Selecteer een pagina

Een parade van passanten in Rotterdam

Algemeen
Een jaar lang is Rotterdam geen werkstad, maar Culturele Hoofdstad 2001. Dit jaar worden in de havenstad ruim 300 culturele programmas georganiseerd die dienen bij te dragen aan een feestelijke sfeer in de stad vooral op en aan de zogenoemde Culturele as, van het Centraal Station tot aan de Kop van Zuid. Rotterdam heeft de ambitie om Nederlands meest omvangrijke evenement ooit te organiseren. Het programma loopt dan ook uiteen van bijzondere tentoonstellingen tot literaire salons, van culinaire tot artistieke fijnproeverij, van ballet tot circus in de wijk.


Na een trage start met een gesloten museum Boijmans Van Beuningen en een geringe zichtbaarheid in de publieke ruimte is de Culturele Hoofdstad langzaam tot leven gekomen. Grote blikvangers als de overzichtstentoonstellingen van Pieter Bruegel en van Jeroen Bosch zullen de bezoekersstromen doen aanzwellen.
Het culturele draagvlak om Rotterdam Culturele Hoofdstad tot een succes te maken is groot. Honderden culturele instellingen, duizenden uitvoerenden en tienduizenden Rotterdammers dragen eraan bij. En hun inspanningen zijn niet zonder succes. In het eerste half jaar trok RHC al 1,3 miljoen bezoekers. In dit cijfer zijn de bezoekers van een aantal jaarlijkse festivals buiten beschouwing gelaten (Dunya 285.000 bezoekers, Parade 47.000 bezoekers en het Internationale Filmfestival 345.000 bezoekers). De festivals trokken meer bezoekers dan bij de vorige editie, wat mogelijk valt toe te schrijven aan de extra inspanningen die RHC heeft geleverd.
RHC is een vliegwiel voor het culturele klimaat in Rotterdam, maar men verwacht dat ook de economische impact aanzienlijk zal zijn. Een vergelijking met Barcelona is op zijn plaats. Deze Spaanse havenstad greep de Olympische Spelen van 1992 aan om de stad ook cultureel te promoten. Sindsdien is vooral het aantal cultuurtoeristen bijzonder snel toegenomen (Dodd 1999). Mogelijk zal RCH ook Rotterdam als cultuurstad op de wereldkaart zetten. Voorlopig hebben 37 touroperators Rotterdam opgenomen in hun reisgidsen.
Inmiddels hebben veel Rotterdammers de cultuur in eigen stad ontdekt en vonden steeds meer Nederlanders de weg naar een cultureel programma in Rotterdam. Zo trok de Kunsthal met Meesterlijk verzameld 108.000 bezoekers. In Las Palmas kwamen ruim 10.000 bezoekers af op de expositie 6,5 miljoen woningen, georganiseerd ter gelegenheid van 100 jaar woningwetwoning.
De Jas van Rotterdam was een gratis openluchtvoorstelling voor alle Rotterdammers. Gedurende zes weken konden 3.000 toeschouwers een spectaculaire virtuele reis door heden, verleden en toekomst van Rotterdam meemaken vanaf de trappen van de Leuvehaven. Sommige activiteiten zijn duidelijk voor ingewijden, andere mikken juist op een zeer divers publiek. Tal van activiteiten dragen een multicultureel, maar vooral laagdrempelig karakter. Oude recepten, zoals kunst in de buurt, werden opnieuw beproefd. Het Wereldcircus 2001, Bang the Drums en Candide waren in de Rotterdamse buurten te zien. Er kon ook gratis gekeken worden naar films in het Historisch Filmweekeinde en verder waren er de fototentoonstelling Vlucht en de International Day of Dance. Of dit inderdaad geleid heeft tot een breed samengesteld publiek kan op dit moment nog niet gezegd worden. Lopend onderzoek van de Erasmus Universiteit onder de bezoekers is nog niet afgerond.
Toch zijn er enkele opmerkelijke ontwikkelingen waar te nemen. Rotterdam toont op stedelijk formaat wat ook landelijk en internationaal gebeurt. De culturele agenda is zo groot geworden dat belangstellenden onmogelijk alles kunnen bezoeken. Uit het brede aanbod pikt ieder iets van zijn of haar gading. Die keuze biedt echter geen garantie voor toekomstige keuzes. Nederlanders gedragen zich als culturele omnivoren, en proeven graag van alles wat. Maar omdat amusementhoppers hun beschikbare vrije tijd over een groter aantal activiteiten moeten verdelen, leidt dat tot meer incidentele keuzes bij vrijetijdsactiviteiten. Voor velen zal een bezoek aan RCH een van die vele activiteiten zijn.
Door de spreiding van aandacht zijn veel mensen in hun activiteiten geen specialist, maar een passant. Aan Rotterdam trekt vermoedelijk een grote stoet voorbij, die in het Sociaal en Cultureel Rapport 1998 beschreven is als een parade van passanten. Dit paradebeeld vestigt de aandacht op enkele gevolgen van een eventuele vervluchtiging van de vrijetijdsbesteding. Zo zijn aanbieders van vrijetijdsactiviteiten van trek-pleisters voor massatoerisme tot culturele instellingen niet meer verzekerd van een vast reservoir trouwe klanten. Mocht dit tot een luid-ruchtige promotie van steeds weer nieuwe producten leiden, dan dienen individuele aanbieders van vermaak zich te realiseren dat dit hooguit een tijdelijk gewin kan opleveren. RCH is een van de activiteiten die door aansprekende marketing potentile bezoekers tot bezoek dienen te verleiden.
De zwevende consument van vermaak moet er rekening mee houden dat zeker bij mooi weer en grote media-aandacht letterlijk filevorming in de vrijetijd kan ontstaan.

Auteur: Jos de Haan – haan373@zonnet.nl
Referenties: Literatuur Diana Dodd and Annemoon van Hemel (eds.), Planning cultural tourism in Europe: a presentation of theories and cases. Amsterdam, Boekman Foundation en Min. OCenW, 1999. Hoofdstuk Vrije tijd, media en cultuur. In: Sociaal en Cultureel Rapport 1998, SCP/VUGA, Rijswijk/Den Haag, 1998.
468

Reactie verzenden

Share This