Selecteer een pagina

Collectieve promotie in de culturele sector: Samenwerken levert goede resultaten

Algemeen
Internet biedt de mogelijkheid aan ondernemingen om zich op een relatief goedkope wijze aan een enorme groep mensen te promoten. Het is alleen jammer dat iedereen dat direct doorhad na de opkomst van internet. Binnen korte tijd is er dus een enorme hoeveelheid websites ontstaan. Hierdoor zijn sites vaak niet meer vindbaar en is het publiek van individuele websites alsnog zeer klein.


Een paar jaar geleden dachten ondernemingen nog dat internet als communicatiemedium veel goedkoper was dan de traditionele printvormen. Tegenwoordig moet je blijkbaar ook voor je website 80% van je geld in de promotie ervan steken, en maar 20% in de ontwikkelingskosten van de website zelf. Dat is wat vreemd als je bedenkt dat op die website vaak ook weer promotie en voorlichting staat…

Tussen alle organisaties die zo zoeken naar een beetje aandacht bloeien samenwerkingsverbanden, verenigingen en brancheorganisaties op, net zoals bepaalde planten op een open plek in het bos sneller opgroeien als een woudreus is gekapt. Via internet kunnen deze organisaties beter, sneller, goedkoper en efficinter doen wat zij zelf soms al eeuwen geleden tot doel hebben gesteld: promoten van hun achterban. Grappig dat een oud iets als een samenwerkingsverband zoveel nieuwe mogelijkheden krijgt met dit nieuwe medium. Het lijkt wel alsof de middeleeuwse gilden altijd al ingericht waren op gebruik van internet.

Op zich is het helemaal niet vreemd dat juist dit soort overkoepelende organen opbloeien met de komst van internet. Internet geeft het overkoepelend orgaan immers de mogelijkheid om alle kwaliteitsdata, afkomstig van de samenwerkende organisaties uit de achterban, samen te voegen tot een compleet platform. Dit platform staat dan los van de leveranciers, maar kan wel gebruik maken van hun exposure, data, distributie en relaties. Samengevoegd kan zo alsnog een zeer breed publiek benaderd worden.

Vereiste voor dit soort collectieve promotie is de wil tot samenwerken. Uitgangspunt is dat samen meer te bereiken valt dan alleen, ook al moet je dan de aandacht delen. Probleem is hierbij dat samenwerken ook concessies vraagt en dat de samenwerking niet moet leiden tot gebrekkige uiting van de eigen identiteit. Een overkoepelend orgaan zou bij de aanpak van collectieve promotie bewust na moeten denken over de balans tussen de overkoepelende identiteit en die van de afzonderlijke
partners.
Bij www.museum.nl, de website van de Nederlandse Museumvereniging ter collectieve promotie van de musea in Nederland, ontstond bij de bouw bijvoorbeeld snel het idee dat er een online nationaal museum gebouwd zou moeten worden. We zagen ons al rondlopen in een virtueel museum, waar de Nachtwacht van Rembrandt naast de Boogie Woogie van Mondriaan hing, zodat de verschillende stijlen goed te bezien waren. Dit is wellicht leuk, maar we herinnerden ons allen gelukkig het doel van museum.nl, namelijk het zorgen voor meer bezoek aan de musea zelf. De prioriteit is daarom veel meer gelegd op een complete en mooie weergave van alle musea van Nederland en de weg daar naartoe.

Samenwerken is dus een belangrijke vereiste voor het opzetten van collectieve promotie. Wegens de noodzaak tot samenwerking werkt de collectieve promotie binnen de commercile sector slecht. Daar is de concurrentiegedachte sterker dan de ingeschatte meerwaarde van samenwerking. In de non-profit sector en dus ook in de culturele sector werkt collectieve promotie beter. Het gevolg is dat er legio websites zijn die mooie overzichten laten zien van wat er op een bepaald gebied of binnen een bepaalde regio gebeurt.

Kortom, collectieve promotie in de culturele sector werkt goed. Er is veel schaalvoordeel te halen in financieel opzicht, maar het vereist van alle partijen enige flexibiliteit.

Auteur: Jack Broeders J.Broeders@ZAPPWERK.nl
468

Reactie verzenden

Share This