal Bevrijdingsmuseum 1944-1945 te Groesbeek gaven deze aan vooral genteresseerd te zijn in deskundigheidsbevordering, met name in de vorm van platformbijeenkomsten rondom een thema, workshops en cursussen. Ook ziet men veel in samenwerkingsprojecten met andere erfgoedinstellingen (zoals musea met historische verenigingen en archieven), met name ten behoeve van regiopromotie. Kleine en middelgrote musea gaven te kennen behoefte te hebben aan een centrale helpdesk.
Momenteel wordt het Plan van Aanpak mede op basis van bovenstaande aangepast en begroot. Zoveel mogelijk zullen hierin de suggesties uit de achterban worden meegenomen. Daarna zal het door de provincie gefiatteerd moeten worden.

Gelders publieksonderzoek
En van de projecten die door het bovengenoemde provinciaal budget zijn mogelijk gemaakt, is de MuseumMonitor pilot. Het GOC heeft tussen 1 mei en 1 november 2002 in samenwerking met de Stichting Museumjaarkaart (SMJK) en de Nederlandse Museumvereniging (NMV) een proefonderzoek laten uitvoeren naar het publieksbereik van 27 Gelderse musea. Dit onderzoek, de MuseumMonitor pilot, dat werd ontwikkeld door Bureau Letty Ranshuysen en uitgevoerd door het NIPO, diende als opmaat voor een systeem voor continu publieksonderzoek dat NMV en SMJK onder de noemer MuseumMonitor vanaf 1 januari 2003 inmiddels landelijk hebben ingevoerd.
De uitkomsten van dit onderzoek vormen de basis voor een gericht marketingbeleid van de afzonderlijke musea.
In maart 2002 werden alle Gelderse musea aangeschreven waarna uit de aanmeldingen 27 musea werden geselecteerd op basis van o.a. categorie, bezoekersaantal en geografische ligging. Daarmee zouden de uitkomsten van alle musea tezamen kunnen gelden als representatieve steekproef van het Gelderse museumpubliek. Het onderzoek bestond uit een schriftelijke enqute van 25 vragen die betrekking hadden op de samenstelling van het publiek en de waardering van dat publiek voor de musea. Daarnaast werden kassagegevens gekoppeld aan gegevens uit het publieksonderzoek.
De uitkomsten van het onderzoek, in december 2002 gepresenteerd in De Groote Sociteit/ Flipje Jammuseum in Tiel, waren voor de deelnemende musea een opsteker: de Gelderse musea kregen gemiddeld een 8 als rapportcijfer. Positief was men ook over de klantvriendelijkheid van de museummedewerkers (8,2) en de bereikbaarheid per auto (8,2). Het aanbod van souvenirs (7,3) en de kindvriendelijkheid van de musea (7,4) zijn punten die aandacht verdienen. Verrassingen boden de cijfers over de samenstelling van het publiek van de 27 meewerkende musea. Zo blijkt dat maar 30 procent van de bezoekers van de Gelderse musea uit de provincie zelf komt. 30 procent is afkomstig uit de Randstad (dat zijn overwegend vakantiegangers) en de rest komt van elders, inclusief buitenlandse bezoekers (14 procent). Bezoekmotieven liggen veelal in de sfeer van recreatie en informatie. Bezoekers in de leeftijdscategorie van 50-65 jarigen zijn oververtegenwoordigd.

