Selecteer een pagina

OCW: participatie en mediawijsheid speerpunten van beleid

Algemeen
Ook al is niet iedereen er even enthousiast over, zeker is dat de ontwikkelingen op het gebied van internet en digitale media, mede door de groei van Web 2.0-technologien en -applicaties, gevolgen zullen hebben voor de manier waarop grote groepen mensen zullen omgaan met het opdoen en verspreiden van kennis en informatie. Een van de vragen die zich daarbij voordoet, betreft de rol die culturele instellingen daarin kunnen of moeten spelen. Het lijkt in ieder geval noodzakelijk dat zij zich in het licht van deze ontwikkelingen bezinnen op hun functie en hun manier van werken. Omdat we benieuwd waren naar de visie van de overheid met name het ministerie van OCW op deze beide onderwerpen, legde MMNieuws twee topambtenaren van het ministerie, Martin Berendse (Directeur Kunsten) en Marjan Hammersma (Directeur Media, Letteren en Bibliotheken) enkele vragen voor.


Volgens deskundigen zal de houding van in cultuur genteresseerden in de nabije toekomst sterk veranderen, van waiting consumers naar co-creators, players, contributors, participants. In plaats van een structuur die valt te karakteriseren als van top-down komt een structuur van bottom up.
Houdt het ministerie rekening met een dergelijk toekomstbeeld, en zo ja, wat zijn de concrete consequenties en maatregelen die het ministerie neemt of propageert om op deze ontwikkeling in te spelen?
In een van de eerste paragrafen van de nota Kunst van Leven markeert minister Plasterk het belang van innovatie, eCultuur en de creatieve industrie. Concreet blijkt dit bijvoorbeeld uit de ruimere rol die de publieke omroep krijgt in het digitale domein. Waar het internet voorheen tot de neventaken van de omroep behoorde, zal, mede op advies van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, de mediawet technologie-neutraal worden, waardoor de mogelijkheden van de publieke omroep om crossmediaal te opereren aanzienlijk groter worden. Dat geldt overigens ook voor marktpartijen, sinds de verruiming van de mediaconcentratie-regels. Een website als cinema.nl, waarin VPRO en Volkskrant samenwerken, is een goed voorbeeld van een dergelijke ontwikkeling.

Welke veranderingen in de attitude van culturele instellingen t.a.v. hun publiek is volgens het ministerie noodzakelijk om deze ontwikkelingen het hoofd te bieden?
De wereld verandert: zowel de technologische basis, de economische condities als de politiek-bestuurlijke kaders zijn in beweging. De ontwikkelingen zijn bekend: digitalisering, commercialisering, Europese Unie, globalisering. In de kern zullen veel culturele instellingen gewoon blijven doen waar ze toe geroepen zijn: voorstellingen maken, exposities inrichten, programmas verspreiden, boeken verkopen of uitlenen. De wijze waarop ze dit doen zal door de genoemde trends veranderen. De handel in boeken is daar een aansprekend voorbeeld van: internet heeft het long tail businessmodel mogelijk gemaakt, waardoor een bekende activiteit (boeken verkopen) een nieuwe vlucht krijgt. Een andere ontwikkeling is natuurlijk de komst van een nieuwe generatie makers, voor wie het onderscheid tussen gesubsidieerde kunst en marktgerichte creativiteit niet meer evident is. Onafhankelijkheid en toegankelijkheid blijven echter vaste waarden van het cultuurbeleid die onaangetast moeten blijven.
Zijn er op dit moment concrete voorbeelden te noemen van culturele instellingen die zich op deze problematiek voorbereiden of inspelen? Of om meer concreet te zijn wat is de taak van de bibliotheken, de musea en de erfgoedinstellingen in deze? En zal er iets (moeten) veranderen in de manier waarop de theaters, schouwburgen en concertzalen hun publiek bedienen?
De Centrale Discotheek Rotterdam is een inspirerend voorbeeld van een culturele instelling die zichzelf opnieuw heeft uitgevonden. Via het digitaal lenen en een actieve bemiddelaarsrol is de CDR, behalve muziekbibliotheek, intermediair voor muziekliefhebbers geworden. In de podiumkunsten en bij musea zien we ook tal van innovaties, zoals de wijze waarop theatergroep Alaska haar voorstelling financiert, via donaties van een kring van liefhebbers, als sponsors die een tegeltje in het decor huren, een theaterversie van milliondollarhomepage.com.

Volgens velen zal deze groei van participatie en innovatie alleen tot stand komen wanneer het grote publiek de beschikking krijgt over de noodzakelijke tools. Ziet het ministerie het als een taak van de overheid om het ter beschikking stellen van deze tools te propageren of te bevorderen? Zijn er wat dat betreft concrete voorbeelden van projecten of diensten die het ministerie ondersteunt?
Uiteraard. Participatie is sinds jaar en dag een voornaam motief van cultuur- en mediabeleid, en de acties op dit gebied zijn legio. Minister Plasterk heeft een 10-puntenplan en een programmafonds voor cultuurparticipatie aangekondigd. Mediawijsheid, het bewust en actief omgaan met media, nieuw en oud, is een van de punten van dat plan. Het kabinet zal op verzoek van de kamer de komende tijd concrete actie ondernemen, iets wat ook in Kunst van leven is aangekondigd.

Het ministerie van OCW heeft samen met dat van EZ enige tijd geleden een ambitieus rapport het licht doen zien over de betekenis van de creatieve industrie en het cultureel ondernemerschap. In hoeverre wordt in dat programma rekening gehouden met de boven omschreven ontwikkelingen?
Wie de veertig projecten ziet die in het programma voor de Creatieve Industrie geld hebben ontvangen om de band tussen creativiteit en ondernemerschap te versterken, de zogenaamde Creative Challenge Call (CCC), ziet dat het creatieve industriebeleid vanzelfsprekend veel samenhang heeft met digitale ontwikkelingen. Meer informatie daarover is te vinden via de blog creativechallengecall.nl.

Liggen hier specifieke taken voor het onderwijs, met name voor de universiteiten, de hogescholen en het kunstonderwijs? En is daar een betere onderlinge taakverdeling of nadere afbakening van onderzoeks- en onderwijstaken nodig?
Kennisinstellingen spelen een sleutelrol bij deze ontwikkelingen, en zijn dan ook vaak partner bij CCC-projecten. Meer regie op deze betrokkenheid lijkt op dit moment niet nodig of wenselijk.

Het is in het kader van het propageren van het cultureel ondernemerschap en de ontwikkeling van de creatieve industrie interessant om te spreken over subsidiring en ondersteuning. Verandert er in de nabije toekomst iets in de manier waarop de creatieve en culturele sector financieel wordt gesteund door de overheid, en zo ja, wat zijn dan de plannen of ideen?
In de gesubsidieerde culturele sectoren krijgen de cultuurfondsen een grotere rol, zoals bekend; de operatie Verschil Maken, ook toegelicht in Kunst van Leven. Het lopende Programma voor de Creatieve Industrie van EZ en OCW samen wordt gevalueerd; vooruitlopend daarop kunnen we hierover geen uitspraken doen.

Auteur: Redactie MMNieuws redactie@mmnieuws.nl
468

Reactie verzenden

Share This