Selecteer een pagina

Entertainmentboulevards: Suburbia rukt op!

Algemeen
Nederland krijgt dit voorjaar te maken met een betrekkelijk nieuw verschijnsel: uitgaan in de stadsrand. Over enkele maanden gaan twee uitgaansboulevards van start: Miracle Planet in Enschede en de Amsterdamse Arenaboulevard. Naast dagattracties bevatten de locaties standaard een megabioscoop, theater, concert-/evenementenhal en horecavoorzieningen. Hoe gaan de nieuwkomers in hun marketing en promotie om met het bestaande aanbod? Zijn er kritische succesfactoren voor culturele centra buiten het stadshart?


Op dit ogenblik zijn de meeste theaters, concertzalen en horecapleinen nog in het centrum van de stad te vinden. Binnenkort krijgen deze vermaakscentra in de binnenstad dus concurrentie van de entertainmentboulevard aan de rand van de stad. Zullen de uitgaansboulevards bezoekers van het stadshart afsnoepen of vullen ze de bestaande voorzieningen aan? De eerste uitgaansboulevard die open gaat is Miracle Planet in Enschede. Naast verschillende recreatiehallen met trendy activiteiten als paintballen en adventure shooting vindt de bezoeker er een megabioscoop, een evenementenhal en een theater. In dit theater zullen tot opluchting van de stadsschouwburg geen musicals of andere theaterproducties staan.
Je moet eerder denken aan een vaste dinnershow in het weekend, aangevuld met concerten, congressen en bedrijfsfeesten, vertelt woordvoerder Evert van der Belts. Van de megabioscoop zal de binnenstad wel last hebben. Een van de huidige twee complexen in het centrum sluit de deuren. De exploitant ervan Wolff is namelijk dezelfde als die van de multiplex. Van der Belts verwacht dan ook dat bij het vullen van de tien zalen op publiek uit de regio n de stad wordt gemikt. Het mainstream filmaanbod staat daarbij centraal.

Splitsing van publiek verwacht
Op de Arenaboulevard ligt de zaak anders, aldus directeur Lauge Nielsen van Path Nederland. Met onze multiplex mikken we in eerste instantie op gezinnen met kinderen en oudere bezoekers uit de randgemeenten. Die vinden de reis naar het centrum en het vinden van een parkeerplaats te omslachtig. De inwoners en werkers in de binnenstad zullen in onze ogen naar de centrumzalen blijven gaan. Toch lijkt Path niet helemaal zeker van zijn zaak. Het bedrijf investeert namelijk miljoenen guldens in nieuwbouw en upgrading van oude complexen. Zo verrijzen achter Tuschinski maar liefst dertien nieuwe zalen. Of de programmering er gaat afwijken van die aan de Arenaboulevard kan Nielsen nog niet zeggen. Door de verwachte uitsplitsing van het publiek kan in principe op beide locaties hetzelfde mainstream filmaanbod worden getoond.

Milieunormen
Een andere trekker op de Arenaboulevard wordt de (pop)concerthal van Mojo. Volgens toekomstig directeur Paul Stiekema is van concurrentie met zalen in het centrum geen sprake. Van de twee geplande zalen krijgt de belangrijkste 5.500 plaatsen. Zon popzaal bestaat nog niet in Nederland. Het vult het gat op tussen het clubcircuit en de Ahoy. Dat hij zijn music hall niet in het centrum heeft neergezet heeft niet alleen te maken met plaatsgebrek. Met de huidige milieunormen loop je in het stadshart gewoon te veel risico. Toch wilden we niet in het weiland gaan zitten. Buitenlandse artiesten willen nu eenmaal in Amsterdam optreden. Een goed bereikbaar urban entertainment center als de Arena is dan ideaal. Overigens zal Mojos music hall niet alleen in locatie en grootte afwijken van de huidige zalen.
Bijzonder aan het project zijn de activiteiten die de bezoeker voor en na het concert langer vast moeten houden. Zo staan alvast een internetcaf in de foyer en afterpartys in de kleine zaal gepland.

Meer dan musical?
De derde belangrijke trekker van de Amsterdamse uitgaansboulevard moet een theater worden. In eerste instantie zou Joop van den Ende er een musicalcomplex neerzetten. Na een persoonlijk bezoek aan de plek haakte hij onverwachts af. Er heerst niet de juiste sfeer voor onze activiteiten, verklaart Erwin van Lambaart, directeur van Joop van den Ende Theaterproducties. Ook wees een onderzoek onder ons publiek uit dat het de binnenstad verkiest boven de rand van de stad. De gemeente Amsterdam heeft inmiddels een andere exploitant gevonden om twee zalen neer te zetten. De grote vraag is welke producties zich voor deze locatie zullen lenen. Kan alleen de musical voldoende publiek naar de stadsrand trekken of zijn de mogelijkheden groter? Een blik op de programmering van andere buitenwijktheaters als de Meervaart in Amsterdam en theater Zuidplein in Rotterdam geeft alvast enkele aanwijzingen. Zo doen in beide theaters vooral de lichtere en toegankelijkere producties het goed. Blijspelen, shows, laagdrempelig toneel en bekende cabaretiers zorgen er voor volle zalen. Ook besteden beide theaters veel aandacht aan multiculturele muziek- en theatergroepen. Inspelen op de veranderde bevolkingssamenstelling van de omliggende wijken is daarvoor een belangrijke reden. Vooral bij jongeren slaan die producties erg aan. In het centrum is voor hen niet veel te doen, licht Meervaart-
programmeur Sofie Lambo toe.

Goede bereikbaarheid
Los van de programmering hebben theaters, bioscopen of pophallen in de stadsrand nog een ander unique selling point: een goede bereikbaarheid en voldoende (plus goedkope) parkeerplaatsen. Hoe belangrijk dat is, blijkt uit de nervositeit van sommige Amsterdamse binnenstadtheaters op de recente investeringen in de Meervaart. Hans Mommaas, leisure expert en universitair hoofddocent vrijetijdswetenschappen aan de Katholieke Universiteit Brabant, verwacht dat dit locatievoordeel in de toekomst nog belangrijker zal worden. We moeten onder ogen zien dat het merendeel van de Nederlanders inmiddels in suburbia woont. Een bewoner van de Vinex-locatie Leidsche Rijn gaat binnenkort net zo gemakkelijk uit in de Utrechtse binnenstad als op de Arenaboulevard in Amsterdam.

Auteur: Jaco Boer
468

Reactie verzenden

Share This