Resultaten
De MuseumMonitor pilot resulteerde in een studiedag voor de deelnemende musea (op 20 februari 2003 voor kleine en middelgrote en 21 februari 2003 voor de grote musea). De studiedag werd gegeven door Letty Ranshuysen en Marc Jacobs van Marcconsult, tevens projectcordinator van de pilot. Ingegaan werd o.a. op de vertaling van de individuele onderzoeksresultaten naar concreet marketingbeleid. In een evaluerende enqute na afloop konden de deelnemers aangeven aan welke vorm van ondersteuning zij, vanuit de resultaten van de pilot, behoefte hadden. Hoog scoorden: ondersteuning bij regionale museummarketing en bij zakelijke marketing gericht op intermediairs. Er was tevens veel interesse voor vervolgonderzoek onder specifieke potentile doelgroepen. Ook deze wensen zullen worden verwerkt in het
bovengenoemde PvA. Wat regionale marketing en PR betreft zijn er in Gelderland enkele initiatieven te noemen, die door de MuseumMonitor pilot benvloed zijn, zoals Groesbeek Museumlandschap (drie musea), Speelgoedstraat aan de IJssel (vier musea en enkele verwante instellingen) en het al eerder genoemde Sporen in het landschap aan de grens tussen IJssel en Berkel (8 musea aan weerszijden van de grens en cultuurhistorische sporen in de grensregio). Als aanvulling op het pilotproject is de provincie Gelderland van plan om een eigen onderzoek te doen naar potentieel (of non-) museumpubliek, waarmee onmiddellijk wordt ingespeeld op de wens die uit de studiedag naar voren kwam. Daartoe zijn enkele onderzoeksbureaus benaderd. Voor dit onderzoek en voor projecten die voort kunnen vloeien uit deze versterkte aandacht voor marketing en PR stelde de Provincie Gelderland een aanvullend budget van 100.000,- Euro beschikbaar.

Samenwerkingsprojecten
Inmiddels lopen er reeds een aantal samenwerkingsprojecten die een gezamenlijke promotie tot doel hebben. Een voorbeeld is de Museum Kijkwijzer/Museums Kompass, een grensoverschrijdend samenwerkingsproject met Kunst & Cultuur Overijssel, de Westflischer Heimatbund en het Westflisches Museumsamt. Doel is het bevorderen van (grensoverschrijdend) museumbezoek. Het blad dat sinds 2002 jaarlijks in een oplage van 125.000 in een Nederlandse en een Duitse versie verschijnt, is bestemd voor toeristen en bewoners in Gelderland, Overijssel en het Duitse Euregiogebied.
Het grensoverschrijdende magazine is ontstaan uit de Museum Kijkwijzer die reeds vanaf 1997 in samenwerking met de provincie Overijssel werd uitgegeven en in beide provincies werd verspreid. Musea kunnen zich in het blad promoten door middel van advertenties tegen een speciaal tarief. Daarnaast krijgen zij free publicity in verschillende thema-artikelen. Ook worden commercile advertenties geplaatst van instellingen en bedrijven op het gebied van cultuur en recreatie. Het blad werd in de oude versie gesubsidieerd door beide provincies. Verspreiding geschiedt gratis via musea, bibliotheken, gemeentehuizen, VVV-kantoren, hotels, campings, vakantieparken en galeries in Gelderland en Overijssel.
Sinds 2002 komt er ook een Duitse versie uit: MuseumsKompass. In het project participeren nu ook musea in het Duitse Euregiogebied (Mnsterland en Osnabrckerland). Het blad wordt ook op ruime schaal in dit gebied verspreid.
Het jaarthema van Museum Kijkwijzer/MuseumsKompass is zoveel mogelijk grensoverschrijdend. Vorig jaar was dat Handel, dit jaar lag het in het verlengde van het Jaar van de Boerderij. Via de MuseumKijkwijzer/MuseumsKompass komen zowel grote, middelgrote als kleine musea in de regio voor het voetlicht. Musea die relevante (in het jaarthema passende) informatie aanleveren krijgen ruime aandacht, zoals in 2003, het Jaar van de Boerderij, de boerderijmusea.
Een tweede grensoverschrijdend museaal samenwerkingsproject is Sporen in het landschap aan de grens tussen IJssel en Berkel. In dit project participeren vier Gelderse en vier Westfaalse musea. Dit project kan nog uitgroeien tot een totaal van circa 30 musea. Doel is via samenwerking en professionalisering gezamenlijk een kwaliteitsverbetering te bereiken op alle vijf kerntaken, in de eerste plaats door thematisering van de collecties en vervolgens door deze als een promotioneel samenhangend geheel naar buiten te brengen.

