Selecteer een pagina

Investeren in jongeren en kunst & cultuur – de praktijk

Algemeen
Het kan eigenlijk niemand ontgaan zijn: belangrijke nieuwe publieksgroepen zoals jongeren lijken zich steeds minder thuis te voelen bij het officile kunstaanbod. Reden voor bijvoorbeeld onze staatssecretaris van cultuur hier eens extra aandacht aan te besteden. Kansrijke initiatieven en talent moet de weg worden gewezen naar faciliteiten en voorzieningen waarvan zij gebruik kunnen maken. Culturele diversiteit moet niet alleen worden getolereerd, maar actief worden opgespoord, georganiseerd en gecoacht.1


En dan nu de praktijk
Natuurlijk is bijna iedereen het erover eens dat jongeren belangrijk zijn voor de kunst en cultuur. Zij zijn het publiek n de kunstproducenten en -makers van de toekomst. Mede naar aanleiding van de cultuurnota en aandachtspunten van de heer Van der Ploeg vormen de jongeren en hun (gebrek aan) participatie in de kunstsector weer een heus issue. Toch is dit gegeven niet zo nieuw: vele instellingen en organisaties houden zich al jaren bezig met het bereiken en betrekken van jongeren bij kunst en cultuur. Het is dan ook een interessante oefening om eens voorbij de vele abstracte beleidsstukken en -discussies te kijken naar de praktijk. Rotterdam Festivals haalde daarom een aantal collegas uit binnen- en buitenland2 bij elkaar om nu eens heel praktisch te kijken naar wat wel en niet werkt.

Van vrijkaarten tot ambassadeurs…
In Rotterdam presenteerden een aantal zeer uiteenlopende organisaties en instellingen uit binnen- en buitenland zichzelf en de activiteiten waarmee zij proberen jongeren beter en meer te betrekken bij kunst en cultuur. Zo hanteert het Alhambra Theatre uit Bradford een methode waarbij jongeren vrijkaarten en/of kortingskaarten krijgen aangeboden die ze zelf kunnen gebruiken, maar ook aan hun vrienden kunnen verkopen. Met deze laatste activiteit hoopt het theater deze groep jongeren tot een soort mede-eigenaars van het theater te maken, waardoor ze een andere en naar verwachting langduriger relatie met de instelling opbouwen dan alleen die van theaterpubliek. Daarnaast kent het Alhambra Theatre ook zgn. ambassadeurs, jongeren die regelmatig voorstellingen bezoeken, meepraten over de programmering in het theater alsook de marketing daarvan, enzovoort. Ook de Rotterdamse Schouwburg kent een trouwe groep jongerenambassadeurs waar zij regelmatig contact mee heeft. Belangrijk punt is dat je zon groep met respect behandelt en serieus neemt. Het moet bovendien om tweerichtingverkeer gaan; nog te vaak worden ambassadeurs als een soort excuus-Truus gebruikt om ook maar vooral iets met jongeren te doen. Dit is erg demotiverend en levert zowel de instelling als de jongeren niets op.

…en van programmamakers tot eigen baasjes
Naast het advies van jongeren over programmering en marketing dus als kunstconsumenten hebben jongeren ons natuurlijk ook het nodige te bieden als kunstmakers. Bij projecten als Kunstbende en ZapCity kunnen jongeren het podium bestijgen om hun eigen kunst te laten zien. Bij Kunstbende gaat het om een nationale wedstrijd waarbij jongeren strijden om een plaats in de finale in Utrecht. In ZapCity kunnen jongeren in een aantal workshops hun talenten ontwikkelen om die te presenteren tijdens het jongerenfestival ZapNation in Rotterdam.

Bij het jongerentheaterfestival Plantado van het Theater Le Grand Bleu in Lille gaat men verder. Jongeren wordt niet alleen een podium geboden, maar een hele organisatie. De deelnemende jongeren zijn zelf verantwoordelijk voor organisatie, programmering, productie en publiciteit. Ieder jaar doet een nieuwe ploeg onder begeleiding van de club van het jaar ervoor hier onschatbare ervaringen op.

In Kopenhagen tot slot is een voorbeeld van een volledig door jongeren georganiseerd cultuurhuis, waar diverse groepen jongeren hun eigen projecten binnenbrengen. Zij krijgen kantoorfaciliteiten en de plicht om van elkaar te leren. De structuur wordt opengehouden door een cordinator en bestuurd door de projectdeelnemers zelf. Is een project volwassen, dan zoekt het zijn verdere leven buiten de deur, om zo plaats te maken voor nieuwe initiatieven. De achterliggende gedachte spreekt ons allemaal aan: to create participants for life instead of consumers.

Wordt vervolgd
Deze inspirerende dag moet natuurlijk een vervolg krijgen. Rotterdam Festivals verzorgt een uitgebreid verslag en zal daarnaast dit kersverse netwerk blijven prikkelen om elkaar continu te inspireren, uit te dagen en aan te vullen. Het cultuurhuis uit Kopenhagen biedt hiervoor een mooie vorm: een open structuur waarin iedereen met goede ideen een plaats kan krijgen en waar we de plicht hebben van elkaar te leren!

1 OC&W, Cultuur als confrontatie, 46.
2 Uit Engeland: Bradford, Birmingham, Bristol en
Newcastle; uit Frankrijk: Lille, en uit de Scandinavische landen: Stockholm, Copenhagen en Helsinki

Auteur: Marjolein Aarts, Rotterdam Festivals
Referenties: Voor meer informatie en het eindverslag: Rotterdam Festivals, 010 433 2511 of rf@rotterdamfestivals.nl
468

Reactie verzenden

Share This