Selecteer een pagina

Creatieve stadsvernieuwing

in Noordwest-Europa

Algemeen

Om vervallen stedelijke gebieden in Noordwest-Europa nieuw leven in te blazen en de economie aan te wakkeren is vanuit de EU het project Creative Urban Renewal (CURE) opgezet. Door de vestiging van creatieve industrie moet een impuls worden gegeven aan het leef- en werkklimaat in zulke gebieden. Daartoe ontwikkelde CURE de Creative Zone Innovator (CZI), die momenteel wordt getest in zeven Noordwest-Europese steden.

Europa verkeert in crisis en de Europese Commissie zoekt naarstig naar manieren om de economie weer vlot te trekken. Europa zit te springen om nieuwe, baanbrekende initiatieven die nieuwe, creatieve oplossingen kunnen ontwikkelen voor de problemen waarvoor we ons vandaag de dag gesteld zien. Nergens is de nodige creativiteit beter te vinden dan in de creatieve en culturele sector. Maar dan moet die wel daadwerkelijk een economisch effect scoren. In hoeverre de creatieve en culturele sector in staat is oplossingen te ontwikkelen voor de economische crisis liet de Europese Commissie de afgelopen jaren in kaart brengen in een omvangrijk onderzoek door door Giep Hagoort (HKU) en ondergetekende. Hun bevindingen staan vastgelegd in het rapport The entrepreneurial dimension of cultural and creative industries (2010). Zevenentwintig EU-landen werden ondervraagd over de mogelijkheden en beperkingen van de creatieve en culturele economie. Zoals het rapport laat zien is een omvangrijk aantal mensen werkzaam in de sector. De meesten in zeer kleine bedrijfjes, met wisselende opdrachten. Als gevolg van de economische crisis is de onroerendgoedmarkt tot stilstand gekomen. Alle steden in Europa hebben te kampen met leegstaande bedrijfsgebouwen en kantoorpanden, verpauperende wijken en industrieterreinen. Ook hier kijkt men naar de creatieve industrie om oplossingen te zoeken, met een aantal goede argumenten. Creatieven brengen leven in de brouwerij en kunnen steden weer veranderen in vibrant cities, in places to be. Creatief ondernemers zitten te springen om relatief goedkope werk- en expositieruimtes, terwijl private of overheidsinvesteerders graag willen dat hun onroerend goed wordt gebruikt om verval tegen te gaan en noodzakelijk onderhoud te kunnen signaleren. Om dit soort problemen inzichtelijk en hanteerbaar te maken is het project Creative Urban Renewal (CURE) opgezet.

Creative Zone Innovator
De grote steden in Europa, van Amsterdam tot Genève, hebben de creatieve industrie omarmd, er gelden voor vrijgemaakt en voortvarend beleid in gang gezet. De middelgrote steden hebben het moeilijker. Wat moeten Haarlem, Gouda, Alkmaar en Heerlen doen om vibrant cities te worden? Wat doe je in Colchester als alle creatieven kiezen voor Londen? En wat moet Kettwig doen om zich teweer te stellen tegenover Essen? In tegenstelling tot grootsteden en metropolen, waar vooral de markt het ontstaan van creatieve stadskwartieren stimuleert, moet het ontstaan van creatieve zones in middelgrote steden daarom worden aangezwengeld door lokale autoriteiten en andere lokale spelers. CURE formuleert antwoorden op de vraag hoe de creatieve economie een actieve rol kan spelen in stadsvernieuwingsprocessen in middelgrote steden in Noordwest-Europa. Het project wil de doelbewuste vestiging faciliteren van creatieve industrie in stedelijke gebieden die in verval zijn geraakt. Door de creatieve sector te versterken, ondersteunende netwerken op te richten voor creatief ondernemers en te voorzien in geschikte ruimtes en gebouwen wordt de heropleving gestimuleerd van stadskwartieren (creatieve zones) met een nieuwe identiteit en een sterke, welvarende gemeenschap. Om dit te bewerkstelligen is, voortbouwend op wat we hebben geleerd uit eerdere Europese ervaringen met creatieve zones, een nieuw model ontwikkeld; de Creative Zone Innovator (CZI). Dit heeft als doel duurzaam ondernemerschap binnen creatieve zones te versnellen door vernieuwende oplossingen te vinden en te implementeren.Daarbij is het nodig verder te gaan dan de conventionele economische demarcatielijnen en rolverdelingen. De CZI vertrekt vanuit een sterk geïntegreerde benadering van stedelijke, economische, culturele, sociale en ondernemersgerichte ontwikkelingen. Gebiedsontwikkeling is niet gedaan als de fysieke peiler eenmaal is opgetrokken; als de stenen zijn gestapeld en het beton is gestort. Alle vier dimensies komen – als men een creatieve zone wil ontwikkelen – integraal aan bod. Onlangs hebben zeven steden – Hagen, Dinslaken, Kettwig, Brugge, Colchester, Edinburgh en Lille – zich aaneengesloten om hun stedelijke gebiedsontwikkeling integraal aan te pakken met hulp van het CZI-model. Dit voorziet in vier dimensies:

1) Learning lab. De CZI poogt een leermilieu tot stand te brengen dat creatief ondernemers stimuleert hun ondernemerscapaciteit voortdurend uit te breiden om de resultaten tot stand te kunnen brengen die zij op innovatief en creatief gebied nastreven.
2) Cultural value chain. Wederzijdse waardecreatie ontstaat door netwerken van creatief ondernemers te versterken met strategische allianties. De verdichting van de infrastructuur die optreedt door zo de hiaten in de leveringsketen te vullen verbetert de duurzame ontwikkeling van ondernemers en de waarde van creatieve producten en diensten.
3) Flow of diversity. De CZI poogt door het benadrukken van variatie en diversiteit een ononderbroken stroom van nieuwe impulsen op gang te brengen. Door bijvoorbeeld gesubsidieerde ondernemers en commerciële initiatieven aan elkaar te verbinden of ingebedde netwerkdiversiteit te bevorderen ontstaat een natuurlijke stroom van nieuwe en spontane ontmoetingen.
4) Cultural business modelling. Het ondernemen staat centraal. De CZI poogt de details van het creatief ondernemen en de dynamiek van stedelijke culturen te beschrijven. Creatieve wijken worden sterk gestuurd door de ondernemersgeest van de creatieve beroepsgroepen.