Vlaanderen

Voor/stelling
Mensen en middelen
Erfgoedcel Gent
386.714 euro voor de periode juni 2000-mei 2001
Jaarlijks 504.050 euro voor de volgende twee jaar (ca. 124.000 euro is voor projecten met archiefinstellingen)
Mensen: 2 cordinatoren, 2 consulenten en 0,5 administratieve kracht. Soms tijdelijke projectmedewerkers
Erfgoedcel Mechelen
Subsidies: 247.950 (juni 2002-mei 2003) en 246.250 (juni 2003-februari 2004)
Mensen: 2 cordinatoren (vanaf juni 2003: 3). Soms tijdelijke projectmedewerkers.

Representatieve projecten
Erfgoedcel Gent
Buiten Gebruik (2002): een reeks evenementen (tijdelijke tentoonstelling in het Huis van Alijn, opendeurdag bij Gentse gilden, speciaal aanbod voor jongeren van 12-16 jaar) rond de overbrenging van de historische wapencollectie van de stad Gent van het Bijlokemuseum naar het Gravensteen. Een voorbeeld hoe collectiemobiliteit tussen de Gentse musea een grote meerwaarde oplevert.
Gent Heen/Terug (2003): tentoonstelling over reizen en reizigers, met alle Gentse archieven. De samenwerking vloeit voort uit het onder impuls van Gent Cultuurstad opgestarte en gecordineerde Gents Archieven Overleg. De opstelling in een hoogst publieke ruimte (Sint-Pietersstation) is een eerste stap om de perceptie van archieven als gesloten instellingen te doorbreken en een uitgelezen manier om reizigers en pendelaars op hun alledaags terrein te confronteren met hun erfgoed. Door de catalogus en de website kunnen de archieven zich bovendien profileren als aantrekkelijke en vooral veelzijdige reisbestemmingen.
Voorbereiding STAM (Stadsmuseum Gent), als centrum en instrument voor een actief erfgoedbeleid. Het huidige Bijlokemuseum wordt tegen 2006 het STAM. Dit museum waarin alles wat met, in n rond de stad gebeurde, gebeurt en zal gebeuren centraal staat, zal het profiel van Gent als stad van kennis en cultuur, toegankelijk voor iedereen mede concretiseren. Cruciaal voor de convenantwerking is de verregaande samenwerking inclusief collectiemobiliteit van diverse erfgoedinstellingen (archieven, bibliotheken, musea) en sociaal-culturele verenigingen.
Erfgoedcel Mechelen
Regionale Beeldbank: fotos rond het stadsbeeld en het stadsleven uit de stads- of gemeentearchieven van Mechelen, Lier, Duffel en Heist-op-den-Berg (nog in aanmaak).

Cordinatie Erfgoedweekend Mechelen en de Mechelse regio.
Duizend en n verhalen uit Mechelen: Mechelaars werden aan het woord gelaten over de geschiedenis en belevenissen van hun (eveneens Mechelse) voorouders (oktober 2002).

