Selecteer een pagina

Festivals en evenementen zijn van belang voor het (inter)nationaal toerisme

Algemeen
Nederland kent een hoge dichtheid aan festivals en evenementen. Ze verschillen niet alleen in aard, maar ook in omvang en karakter. Het aantal festivals en evenementen is de afgelopen jaren aanzienlijk gestegen. Ook de diversiteit en kwaliteit ervan is toegenomen. Dat is een positieve ontwikkeling, want festivals en evenementen kleuren het vrijetijdslandschap van de Nederlanders en leveren een bijdrage aan het imago van Nederland als toeristische bestemming. Bovendien kunnen ze zorgen voor extra bezoekersstromen. Maar er is ook sprake van een negatieve trend.


Duizelingwekkend aanbod
Hoe snel het aantal festivals en evenementen de afgelopen jaren is gestegen blijkt uit het onderzoek Publieksevenementen in beweging dat door ReSpons Evenementen Monitor en ibt marktonderzoek in opdracht van Toerisme Recreatie Nederland (TRN) werd uitgevoerd. In dat onderzoek is onder andere de ontwikkeling van publieksfestivals in Nederland tussen 1998 en 2002 in kaart gebracht.
Binnen de publieksfestivals zijn twee hoofdcategorien te onderscheiden: Jaarlijks Terugkerende Evenementen (JTEs) en Incidentele Evenementen (IEs). De eerste categorie (met JTEs die minimaal 10.000 bezoekers per evenement trekken) heeft tussen 1998 en 2001 een forse groei doorgemaakt, van ruim 1.900 in 1998 tot bijna 2.250 in 2002. Vorig jaar vonden gemiddeld zon 65 JTEs per week in Nederland plaats. De groei is in de periode 2001 tot en met 2002 wat afgevlakt, iets wat mogelijk te maken heeft met de teruglopende economie, maar ook met een verzadiging van de markt.

Zit de groei op de goede plaats?
Tegelijk wordt duidelijk dat juist binnen de JTEs een ruim aanbod zit dat toeristisch gezien minder uitstraling en relevantie heeft. De JTEs bestaan voor bijna 70 procent uit evenementen in de categorie maatschappij-sociaal-cultuur, die weer voor 80 procent uit stadsfeesten, jaarmarkten en braderien, en consumentenbeurzen bestaan. Veel van deze evenementen hebben met name een lokale of regionale functie en worden hoogstens bezocht door toeristen die al in de buurt waren.
De Incidentele Evenementen (met meer dan 5.000 bezoekers) zijn tussen 1998 en 2002 sterk in aantal verminderd: van ongeveer 275 in 1998 tot minder dan 160 in 2002. (Dit is exclusief de circa 2.250 tentoonstellingen die jaarlijks plaatsvinden.) Juist in die categorie bevinden zich vaak de evenementen die je gezien of meegemaakt moet hebben. Evenementen dus waarvoor een toerist speciaal naar Nederland komt of er langer blijft. Die afname wordt mogelijk veroorzaakt door de neiging van sponsors en financiers om zich bij voorkeur te binden aan langer lopende evenementen die hun bestaansrecht hebben bewezen.

Spin-off mogelijkheden
Bij evenementen blijkt dat de plaats waar de kosten worden gemaakt niet altijd overeenkomt met daar waar de inkomsten terechtkomen. Dat geldt bijvoorbeeld voor het Solero Zomercarnaval in Rotterdam, waarvan met name de lokale middenstand de economische vruchten plukt, maar ook voor de Floriade, waarvan vooral logiesverstrekkers in de wijde omtrek economisch meeprofiteren. Is dat erg? Nee. In veel sectoren scheppen overheden immers de infrastructuur en randvoorwaarden voor (economische) groei. Maar die overheden moeten zich daar wel van bewust zijn, en de bereidheid hebben die verantwoordelijkheid te nemen.
Overigens is het vanuit economisch perspectief ook van belang de spin-off-mogelijkheden maximaal te benutten. Het blijft een gemiste kans dat voor of tijdens Euro 2000 niet ook 10.000 Italiaanse en 5.000 Spaanse voetballertjes in Nederland op voetbalkamp zijn geweest.

topevenementen nodig
Evenementen zullen in de toekomst in toenemende mate mede de toeristische aantrekkingskracht van Nederland als reisbestemming bepalen. Daarom is TRN blij met de groei van de festivals en evenementen in Nederland, zowel met de kwantitatieve groei als met de toename van het aantal vernieuwende, originele en spectaculaire evenementen. Op basis van die groei kan Nederland de kaart kom naar Nederland, want er is altijd een evenement van uw gading spelen. En die kaart meten we ook spelen. Het is een troef in onze internationale positionering, die kan bijdragen aan de ontwikkeling van Nederland als d short break-bestemming van Europa. Maar het is niet voldoende.
Er zijn ook voldoende grote, ambitieuze topevenementen met internationale uitstraling nodig. En juist in die categorie is er reden voor zorg. Er is sprake van een daling van het aantal incidentele evenementen, waaronder zich die internationale trekkers bevinden. En dat is een verkeerde trend, want daarmee raakt Nederland te afhankelijk van incidentele uitschieters.

TRN doet haar uiterste best om juist de categorie evenementen met internationale uitstraling te stimuleren. Tegelijk doen wij een oproep aan de verschillende belanghebbenden, bedrijven en instanties, maar k aan overheden om op dit gebied initiatieven te nemen of te ondersteunen. Juist dit soort evenementen kan immers slechts van de grond komen en succesvol zijn met steun en enthousiasme van alle partijen en op basis van een breed draagvlak.

Drs. Gerben Baaij is hoofd Productontwikkeling bij Toerisme Recreatie Nederland (TRN) in Leidschendam. Toerisme Recreatie Nederland (TRN) is met haar producten, diensten en jarenlange expertise de autoriteit in het stimuleren van het toeristisch, recreatief en congresbezoek aan en in Nederland. TRN kent vijf kernactiviteiten: promotie, informatie, kennis, innovatie en Holland branding. TRN richt zich op het bedrijfsleven in de toeristische en zakelijke reismarkt en de non-profit sector.

Auteur: Gerben Baaij gbaaij@holland.com
468

Reactie verzenden

Share This