Selecteer een pagina

Hoe de cultuursector kan bijdragen

aan een duurzame maatschappij

Algemeen, Maatschappij

De creatieve industrie is booming, maar hoe vormen beleidsmakers, kennisinstituten en creatieve sectoren dit succesverhaal om tot een langdurig houdbare economische ontwikkeling? Hoe verduurzamen we de creatieve industrie, en voor welke problemen zien we ons daarbij gesteld? Met die vraag in gedachten organiseerde de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht en de Universiteit Utrecht van 21 tot en met 23 maart de conferentie Sustainability and Cultural Entrepreneurship. MMNieuws geeft een eerste impressie.

De tijd is voorbij waarin we bij duurzaamheid in eerste instantie dachten aan het aanbrengen van zonnepanelen of het aanleggen van windmolenparken. Duurzaamheid is een verzamelnaam voor verantwoord ondernemerschap met oog voor de drie P’s: People, Planet, Profit (waarbij het laatste niet alleen staat voor het binnenhalen van meer geldelijke winst). Duurzaamheid is ook: garanderen dat opgebouwde kennis en contacten voor de toekomst wordt bewaard en niet bij elke wisseling van de wacht of bij elk afgerond project weer vanaf de grond moeten worden opgebouwd, wat leidt tot verspilling van mankracht, middelen en milieu. Alle bedrijfssectoren staan voor de omvangrijke taak hun activiteiten de komende tijd fors te verduurzamen, en voor de creatieve industrie geldt dat niet anders.

Sterker nog, voor de creatieve industrie is verduurzaming misschien wel extra van belang, omdat deze sector vol kleine bedrijfjes, wisselende dienstverbanden en kortlopende projecten weinig zekerheid en continuïteit kent. Om zichzelf wat meer zekerheid te verschaffen en een langduriger bestaan te kunnen opbouwen heeft ze daarom een brede ondernemersgeest nodig en, niet onbelangrijk, een cultureel beleid dat cultureel ondernemen zo goed mogelijk faciliteert. Dat laatste is overigens – en dat wordt ook in de politiek steeds breder ondersteund – niet alleen van belang voor het voorbestaan van de sector zelf, maar ook en vooral voor de maatschappij als geheel. Steeds meer wordt onderkend dat de creatieve industrie een belangrijke rol kan spelen in het oplossen van economisch-maatschappelijke vraagstukken. Zo kunnen steden waar de fut uit is worden opgekalefaterd door de creatieve activiteit aan te wakkeren. Hierdoor keert de levendigheid terug – en met die levendigheid nieuwe bewoners en ondernemers.

Netwerken
Giep Hagoort (HKU) stelde tijdens de conferentie een aantal concrete oplossingen voor die de culturele sector en de creatieve industrie een nieuwe lease on life zouden kunnen geven. Hij noemde communicatie, zelfstandigheid en duurzaamheid als kernwaarden. Creativiteit hoeft zich niet te beperken tot het creëren van culturele producten. Kunstenaars moeten even goed nadenken over nieuwe, creatieve manieren van bijvoorbeeld financiering. Ze moeten verder vooruit kijken: niet alleen een subsidie proberen te regelen voor zes maanden, maar nadenken over duurzamer manieren om in hun onderhoud te voorzien. Kunstenaars moeten weten wat er leeft binnen de samenleving, beter met de wereld buiten de cultuursector communiceren en niet in de laatste plaats goed functionerende netwerken opbouwen én daar gebruik van maken. Op gebied van communicatie werden tijdens de conferentie al duidelijk stappen in de goede richting gezet. Een van de hoogtepunten van de conferentie was ongetwijfeld de toetreding van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht, de Universiteit Utrecht en de Universiteit Antwerpen tot UNCTAD, dat namens de Verenigde Naties een internationaal creatief-academisch netwerk onderhoudt. Vertegenwoordigers Giep Hagoort (UU), Johan Kolsteeg (HKU) en Guido de Brabander (UA) benadrukten ieder in een eigen, kort speech het belang van samenwerking om innovatieve onderzoeksmethoden uit te wisselen en te ontwikkelen. Edna dos Santos-Duisenberg, aanwezig om de toetreding officieel te bezegelen, benadrukte in haar lezing dat het tijd is nieuwe wegen in te slaan van duurzame groei. Ze benadrukte de aard van creativiteit en intellectueel kapitaal als onuitputtelijke natuurlijke bronnen. De toenemende digitalisering speelt daarbij een belangrijke rol. Het feit dat steeds meer creatieve producten in digitale vorm kunnen worden aangeboden zal leiden tot nieuwe businessmodellen en zal de economische verhoudingen structureel verleggen.

