Selecteer een pagina

Een nieuwe kijk op de klassieke concertpraktijk

Vernieuwing als cruciaal basisingrediënt

Algemeen
In zijn boek Present! Rethinking Live Classical Music laat Johan Idema zien hoe de klassieke concertpraktijk zichzelf in het huidige tijdgewricht kan vernieuwen. Hij pleit voor het concert als designed experience, dat zich niet beperkt tot louter de uitvoering van een muziekstuk.


Present! staat vol inspirerende voorbeelden van hoe het anders kan. Je cases beslaan een zeer breed veld, van intieme strijkkwartetten tot grootschalige muzikale experimenten met een klein legioen aan muzikanten. Welke lessen kan de gemiddelde concertzaal in Nederland uit je boek trekken? ‘In Present! laat ik zien hoe vernieuwing van de klassieke concertpraktijk er concreet uitziet. In beleidsplannen en discussies blijft innovatie vaak een te abstract begrip om goed te kunnen begrijpen waar het over gaat, laat staan om er enthousiast over te raken. Het boek geeft daarom talloze prachtvoorbeelden die ons ervan doordringen voor welke vernieuwingsopgave de klassieke muziek staat. Door zoveel interessante best practices bij elkaar te brengen kunnen we ons een algemeen beeld vormen van de praktijk en er lessen uit leren. Een van de belangrijkste conclusies is dat we het klassieke muziekconcert moeten beschouwen als een ervaring die we als geheel kunnen vormgeven, met muziek als slechts een van de ingrediënten. Nu reduceren gezelschappen en podia het concert nog te veel tot uitsluitend de muziek. Het concert als designed experience betekent dat we ons ook inspannen om de muziek te presenteren, vandaar de titel van het boek. Ik laat zien dat hierbij veel meer komt kijken dan het boeken van een gezelschap en het uitvoeren van een compositie alleen. De ware uitdaging bij het vernieuwen van de klassieke concertpraktijk blijkt de stap van project – een keertje een andere concertformule uitproberen – naar een langetermijnstrategie. De beste voorbeelden zijn van makers en instellingen die vernieuwing in het hart van hun missie hebben geplaatst. Het zoeken naar nieuwe wegen zit in hun DNA en daar zijn ze hun hele leven mee bezig. Ik denk dat in de royaal gesubsidieerde kunstsector van Nederland het vooral aan opleidingen en financiers is erop aan te sturen dat we vernieuwing niet meer als een project of aandachtspunt beschouwen, maar als een cruciaal basisingrediënt. Het dient een permanent streven te zijn dat wordt verankerd in het wezen van de sector. De eerste stap hiertoe, duidelijk maken wat die vernieuwing behelst, is met dit boek gezet.’

De sector heeft te lijden onder de economische crisis. Zie je dat concertzalen en muziekgezelschappen in Nederland nu juist extra bereid zijn tot experimenteren, of spelen ze liever op safe met bekende klassiekers of opvoeringen? ‘Staatssecretaris Zijlstra wil een omslag teweegbrengen – en bezuinigt daarom zo stevig – naar een cultuursector die anders werkt en fors ondernemender en publieksvriendelijker is. Het bewustzijn van de cultuurwereld over de noodzaak hiervan groeit. Maar of de omslag er daadwerkelijk komt blijft de vraag. Er zullen de nodige instellingen verdwijnen, maar gaan degenen die overblijven ook echt anders werken? Sommige gezelschappen en podia zullen op safe spelen, maar door ons hiertoe te beperken komen we er niet. Veel gezelschappen en podia zijn zo georganiseerd dat ze veel moeten én willen produceren. Om werkelijk te vernieuwen moet je als instelling ruimte maken. Jezelf grondig tegen het licht houden en opnieuw uitvinden vergt tijd en de juiste mentaliteit. Om die tijd en mentaliteit te creëren zou er tijdelijk minder kunnen worden geproduceerd.’

Bestaat in het nastreven van vernieuwing niet het risico dat je het traditionele publiek van je vervreemdt? ‘Wat je bijna zou vergeten als je het boek hebt gelezen is dat de inspirerende cases die erin staan minder dan 10 procent (!) van de programmering vormen van onze concertpodia. Het boek staat dus bol van de vernieuwing, maar in de praktijk blijken innovatieve concertformats nog uitzonderingen. Ik pleit daarom voor een andere verhouding tussen het traditionele en vernieuwende aanbod. Niet dat conventionele klassieke muziekconcerten voor een traditioneel publiek moeten of zullen verdwijnen. Integendeel, hier drijft een belangrijk deel van de markt op en daar moeten we blij mee zijn. Ook ik ga graag naar een traditionele opvoering van een Mahler-symfonie. Tegelijkertijd is meer vernieuwing een harde noodzaak om het slinkende draagvlak voor klassieke muziek en de teruglopende bezoekersaantallen te kenteren. Het gaat er dus niet zozeer erom of bezoekers met een traditionele smaak gediend zijn met vernieuwing. Dit deel van het publiek mag het best bij traditionele concerten houden. De kern van de uitdaging is om de bezoekers die afvallen te behouden en om een nieuw publiek aan te boren. Overigens zou ik het erg spannend vinden om te kijken of het eigenlijk wel waar is dat het traditionele publiek niet geïnteresseerd zou zijn in nieuwe concertformules. Ik kan me voorstellen dat bezoekers met een traditionele smaakvoorkeur niet precies weten wat ze nog meer willen. “It’s not the customer’s job to know what he wants,” zoals wijlen Steve Jobs van Apple zei. Misschien is het aan podia en gezelschappen om ook die bezoekers te verleiden met nieuwe concertformules.’ 

Auteur: Tekst: Johan Idema en Stefan Penders. Johan Idema is cultuuradviseur en auteur. In 2011 initieerde hij samen met de Volkskrant en de AVRO Koers Kunst. Hij schreef eerder onder andere Beyond the Black Box and the White Cube, over de innovatie van museum- en theaterarchitectuur.
Referenties: 
468

Reactie verzenden

Share This