Selecteer een pagina

De (meer)waarde van culturele festivals

Algemeen
Culturele instellingen zijn belangrijke actoren in de kunst- en cultuursector. Grote en kleine instellingen, nationaal en internationaal opererend. Van culturele instellingen mag verwacht worden dat ze zichzelf steeds kritisch beschouwen, buiten de eigen grenzen treden, nieuwe verbanden leggen, publiek gericht zijn en tegemoet komen aan de behoefte aan betekenis en betekenisgeving. Tot de culturele instellingen behoren ook de verschillende autonome festivals. In het vooradvies van de Raad voor Cultuur 2005-2008 wordt in het kader van de opkomst van de belevingseconomie gesteld dat cultuur concurreert met andere belevenissen als winkelen of een voetbalwedstrijd. De Raad vervolgt haar betoog door te zeggen dat niet toevallig steeds meer cultuurinstellingen evenementen organiseren: nog nooit heeft Nederland zoveel festivals gekend die bovendien zeer goed bezocht worden. Kunst en cultuur zijn onderdeel geworden van de vrijetijdseconomie.(1)


Festivals nader bekeken
Vrijetijdseconomie heeft een oppervlakkige connotatie. In het licht hiervan suggereert de Raad dat festivals niet meer zijn dan een vorm om een bepaald (groot) publiek te bereiken. Hij nuanceert dit vervolgens door te zeggen dat culturele instellingen zich daar rekenschap van moeten geven en dat het belangrijk is dat ze in staat zijn de behoefte aan betekenis en betekenisgeving in verband te brengen met behoefte aan belevenissen. Een wijd verspreide opvatting is dat het woord festival een uitgehold begrip is geworden. Een tegengeluid is hier op zijn plaats. Het woord festival is geen eenduidig begrip. Culturele festivals zijn er in vele verschillende maten en varianten. Zo zijn er festivals met een sterk inhoudelijk karakter, festivals die zich hoofdzakelijk richten op brood en spelen en festivals voor specifieke doelgroepen. Alle hebben een missie. Een missie kan zich bijvoorbeeld concentreren op het onder de aandacht brengen van een bepaalde kunstvorm op een specifieke plaats (Internationaal Kamermuziekfestival Schiermonnikoog) of op het tonen van een grote diversiteit van culturele identiteiten ( Zomercarnaval Rotterdam). In dit artikel ligt de focus op festivals met een sterk inhoudelijk karakter.

Documentaire film
Festivals ontstaan vaak vanuit de behoefte in een lacune te voorzien. Het International Documentary Filmfestival Amsterdam (IDFA) is eind jaren 80 ontstaan vanuit de idee het genre documentaire film uit het slop te halen. In die jaren was de documentaire film niet of nauwelijks te zien, zeker niet in de betekenis van creatieve documentaire.(2) Een hiaat in een land dat decennia daarvoor internationaal vermaarde documentairemakers heeft voortgebracht. Jaarlijks wordt IDFA door duizenden mensen bezocht. IDFA is daardoor ook onderdeel geworden van de vrijetijdseconomie, maar dat niet alleen. Een festival als IDFA is een aanjager van discussie, ideenvorming en reflectie. Het ideologisch fundament van IDFA is gebaseerd op de ordende functie van de documentaire in een steeds chaotischer wordende informatiemaatschappij. De spin-off van IDFA heeft in Nederland geleid tot beduidend meer aandacht voor documentaires in de bioscoop, op televisie en in het onderwijs. Voor het (inter)nationale publiek dat het festival bezoekt, is IDFA in zichzelf al een belangrijk samenbindend en ordenend gegeven. Misschien zijn festivals als IDFA juist om die reden wel zo succesvol in termen van publieksbereik. De individuele bezoeker heeft steeds meer behoefte aan een kader. Desbetreffende festivals bieden dat kader, een (inhoudelijke) ordening waarbinnen bepaalde kunstuitingen gepresenteerd worden. Kunstuitingen die op hun beurt weer aanzetten tot reflectie en discussie waarvoor op festivals alle ruimte is.