Wordt er structureel samengewerkt met andere sectoren (monumentenzorg, onderwijs, jeugd, sociaal-cultureel werk, kunsten)?
Erfgoedcel Gent
Het opstarten en stimuleren van dergelijke samenwerkingsverbanden is n van de doelstellingen van de hele convenantwerking. Bij elk project en elk initiatief wordt de expertise van verschillende partners geactiveerd. Volgend jaar starten we bijvoorbeeld met een onderzoeksproject rond het erfgoed van etnisch culturele minderheden, met als eerstelijnspartners de Stedelijke Integratiedienst en het Amsab-Instituut voor Sociale Geschiedenis. Het meest sprekende voorbeeld is het STAM, waar alle stedelijke culturele diensten op permanente basis samenwerken.
Erfgoedcel Mechelen
De erfgoedcel werkt voornamelijk projectmatig en in de projecten wordt er meermaals samengewerkt met andere velden. Zo is de dienst Monumentenzorg nauw betrokken bij de projecten Regionale Beeldbank en Huizenonderzoek. De bedoeling is dat deze projectmatige samenwerking op termijn resulteert in meer structurele verbanden. Onze stuurgroep bestaat uit mensen met diverse achtergronden. Die groep geeft ons op geregelde tijdstippen feedback. Verder zijn we nauw betrokken bij de reorganisatie van het departement Culturele Zaken, waardoor binnen de stedelijke structuur een actief overleg- en samenwerkingsplatform met andere velden bestaat.

Is er sprake van publieksonderzoek?
Erfgoedcel Gent
Informeel worden uiteraard werking, impact of nut van elk project afgetoetst. Dat hieruit lessen worden getrokken voor toekomstige projecten ligt voor de hand. Rond het STAM-dossier vond a priori en op vrij grote schaal een publieksonderzoek plaats om de desiderata van diverse doelgroepen op te lijsten. (nb: zie hierover MMNieuws 3 van maart 2003)
Erfgoedcel Mechelen
Zelf hebben we nog geen publieksonderzoek gedaan omdat we nog maar sinds de herfst van 2002 functioneren.We wijzen de erfgoedbewaarders wel op het nut van publieksonderzoek zoals dat naar aanleiding van het Erfgoedweekend. Binnen het Mechelse departement Culturele Zaken krijgt publieksonderzoek in de toekomst ruime aandacht. De stedelijke cultuurbeleidscordinator speelt hierin een centrale rol. Wij zorgen ervoor dat het hoofdstuk erfgoed voldoende aan bod komt.

Voor/stelling

Een korte reactie op enkele stellingen
Het begrip erfgoedcel valt nauwelijks te communiceren. Hoe ga je er in de publiekscommunicatie mee om?
Erfgoedcel Gent
Wij voeren de naam Gent Cultuurstad vzw en hebben bijgevolg geen hinder van het weinig aantrekkelijke begrip erfgoedcel. Cruciaal is dat een erfgoedcel hoe die ook mag heten een middel is, geen doel. Een prominente aanwezigheid in de publiekscommunicatie zou dus sowieso een indicatie zijn van een ongezonde situatie waarbij het middel zichzelf, al dan niet ten koste van het doel, wenst te profileren.
Erfgoedcel Mechelen
We communiceren naar het publiek steeds met de term erfgoed. Hiervoor beschikken we over een duidelijk, leesbare tekst die we gebruiken in al onze communicatie. Daarnaast ligt de nadruk op de initiatieven die we ondernemen. We communiceren enkel rond de erfgoedcel met de sector zelf. Het publiek heeft geen boodschap aan de term erfgoedcel.

Eigentijds, integraal en kwalitatief omgaan met cultureel erfgoed laat zich het best vertalen en communiceren door best practices op lokaal niveau. Die doen dat beter (tastbaarder, zichtbaarder, herkenbaarder) dan landelijke initiatieven of campagnes ooit zullen kunnen.
Erfgoedcel Gent
De stelling gaat uit van een tegenstelling die er geen is: lokaal en landelijk kunnen/moeten aanvullend zijn, het is niet of /of maar en/en. Uiteraard komen bepaalde samenwerkingsverbanden makkelijker tot stand op lokaal niveau. De hele werking en output van het Gents Archieven Overleg (van Amsab tot de Zusters van Liefde) en de publiekswerving van de Gentse musea (van het SMAK tot het Museum Dr.Guislain) zouden bijvoorbeeld op nationaal niveau moeilijk niet? haalbaar zijn.
Erfgoedcel Mechelen
Beide niveaus (lokaal en landelijk) kunnen elkaar perfect aanvullen, zolang er voldoende communicatie is. Momenteel hebben erfgoedzorgers vaak de indruk met de regelmaat van de klok door alle mogelijke niveaus bestookt te worden met vragen en tips, wat wel eens tot wrevel leidt. Maar samenwerkingsprojecten zoals de Regionale Beeldbank worden beter op lokaal niveau opgevolgd.

