Selecteer een pagina

De andere kant van het cultureel ondernemen

In gesprek met Triodos Bank

Algemeen

Wanneer het op de financiering van cultuur aankomt, zijn het steevast de subsidies, sponsorgeld en kaartverkoop die genoemd worden. Bankleningen aan de andere kant worden zelden genoemd. Cultuur wordt door banken in het algemeen bijna a priori als nietfinancierbaar beschouwd. Triodos Bank denkt daar al enkele decennia heel anders over. We trokken naar het hoofdkantoor in Zeist voor een gesprek met Arna Notten, relatiemanager Kunst en Cultuur, over cultureel ondernemen, leningen en motivatie.

Om te beginnen: welke trend zie je momenteel in de cultuurwereld? Het is een hele interessante tijd waarin we leven, zeker in de kunst- en cultuursector. Vooral ook omdat het opdrogen van de subsidiestromen nu
een mooie kans biedt en discussie teweeg bengt. Daar willen we als Triodos Bank op inspringen. Sinds kort gaat de discussie om het opdrogen van geldstromen en het vinden van nieuwe financiële bronnen. Maar juist sommige kleine kunstenaars die deze bronnen niet weten aan te boren hebben toch ook maatschappelijke relevantie. Die willen we juist financieren. Het gaat ons niet alleen om de kleine kunstenaars, maar juist om diversiteit.Het gaat om de zelfstandige musicus naast het grote muziekpodium.

Triodos beroept zich er al lange tijd op een duurzame bank te zijn. Betekent die duurzame houding dat er naast financiering ook geïnvesteerd wordt in het ontwikkelen van ondernemerschap? Onze opvatting van duurzaamheid houdt in dat we het geld van onze beleggers en spaarders alleen gebruiken om projecten te financieren die een positieve maatschappelijke verandering teweegbrengen, op cultureel, sociaal en ecologisch vlak. Daarbij gaan we graag partnerships aan, zoals met Cultuur-O ndernemen bijvoorbeeld. Samen met hen verzorgen we workshops waar we kunstenaars leren hoe ze leningen kunnen aanvragen.
Daarnaast staan we op congressen en bijeenkomsten om onze visie op cultureel ondernemen kenbaar te maken en te delen met individuele kunstenaars en met culturele organisaties zoals musea of podia. Ook proberen we verschillende aspecten van ons duurzaamheidsideaal aan elkaar te koppelen. Xpositron is een goed voorbeeld van (groen) ondernemerschap in de sector. Triodos Cultuurfonds financiert het pand
en vanuit het Groenfonds is een zonnecentrale gefinancierd die Xpositron zelf op het dak heeft geplaatst. Uit de opbrengsten (geen energierekening,maar in plaats daarvan een vergoeding voor teruglevering op het
net), betalen ze de rente en aflossing daarvan.

De regeling Cultureel Beleggen is zojuist afgeschaft, terwijl die regeling toch juist investeren in cultuur aantrekkelijk maakte. Waar staat Triodos Bank wanneer het op dergelijke politieke veranderingen
aankomt?
We zien het graag vanuit een breder perspectief. We hebben lang gelden aan de wieg gestaan van Cultureel Beleggen, dat ooit bedoeld was om de sector een boost te geven en om het pad te effenen naar andere vormen van financiering dan subsidie. We bevinden ons nu weer in een vergelijkbare situatie, waar het nodig is naar nieuwe financieringsvormen te kijken. Dat is een uitdaging, maar zeker ook een kans. Achter de
schermen werken we overigens hard aan het behoud van de regeling. Eric Holterhues [Hoofd Kunst en Cultuur bij Triodos – red.] bijvoorbeeld kaartte namens de Raad voor Cultuur de slechte timing van deze bezuining aan. Je ziet nu op veel plaatsen in de wereld een terugtrekkende overheid, en we weten natuurlijk niet welke kant het in de toekomst op gaat. Maar zolang we bestaan, hebben we al te maken met een steeds veranderende realiteit. Wij zien het als onze taak daarbinnen financieringsvormen te ontwikkelen die ondernemers een perspectief geven. Wij zijn een sterk missiegedreven bank die al sinds haar oprichting kunst en cultuur financiert, en daar zeker mee door zal blijven gaan.

Door middel van haar leningen bevordert Triodos natuurlijk cultureel ondernemerschap. Zulk cultureel ondernemerschap wordt echter niet altijd evenzeer gewaardeerd. De Raad voor Cultuur bijvoorbeeld tikte het Scheepvaartsmuseum op de vingers omdat er te ver doorgeslagen zou zijn in het commerciële aspect, juist mede mogelijk gemaakt door financiering van Triodos. Hoe kijken jullie daar tegen aan? We vinden het Scheepvaartsmuseum een goed voorbeeld van hoe een modern museum een heel nieuw publiek aantrekt en geld voor haar exploitatie binnenkrijgt. Ze hebben nu een commerciële tak waar ook een commercieel directeur op is gezet die de nodige ervaring heeft. Het is strak georganiseerd, zakelijk en efficiënt. Dat vinden wij juist heel goed, omdat het aansluit bij een algemene trend om als museum op eigen krachten je financiën op orde te krijgen. Het gaat niet meer alleen om de inhoud van het museum, maar ook om het verblijf aldaar.
We laten onze oren niet meteen hangen naar kritiek zoals van de Raad voor Cultuur, maar gaan de discussie zeker niet uit de weg. Relevant is natuurlijk vooral relevant hoe de sector zelf hier mee omgaat.