Evaluaties
Het investeren van tijd, geld en langdurige betrokkenheid in een ontwikkelingsgebied zal moeten worden gelegitimeerd. Vroeg of laat komt de vraag: wat levert het op? Om onderlinge vergelijking, analyse en evaluatie mogelijk te kunnen maken is een systeem van indicatoren ontwikkeld. De vier hierboven geschetste dimensies zijn uiteengezet in kerndoelen en subdoelen, die op hun beurt weer zijn onderverdeeld in 72 meetbare indicatoren. Schematisch ziet dat er als volgt uit. Een indicator kan simpelweg worden omschreven als een meetbare eenheid. Goede indicatoren zijn relatief simpel en bevatten informatie die kan worden gecommuniceerd naar de gebruiker, de betrokken partijen en, niet onbelangrijk, de politieke context. Maar indicatoren geven vooral inzicht in de ontwikkeling en resultaten van genomen acties. Voor CURE zijn de gezamenlijke indicatoren gebruikt om allereerst de uitgangssituatie te beschrijven en analyseren; de zero-state assessment zoals in 2012 door Giep Hagoort en ondergetekende omschreven. Vervolgens zullen de indicatoren halverwege het project en aan het eind worden ingezet om de veranderingen te kunnen beoordelen.

Stadsvernieuwingsstrategieën
De transformatie van de huidige middelgrote steden tot steden gericht op kennisgebaseerde dienstverlening stelt een aantal grote uitdagingen, schreef Edna dos Santos-Duisenberg van UNCTAD in haar Creative Economy Report 2010. A Feasible Development Option. Grote stedelijke gebieden liggen braak door het vertrek van industrie en andere stedelijke gebieden takelen af door het verlies aan werkgelegenheid en het wegtrekken van de bevolking. Sommige steden lijden onder een uittocht van hoger opgeleiden en worden geconfronteerd met een overgroot deel aan lager geschoolden. Als gevolg daarvan dreigen steden te vervallen en achter te blijven met lege, levenloze wijken. Stadsvernieuwingsstrategieën zijn nodig om de aantrekkelijkheid en leefbaarheid van deze wijken en steden te garanderen. Hiervoor is de vestiging van creatieve economie in zulke gebieden de uitgelezen strategie. Juist de creatieve economie, de afgelopen jaren een van de succesvolste economische sectoren, is in staat vervallen stedelijke gebieden in middelgrote steden nieuw leven in te blazen. Zij kan een nieuw en inspirerend imago opbouwen voor deze kwartieren. De processen om dat te bewerkstelligen zijn echter complex. Het stimuleren van creatieve ondernemingen brengt dan wel een verandering van de bevolkingssamenstelling met zich mee en het draagt ongetwijfeld ook bij aan het opbouwen van lokale netwerken en het stimuleren van lokale activiteiten, maar er zitten ook haken en ogen aan. Creatievelingen zijn aangetrokken tot hun specifieke cultuur en meten zich met andere creatieven. Maar als noodzakelijke consequentie zoeken ze naar onderscheid. De aanname dat ze vlekkeloos integreren in de omringende cultuur – zeker als die sterk verschilt van de hunne – is naïef. Ook het ondernemerschap moet worden gerelativeerd. Zeker, er zijn vele creatief ondernemers actief. Ze stoppen veel tijd, aandacht en betrokkenheid in hun activiteiten. Daarmee nemen ze deel aan het arbeidsbestel en dienen ze als ondernemers serieus te worden genomen. Maar het gaat hier om een ander type ondernemer dan in niet-creatieve sectoren. Of creatief ondernemers een volwaardig inkomen kunnen genereren is, net als bij andere zzp’ers, nog maar de vraag. En of ze naar ‘groei’ streven is ook twijfelachtig. Vaak opereren creatief ondernemers vanuit complexe, dynamische netwerken, en willen ze dat ook graag zo houden. Het zijn ondernemers die er veelal niet naar streven ander personeel in dienst te nemen of grootschalige ondernemingen uit te bouwen. Kleinschalige, wederkerige waardecreatie vormt veelal de kern van hun ondernemerschap.

Ook vanuit het overheidsperspectief zijn kanttekeningen te plaatsen. De creatief ondernemer wordt vaak geconfronteerd met een woud aan regelgeving die vaak niet is aangepast aan de creatieve dynamiek. Natuurlijk dient een theatertje brandgangen te hebben, te zijn voorzien van brandwerende materialen en luchtverversing et cetera. Maar wat te doen als we een instanttheater willen opzetten, of een pop-up shop, of een instant-galerie in een verlaten winkelpand? Voor stedenbouwers en gebiedsontwikkelaars is de creatieve industrie om deze redenen een uitnodigende, maar zeker ook een zeer uitdagende industrie. Never waste a good crisis.

Auteur: Tekst: Rene Kooyman. Rene Kooyman is projectmanager bij Creative Urban Renewal (CURE). Hij is gespecialiseerd in vraagstukken op het gebied van stedenbouw en regionale ontwikkeling (rkooyman@rkooyman.com).

468

Reactie verzenden

Share This