Beleid
Ook Philippe Kern, directeur van het Brusselse onderzoek- en adviesbureau KEA, benadrukte het grote belang van duurzaamheid en hervorming. In de Europese Unie geldt duurzaamheid als een van de belangrijkste doelstellingen en de creatieve industrie is van groot belang om investeringen op het vlak van duurzaamheid te verantwoorden. Een lastig aspect daarbij is echter dat de invloed van de creatieve en culturele industrie zich niet zo gemakkelijk laat meten. Onderzoek richt zich in Europa veelal op wetenschappelijke en technologische creativiteit en gaat dikwijls nog voorbij aan de waarde van culturele creativiteit. ‘De EU moet zijn verhaal veranderen en zichzelf opnieuw uitvinden,’ aldus Kern. Zo zal de culturele sector zich de komende jaren hard moeten maken om de structurele fondsen op EU-niveau meer in de richting van cultuur te sturen; op dit moment gaat nog zo’n 153 miljard euro naar innovatie en wordt slechts zeven miljard uitgetrokken voor cultuur. Die verdeling moet evenwichtiger; het culturele beleid in Europa moet fors worden verbreed.Wat dat betreft, meende Kern, zou Europa een voorbeeld mogen nemen aan een Aziatische grootmacht als China, waar wel culturele en creatieve handelsmarkten bestaan om in het bedrijfsleven de economische interesse in duurzaamheid aan te wakkeren.

Globalisering
Marina Guo (Theatre Academy Shanghai) en Desmond Hui (Centrum voor Cultureel Beleidsonderzoek aan de Chinese Universiteit in Hongkong) vertegenwoordigden de grootmacht China tijdens de conferentie. Beiden wierpen een interessant licht op de rap groeiende creatieve industrie in China. Hui besprak een aantal casestudies, onder andere over het gebruik van de creatieve industrie bij beleids-interventies in Macao om de kansspelindustrie te herpositioneren. Guo sprak over de manier waarop de Theatre Academy Shanghai de creatieve industrie in de stad probeert aan te zwengelen door onder andere stevige netwerken op te bouwen. Guo signaleerde daarbij een paar relevante verschillen tussen de inzet van de creatieve industrie in China en in het Westen. Terwijl creatieve initiatieven in het Westen van oudsher ontstaan vanuit de humuslaag van de maatschappij is het in China veel meer een topdown initiatief van de overheid. De aanzwengeling van de creatieve industrie wordt in China dan ook mede gevoed door politieke overwegingen, als manier om de soft power van China te vergroten.

Valkuilen
Toch is het niet zo dat in Europa overheden helemaal stil zitten op dit terrein; ook hier wordt steeds vaker creativiteit, zij het nog op beperkte schaal, topdown aangezwengeld. Zo initieerde de Europese Unie om te beginnen het project Creative Urban Renewal (CURE), dat poogt verwaarloosde wijken in middelgrote Noordwest-Europese steden nieuw leven in te blazen door aan te moedigen dat zich op zulke plaatsen creatieve industrie vestigt. Dat een bloeiend cultureel en creatief klimaat nieuwe bewoners en bedrijven naar een stad kan trekken is geen idee dat uit de lucht komt vallen; zoals Hans Mommaas van de Tilburg University schetste gebeurde dat al in de jaren tachtig en negentig, als eerste in Manchester, waar kunstenaars en creatieven zich spontaan in achterstallige wijken vestigden en zo het imago van de stad fors omhoog trokken. Het is dus niet verwonderlijk dat overheden vandaag de dag doelbewust de trek van creatieven naar zulke plaatsen proberen te stimuleren. Toch moeten ze daarbij de nodige voorzichtigheid in acht nemen, aldus Mommaas. Steeds vaker sluipen op deze manier economische en vastgoedbelangen de creatieve industrie binnen; cultuur is winstgevend omdat ze vastgoedprijzen kan doen stijgen. Maar overheden moeten oppassen dat ze artistieke en culturele veranderingen niet reduceren tot een development-plan; daarmee verlies je de kunstzinnige, spontane, avant-gardistische gekeerde kant van de creatieve en culturele industrie, de critical edge die juist zo van belang is in een samenleving.

Over de verduurzaming van de creatieve industrie en de vraag of dat van die industrie zelf moet uitgaan of topdown moet worden gestimuleerd door overheden is het laatste woord duidelijk nog niet gezegd. Dat zal ook blijken aan de vele artikelen op de komende pagina’s die aan deze vraagstukken zijn gewijd.

Auteur: Tekst: Redactie MMNieuws

468

Reactie verzenden

Share This