Het advies van de Raad voor Cultuur ging er toch in veler ogen om het afstraffen van te veel zakelijkheid, of juist een te groot gebrek daar aan. De nodige discussie  wat is cultureel burgerschap, hoe verbinden
we ons aan een nieuw publiek  dat vloeide er veel minder uit.
Je ziet dat die discussie nu wel in de sector is losgebarsten. Wat ben je als museum? Hoe hou je je hoofd boven water? Dat is een enorm relevante discussie voor musea en andere culturele instellingen. Maar het zijn nog veelal open vragen voor de meeste musea. Podia zijn daar al verder in, die hebben meer klantgerichtheid. Maar momenteel hebben de podiumkunsten het net zo zwaar als de musea. Een goed voorbeeld voor de hele sector zijn de poppodia. Omdat ze vaak veel minder subsidie kregen hebben de poppodia al eerder geleerd om op eigen benen te staan door middel van kaartverkoop en vooral door middel van horeca. Daardoor hebben ze in hun denken al veel meer een ‘eigen broek ophouden’ houding aangenomen.

Eric Holterhues gaf aan dat deze bezuinigingen mogelijk een blessing in disguise zijn: de cultuurwereld moet nu wel op eigen benen leren staan. Maar bestaat er niet de zorg dat de onderste laag, die misschien niet zo ondernemend is, er onder uit valt? Hoe voorkom je dat die ‘humuslaag’ verdwijnt? De sportwereld doet dit heel goed. Die stimuleert ook amateursport en houdt zo de hele keten naar de professionele topsport in stand. Dat zou de culturele sector ook moeten doen. De grote musea en de kleine amateurkunst zouden even belangrijk moeten zijn. Het is juist de diversiteit van de sector die de cultuurwereld zo rijk maakt. Broedplaatsen bijvoorbeeld zijn in onze ogen een essentieel onderdeel van de cultuursector. Triodos draagt een steentje bij in onder andere de  regio Amsterdam om die ‘humuslaag’ van de sector in stand te houden. We hebben een speciaal borgstellingsfonds voor broedplaatsen met de gemeente opgericht waardoor leegstaande panden veel gemakkelijker ingezet kunnen worden als broedplaatsen. Hiermee kunnen kunstenaars een bancaire lening afsluiten om dergelijke panden te verbouwen en bewoonbaar te maken. De gemiddelde bank heeft moeite daar enige zekerheid aan te ontlenen. Bij Triodos springen we in de bres voor dergelijke groepen kunstenaars en verstrekken wel leningen.

Actieve vriendenwerving en loyaliteitsprogramma’s winnen aan belang binnen de sector en worden steeds vaker ingezet. Helpt Triodos cliënten bij het uitbreiden en inzetten van hun netwerk? Particulieren en hun binding met een bepaalde culturele instelling worden steeds belangrijker. We proberen die binding te stimuleren, ook financieel. Je hebt bijvoorbeeld fiscale aftrek van schenkingen en dergelijke, maar het is afwachten wat het nieuwe kabinet daarmee doet. We zijn momenteel aan het kijken of er een instrument in het leven geroepen kan worden om die particuliere binding op financieel vlak verder te bevorderen. Daar komen we mettertijd graag op terug. We stimuleren de inzet van netwerken wel, maar we zien het toch het liefst vooraf. We
kijken met name naar hoe een instelling daar zelf al mee omgaat, hoe sterk die zijn eigen netwerk inzet. Dat verschilt natuurlijk van geval tot geval. Het feit dat Stortplaats van Dromen, een van onze projecten in
Utrecht, genoeg geld bijeen wist te krijgen via crowdfunding, gaf voor ons de doorslag om hen verder te financieren.

Hoe zien jullie deze ontwikkeling in de toekomst? Wat is de rol van het publiek binnen een culturele organisatie binnen vijf tot tien jaar? Ik denk dat instellingen daar nog veel beter mee om kunnen gaan.
Trek mensen naar binnen, maak ze donateur en verbind ze aan je. Er is nog een hele stap om te zetten, maar ik zie dat al veel organisaties dit al serieus aan het oppakken zijn. In dat binding vinden met een publiek
spelen verschillende instellingen natuurlijk verschillende rollen. Een broedplaats trekt een ander publiek dan een schouwburg. Het idee van schenking, van cultureel burgerschap is in de loop der tijd wat verwaterd,
maar daar komt nu weer verandering in. Juist dat gevoel van cultureel burgerschap willen we als Triodos Bank versterken. Dat is het hart van onze missie als bank.

Auteur: redactie MMNieuws

468

Reactie verzenden

Share This