Selecteer een pagina

De kracht van steden: niet de Grote Werken, maar mensen en hun emoties

Marketing

n.a.v. Jane Szita (2005), People Places, in Holland Herald. Workshop Consumptiemilieus (6 april 2005), Theaterinstituut Nederland, Amsterdam.

City marketing & Creatieve Kennisstad! Twee begrippen die te pas en te onpas worden ingezet in de wedloop om toeristen en kenniswerkers uit de hele wereld naar de stad te lokken. Ruwweg komt het erop neer dat toeristen zich het liefst in een veilige en schone stad ophouden, terwijl de creatieve kenniswerkers vooral een spannende stad prefereren met optimale kansen om met anderen in contact te komen.
Deze verschillende voorkeuren hoeven niet per definitie met elkaar te conflicteren, maar doorgaans komt het erop neer dat toeristen en echte stadsbekenners elkaar mijden. Dat hoeft overigens niet erg te zijn. In het algemeen lijkt een combinatie bestaande uit een vitale bezoekerseconomie, een kenniseconomie n een multiculturele stad uiterst kansrijk voor de toekomst.

Allemaal helder, maar de problematiek wordt zichtbaar op het niveau van de ruimtelijke ordening: Hoe kunnen we dit allemaal plannen, en als we dat al weten, Welke plekken zijn daarvoor geschikt? Deze vragen stonden centraal in een aantal bijeenkomsten die ik de laatste weken bezocht heb. Om al te veel verwachtingen de kop in te drukken: operationele antwoorden werden niet gegeven, maar er werden wel leuke gedachten uitgewisseld.
Historische binnensteden, culturele podia van allure en een levendig straatbeeld zijn de pullfactoren waar het om gaat. In combinatie zijn ze zelfs zo robuust dat eeuwige roem bijna vanzelfsprekend is.
Een levendig straatbeeld moet overigens niet verward worden met drukte. Levendigheid is de resultante van een veelkleurig en veelsoortig bevolkingsprofiel. Menging van studenten, bohmiens, young urban professionals (en steeds meer ook de senior urban professionals), en ethnics, is een attractie op zich.

Een oude Jane Jacobs wijsheid (Death and Life of Great American Cities, 1961) begint eindelijk, eindelijk, door te dringen in de hoofden van planners en bestuurders: mensen en hun emoties versterken de zuigende kracht van steden! And this has nothing to do with architecture!!
In Kopenhagen bestudeert het gemeentebestuur al geruime tijd het gedrag van bewoners en passanten in de stad, wat weer uitgangspunt voor openbaar ruimtebeleid is geweest: voorzieningen voor voetgangers, fietsers, aandacht voor parken, straten. De Deense architect Jan Gehl propageert dat hierdoor Kopenhagen een vier keer intenser streetlife heeft dan in 1982. En niet toevallig heeft Kopenhagen geen moeite met het aantrekken van de creatieve klasse, om nog maar te zwijgen van de hordes weekendtoeristen.

Berliner Luft, Big Apple, Mestreechter Ges: abstracte stedelijke sferen worden tastbaar op plekken met mensen. Caf Leydicke in Berlin Schneberg is onmiskenbaar Berlijns. Het Jekerkwartier in Maastricht is typisch Maastrichts. Caf Ploegmans in de Hoogstraat en Caf Au Mort Subite zijn typisch Brussels. Plekken die in hun karakter ontlenen aan hun stad en haar bewoners, en daarom voor toeristen interessant. En omdat het op deze plekken elke dag anders is, blijven ze aantrekkelijk voor de toerist die een stad meerdere malen bezoekt. Daar kan geen Bilbao Guggenheim tegenop. Laat staan een Groninger museum.

Anders gezegd, Grote Werken garanderen niet altijd de (weder)opstanding van steden. Grote Werken lokken wel, maar houden niet vast. Maar Grote Werken in een robuust aantrekkelijke stad daarentegen versterken alleen maar de toeloop en behoud van toeristen en nieuwe stadsbewoners. Een begrip in opkomst in dit verband is de padafhankelijkheid van steden. Oude, middeleeuwse steden, met een sociaal-stedenbouwkundige structuur (fijnmazige menging) die sociaal-economische hausses zonder structrurele beschadiging hebben kunnen opvangen, zijn in een ver verleden de juiste weg ingeslagen en niet meer stuk te krijgen. Ergo: nieuwe steden kunnen geen steden meer worden.

Auteur: Jos Gadet gdt@dro.amsterdam.nl

468

Reactie verzenden

Share This