Selecteer een pagina

Nieuwe mediavoorhoede en de culturele elite

Algemeen
Voorlopers op het terrein van nieuwe media zijn grotere cultuurliefhebbers dan volgers en achterblijvers. Ze bezoeken relatief vaak culturele instellingen al geldt dat wel voor theaters en bioscopen, maar niet voor musea. Dit blijkt uit het onlangs verschenen SCP-rapport Alle kanalen staan open; de digitalisering van het mediagebruik.


Twee culturen
Technologie en kunsten; ze lijken op het eerste gezicht slecht samen te gaan. Mogelijk dringen herinneringen aan de beroemde lezing Two cultures van C.P. Snow zich op. Hij beschreef een soort waterscheiding tussen de humaniora en de natuurwetenschappen, tussen een meer idealistische en meer materialistische benadering van de werkelijkheid. De lezing is inmiddels meer dan een halve eeuw geleden uitgesproken en in de loop van de tijd is er van alles tegenin gebracht. Toch is altijd een idee van tegenstelling blijven bestaan, en zo overheerst in eerste instantie ook bij kunsten en technologie het idee van een wat ongemakkelijke verhouding.

Voorlopers, volgers en achterblijvers
In de afgelopen decennia heeft het internet een snelle opmars gekend in de Nederlandse huishoudens. Zo’n twintig jaar geleden maakten de voorlopers kennis met het internet en anno 2009 had nog maar een kleine minderheid van de Nederlandse huishoudens thuis geen toegang (10%). Tussen de voorlopers en de achterblijvers zijn nog verschillende andere groepen te lokaliseren. Wij vroegen ons af hoe het eigenlijk gesteld is met de culturele belangstelling van die verschillende groepen. Om voorlopers, volgers en achterblijvers in kaart te brengen sloten we aan bij een onderscheid dat Everett Rogers (2003) gemaakt heeft. Hij onderscheidde vijf zogenoemde adoptertypen. De kleine groep personen die als eersten in het bezit komen, noemde hij innovators’. Vaak zijn dit personen met grote affiniteit voor technologie. De informatie, de gebruiks-ervaringen en het positieve oordeel van deze voorlopers beïnvloedt vervolgens de beslissing van de volgende groep, de early adopters. Deze groep wordt gevolgd door de early majority. De late majority en vooral de laggards zijn relatief laat met het aanschaffen.

Innovators als cultuurminnaars
Onder de innovators en early adopters zijn jongeren en mannen oververtegenwoordigd. Gezien dit profiel van deze groep ligt het niet voor de hand dat zij culturele voorlopers zullen zijn in het meer traditionele cultuuraanbod, zoals op het terrein van de podiumkunsten. Toch is dit wel het geval. Van de innovators bezoekt 28% ten minste maandelijks een podiumvoorstelling en van de early adopters 12%. Daar staat tegenover dat 10% van de late majority en 5% van de laggards maandelijks naar het theater gaat. Een vergelijkbaar groot verschil vonden we bij het bioscooppubliek: innovators 20%, early adopters 17%, late majority 7% en laggards 3%. Geen significant verschil was waar te nemen bij het bezoek van musea en tentoonstellingen, maar wel weer bij het beluisteren van muziek (waarbij geen onderscheid is gemaakt of het om klassieke of popmuziek gaat).

In de breedte bezien
Geen tegenstelling tussen technologie en cultuur dus. Over de gehele linie blijken de voorlopers juist grotere cultuurliefhebbers dan de volgers en achterblijvers. De percentages frequente en incidentele deelnemers liggen onder innovators en early adopters meestal hoger dan voor de bevolking als geheel. Zij die zelden of nooit een bezoek brengen aan deze cultuurvormen zijn vooral onder de laggards te vinden. Innovators blijken twee keer zo vaak als gemiddeld tot de groep te behoren die het meest cultureel actief is en de early adopters anderhalf keer zo vaak. Laggards nemen genoegen met een gemiddelde dat half zo groot is als dat van de gehele bevolking van 16-80 jaar.

Doorkruisende factoren
Deels kan het verband tussen adoptergroepen en cultuurdeelname worden toegeschreven aan achtergrondkenmerken. Hoogopgeleiden zijn zowel onder de cultuurbezoekers als onder de voorlopers op technologisch terrein oververtegenwoordigd. Hetzelfde geldt voor personen uit hogere inkomensklassen en betaald werkenden. Ook nadat er middels statische analyse gecontroleerd is voor deze kenmerken, blijkt dat het adoptertype nog steeds van invloed is op de culturele belangstelling. Al met al tekent zich het beeld af dat de nieuwe mediavoorhoede en de culturele voorhoede voor een belangrijk deel samenvallen.

Auteur: Tekst: Jos de Haan en Frank Huysmans Jos de Haan en Frank Huysmans onderzoekers bij het Sociaal Cultureel Planbureau (j.de.haan@SCP.NL).
Referenties: Frank Huysmans en Jos de Haan (2010), Alle kanalen staan open; digitalisering van het mediagebruik. Den Haag, Sociaal en Cultureel Planbureau. Te bestellen en te downloaden van www.scp.nl

Everett M. Rogers (2003), Diffusion of innovations (vijfde editie). New York,Free Press.
C.P. Snow (1959), Two cultures. Cambridge University Press.

468

Reactie verzenden

Share This