Selecteer een pagina

Lokaal cultuurbeleid, een vliegende start

Beleid, Marketing

De Vlaamse minister van cultuur wil de Vlaamse gemeenten stimuleren om een kwalitatief cultuurbeleid te ontwikkelen. Hij schreef daartoe een decreet dat op dit moment in tal van gemeenten gemplementeerd wordt. Het Steunpunt voor Lokaal Cultuurbeleid- roepnaam: Cultuur Lokaal- heeft de opdracht de gemeenten en de lokale culturele actoren te begeleiden en te adviseren. Wat is de stand van zaken in Nederland?

Veel plannen
Laten we beginnen met de praktijk. Sinds een halfjaar leggen gemeentelijke cultuurambtenaren en stafmedewerkers van cultuurcentra en bibliotheken zich toe op een nieuwe activiteit. Ze maken een analyse van hun gemeente op cultureel gebied, ze omschrijven waar ze op lange termijn naartoe willen en ze concretiseren dit traject met fraai geformuleerde doelstellingen en concrete instrumenten. Kortom: ze schrijven beleidsplannen.
Zo moet elke Vlaamse gemeente zorg dragen voor een openbare bibliotheek. Op 1 oktober 2002 zullen op de kantoren van de administratie cultuur dus ongeveer 300 beleidsplannen van bibliotheken binnenwaaien. Een tachtigtal gemeenten kan in het kader van het nieuwe decreet een subsidie voor een cultuurcentrum krijgen. Bovendien kan elke gemeente subsidie aanvragen voor het ontwikkelen en uitvoeren van een gemeentelijk cultuurbeleidsplan. In de zomer van 2002 hebben circa 140 gemeenten een aanvraag ingediend. Ze hebben een zogenaamde ‘cultuurbeleidcordinator in dienst genomen (of werven die momenteel aan) die meteen aan een moeilijke opdracht kan beginnen: helder formuleren wat die weinig fraaie functiebenaming betekent. Het optelsommetje tikt af op zon 520 beleidsplannen.

Plannen is een (communicatief) proces
Het opmaken van en werken met een zesjarig beleidsplan is n van de instrumenten die het decreet stimuleert. De Vlaamse overheid ziet de invoering van strategische planning als een waardevolle vernieuwing op zich, maar het is ook een manier om een goed evenwicht te bewaren tussen centrale sturing en lokale autonomie. De Vlaamse overheid definieert in grote lijnen wat het lokaal cultuurbeleid inhoudt (de kunsten, het sociaal-cultureel werk en het cultureel erfgoed), legt accenten, bijvoorbeeld op het bevorderen van cultuurparticipatie en gemeenschapsopbouw, maar laat de gemeenten de ruimte om dit plaatselijk en met eigen prioriteiten in te vullen.
We krijgen uit een groot aantal gemeenten signalen dat er wel degelijk een planningsproces op gang gekomen is. Er wordt werk gemaakt van een communicatief planningsproces: de bevolking wordt genformeerd en betrokken bij de opmaak van het beleidsplan. In de ene gemeente gebeurt dit uiteraard uitvoeriger dan in de andere, maar het is alleszins overtuigend hoeveel initiatieven genomen worden en welke diversiteit aan media en middelen wordt aangewend: hoorzittingen, diepte-interviews met bevoorrechte getuigen, discussieplatforms op website, schriftelijke enqutes enzovoort. In veel gemeenten wordt de horizon van het cultuurbeleid verruimd door de inbreng van mensen uit het jeugdwerk, de welzijnssector, het onderwijs en het bedrijfsleven. In sommige gemeenten is men ervan overtuigd dat je over kunst en cultuur communiceert op een stijlvolle of zelfs artistieke manier. Het zijn vooralsnog uitzonderingen, maar aangenaam inspirerend: de Cultuurtoeter-caravan in Turnhout, het Hartewens-Cultuur-kaartje van Houthalen-Helchteren, de vrije radio actie in Mol. De aanpak van communicatie, inspraak en burgerparticipatie op het cultureel terrein wordt nu ontwikkeld: welke communicatieve acties zijn het meest aangewezen in welke fase van het planningsproces? Hoe al te hoge verwachtingen voorkomen? Hoe kan men de gesprekspartners die met een specifiek verlanglijstje aan tafel zitten, orinteren op het globale beleid? De algemene indruk is toch dat hier een dynamiek op gang komt die niet eenmalig of zesjaarlijks zal zijn. Een aantal gemeenten herbekijkt meteen ook de samenstelling en werkwijze van het officile gemeentelijk adviesorgaan, de cultuurraad.

Een integraal gemeentelijk cultuurbeleid
De gemeenten worden gestimuleerd een samenhangend en integraal cultuurbeleid te voeren. Het beleid zou moeten vertrekken vanuit n visie op de creatie en presentatie (spreiding) van kunst en cultuur, de zorg voor het erfgoed, de competentieverhoging en de gemeenschapsvorming. Door die integratie krijgen afzonderlijke instellingen nieuwe taken toebedeeld. Een bibliotheek leent niet alleen boeken uit, het is ook een ontmoetingsplaats en een informatiepunt waar je nieuwe media kunt raadplegen en op het internet kunt gaan. De bibliotheek is er ook om de cultuurparticipatie en het levenslang leren te stimuleren. Dat vraagt uiteraard samenwerking met andere actoren. Ook de klemtoon op nieuwe taken maakt een dynamiek los. De veldwerkers realiseren zich dat ze niet op routine kunnen blijven draaien en de meest overtuigden (of de meest avontuurlijken?) trekken de nieuwe taken naar zich toe.
Het globale takenpakket is trouwens gekoppeld aan de grootte en ‘stedelijkheid’ van de gemeente. Het nieuwe decreet waardeert de stad als een plek van creatie, confrontatie en dynamiek, maar ook de landelijke gemeente die het verenigingsleven ondersteunt en het erfgoed ontsluit. Het decreet hanteert de indeling van gemeenten van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, waardoor bijvoorbeeld het ‘zorggebied’ van een cultuurcentrum duidelijker wordt en alleszins ruimer gedefinieerd wordt dan de eigen gemeente.

Vliegende start van het steunpunt Cultuur Lokaal
Het steunpunt Cultuur Lokaal heeft als opdracht de gemeentebesturen te begeleiden en adviseren bij de ontwikkeling van een kwalitatief en integraal cultuurbeleid. Het steunpunt is (te) laat genstalleerd en heeft een vliegende start moeten nemen. De eerste werkperiode staat sterk in het teken van de opmaak van de beleidsplannen. Het steunpunt realiseerde samen met de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten in het voorjaar 2002 een praktische handleiding, Cultuurbeleidsplanning in de gemeente en organiseerde vormingssessies voor stafmedewerkers van cultuurcentra, cultuurbeleidcordinatoren en schepenen (in Nederland: wethouders) van cultuur. De tweewekelijkse elektronische nieuwsbrief en de rubriek ‘frequently asked questions’ op de website zijn intensieve en gewaardeerde communicatiekanalen.
Het steunpunt wil zich ontwikkelen tot een ‘huis van vertrouwen’, waar de sector terecht kan voor advies en actuele, betrouwbare informatie. Het wil ook een ‘huis van inspiratie’ zijn, dat bezieling, creativiteit en reflectie uitstraalt, onder andere door projecten en experimenten te ondersteunen en door te communiceren over de good practices die zo ontwikkeld worden.

Auteur: Marc Van Mechelen marc.vanmechelen@cultuurlokaal.be

468

Reactie verzenden

Share This