De impact van een Erfgoedweek (een combinatieformule met Open Monumentendag, Erfgoedweekend en andere activiteiten) zal vele malen groter blijken te zijn dan de optelsom van de huidige evenementen.
Erfgoedcel Gent
Enerzijds dreigt hier het gevaar te veel op korte tijd te willen realiseren. Anderzijds zijn de aandacht en het beleid rond het roerend cultureel erfgoed nog onvoldoende ontwikkeld om zich voor het grote publiek nu al sterk genoeg te kunnen profileren tegenover het onroerend cultureel erfgoed. De verdeling is trouwens heel aardig: Open Monumentendag in het najaar en Erfgoedweekend of waarom niet Erfgoedzondag? in het voorjaar. Het is gezien het succes van beide initiatieven bovendien twijfelachtig of de optelsom van de bezoekersaantallen wel echt te overtreffen valt.
Erfgoedcel Mechelen
Nee, vanwege praktische redenen. Veel mensen hebben enkel in het weekend de kans om aan dergelijke initiatieven te participeren. Als men OMD en EGW op hetzelfde moment organiseert, neemt het aanbod wel aanzienlijk toe, maar de tijd om het te bezoeken niet, wat ertoe leidt dat velen slechts een fractie van de initiatieven die hen interesseren, kunnen bezoeken. Bovendien is er momenteel een mooie spreiding (EGW in de lente, OMD in de herfst). Een erfgoedmaand zou voor het publiek een interessanter idee kunnen zijn, maar niet alle erfgoedbewaarders beschikken over de infrastructuur om een maand lang (ook al zou het enkel in het weekend zijn) de deuren te openen.

De tendens om museale voorzieningen meer en meer te laten aansluiten bij andere culturele instellingen en bij pakweg winkelcentra biedt meer mogelijkheden voor een betere marketing.
Erfgoedcel Gent
Deze stelling is nogal lapidair geformuleerd. Marketing is een middel dat bij overdadige profileringsdrift museale voorzieningen laten aansluiten bij pakweg winkelcentra het doel voorbijschiet. Het laten aansluiten van museale voorzieningen bij andere culturele instellingen is een totaal andere zaak. Dat de strategie om de Gentse Bijlokesite om te bouwen tot een cultuurcampus een grote aantrekkingskracht uitoefent op culturele actoren uit de meest diverse velden (muziek, dans, museum, dienstverlening, steunpunten voor de kunsten, onderwijs), geeft indirect aan dat dit zeker een troef is. Dit enkel in termen van betere marketing gaan vertalen, zou getuigen van een wel heel pejoratieve vooringesteldheid.Erfgoedcel Mechelen LAMOT TM, het project dat we in Mechelen uitbouwen, biedt aan het publiek vooral een lage drempel om met erfgoed /cultuur in contact te komen. Bedoeling is op n plaats erfgoed-, meeting- en horecafuncties in elkaar te doen overlopen, waardoor de grenzen tussen de vakjes vervagen. Als mensen op deze manier met erfgoed en/of cultuur in contact komen, wordt de stap naar de gevestigde instellingen zoals musea, archieven en cultuurcentra misschien iets minder groot.

Erfgoedcel Gent
Christine De Weerdt en Hendrik Defoort, erfgoedcordinatoren
Erfgoedcel Mechelen
Tina Vanhoye en Annelies Lieten,
erfgoedcordinatoren

Auteur: Nederland: Pieter de Nijs Vlaanderen: Patrick De Rynck

468

Reactie verzenden

Share This