Architectuur
De Internationale Architectuur Binnale Rotterdam is, anders dan IDFA, niet zozeer ontstaan vanuit een lacune. Nederland neemt op het gebied van architectuur, stedenbouw en ruimtelijke ordening en haar architectuurbeleid wereldwijd een voortrekkersrol in. Het initiatief voor de Binnale is in 1999 genomen door Kristin Feireiss, voormalig directeur van het Nederlands Architectuurinstituut. De missie van de Binnale is de Nederlandse positie in het buitenland te versterken en het voortouw te nemen in het maatschappelijke debat. Kenmerkend voor de Rotterdamse Binnale is dat elke editie een thema heeft. Een thema dat past binnen het kader van actuele ontwikkelingen in Nederland en verbinding legt met het (inter)nationale architectuurdebat. Het thema is het ordenend principe en biedt het publiek een kader, prikkelt en motiveert. Net als bij IDFA zijn debat, reflectie en discussie essentieel. Het maakt mensen bewust, cultureel bewust. Zo heeft Francine Houben, directeur van de eerste Binnale, met het thema Mobility, A Room with a View een cultuuromslag teweeggebracht in het denken over de visuele beleving van stad en land vanuit het perspectief van de weg, de rails, de lucht en het water.
Echter, de toekomst van de Internationale Architectuur Binnale Rotterdam staat, direct na de eerste succesvolle editie, onder druk. De Raad voor Cultuur adviseerde onlangs negatief over de subsidieaanvraag wegens onvoldoende vertrouwen in de inhoudelijke en organisatorische ontwikkeling van de Binnale op de middellange termijn. De Rotterdamse Kunststichting daarentegen oordeelde positief. Rotterdam heeft de Binnale 2003 in velerlei opzichten gesteund en zal dat naar verwachting ook bij de komende edities blijven doen.

Mode
Fashion at Arnhem is een nieuw initiatief en moet zichzelf nog waarmaken. Deze internationale manifestatie op het gebied van modevormgeving is een initiatief van de gemeente Arnhem en de befaamde modeopleidingen van de Hogeschool voor de Kunsten Oost-Nederland. Fashion at Arnhem is ontstaan vanuit de behoefte om de Nederlandse modevormgeving, die internationaal hoog staat aangeschreven, een impuls te geven. Niet alleen moet de kwaliteit en de betekenis van de Nederlandse modevormgeving onder de aandacht worden gebracht van een breed en genteresseerd publiek, maar de sector moet ook in artistiek en met name economisch opzicht een krachtige stimulans krijgen. Fashion at Arnhem voorziet in een lacune, want er is in Nederland nergens een platform waar modeontwerpers hun product kunnen presenteren en in discussie kunnen treden met de branche en het publiek.
Fashion at Arnhem heeft de potentie in zich om een succesvol evenement te worden. Maar wel of niet succesvol hangt af van randvoorwaarden als:
krachtig (artistiek) leiderschap met heldere visie;
sterke programmering;
financile en morele support van rijk, provincie, gemeente;
financile steun vanuit bedrijfsleven en fondsen;
professionele organisatie;
nationale en internationale media-aandacht;
breed nationaal en internationaal draagvlak vakwereld;
doorzettingsvermogen.

Documentaire film, architectuur, mode drie disciplines die met elkaar gemeen hebben dat ze Nederland op het hoogste internationale niveau vertegenwoordigen. Nederlandse documentaire filmmakers, architecten en modevormgevers maken producten van hoogwaardige kwaliteit en zijn in staat de verbinding te leggen tussen kunst en maatschappij. Festivals bieden de mogelijkheid de kunstvorm of het genre waarvoor ze staan een belangrijke nieuwe impuls te geven en het debat te stimuleren. Culturele festivals bieden bovenal een kader, een houvast.
Het ordenend principe van festivals, en daarmee de betekenis van de festivals als zodanig, zal in een tijd die gekenmerkt wordt door een chaotische veelheid van informatie en prikkels, alleen maar aan belang winnen.

(1) Vooradvies Raad voor Cultuur (2005-2008). Den Haag, 2003

(2) De creatieve documentaire wordt gekenmerkt doordat de visie van de maker van doorslaggevende betekenis is. Het is de blik van de maker die een extra dimensie toevoegt aan het verhaal dat hij wil vertellen. Die persoonlijke invalshoek dient zich te vertalen in een autonome filmische vertelstijl.

Auteur: Willemien van Aalst Willemien van Aalst is werkzaam als senior adviseur bij Andersson Elffers Felix (AEF) en bekleedt verschillende bestuursfuncties, o.a. bij de VPRO en Huis en Festival a/d Werf. Ze is bovendien lid van de commissie Film van de Raa
468

Reactie verzenden

Share This