Selecteer een pagina

Onderweg naar morgen?

Algemeen
Op 3 oktober werden in pakhuis Willem de Zwijger de resultaten van het project KoersKunst gepresenteerd, de ‘landelijke brainstorm’ over de toekomst van de culturele sector. Een overzicht van een middag kansen en knelpunten.

Johan Idema, een van de initiatiefnemers van KoersKunst, begon het inhoudelijke deel van de middag met een korte presentatie voor een grotendeels gevulde zaal. Naast Johan Idema namen Nanette Ris, directeur van muziekcentrum Vredeburg, Dingeman Kuilman, voorzitter van bestuur bij ArtEZ en voormalig directeur van Premsela, en Hans Maarten van den Brink, directeur van het Mediafonds, plaats in het panel. Verandering is nodig, zo waren panel en publiek het vrijwel geheel met elkaar eens. Aan die algemene wens moet invulling gegeven worden door de resultaten van KoersKunst. Het project bleek met tienduizenden meelezers en reageerders een groot succes. Uit de reacties is een twintigtal ideeën geselecteerd, afkomstig van zowel deskundigen als leken. Problemen en oplossingen bleken vooral rond communicatie en presentatie te draaien, samengevat in een paar handige catch phrases. Kunst en cultuur moet ‘van bekijken naar begrijpen’; culturele instellingen moeten ‘van bestoken naar betrekken’ en het aanbod moet van ‘van binnenkant naar buitenkans’. Het publiek moet opnieuw betrokken worden bij cultuur, de bezoeker moet het gereedschap gegeven worden om kunst op waarde te kunnen schatten, culturele instellingen moeten vaker luisteren naar outsiders en kunst moet de straat op en doordringen tot de dagelijkse leefwereld van mensen.

Tijdens de discussie tussen de leden van het panel, en panel en publiek bleek verdeeldheid over de vraag of er een scheiding tussen culturele instellingen en publiek was ontstaan. Het nut van verbeterde communicatie bleek naar aanleiding van de presentatie wel te worden ingezien. Financiële aspecten en de bezuinigingen werden bewust op de achtergrond gehouden; de kernvraag is niet langer ‘waar haal ik mijn geld vandaan?’ maar ‘wat wil ik zijn?’ Kuilman benadrukte het grote reservoir aan potentieel belangrijke en betekenisvolle kunst dat niet aangeboord wordt door het publiek en kreeg daarbij bijval van Van den Brink. Dat voerde snel naar een onderliggende discussie over het veel fundamentelere probleem rond de zin van kunst in de moderne Westerse samenleving, en de rol die de culturele elite (kunstenaars, kunstcritici, culturele instellingen) daarin mag spelen. Begrijpelijkerwijs kon er niet al te diep op deze discussie ingegaan worden, maar gedurende de middag bleven dergelijke onderliggende vraagstukken de kop op steken. In het verlengde hiervan vond een aantal bezoekers het dan ook een gemis dat KoersKunst zich vooral op communicatie en presentatie had gestort, maar niet op de inhoudelijke richting van Nederlandse kunst en de relatie tussen kunstenaar en publiek. 

 

Toch bleek, afgaande op de reacties in de zaal, juist die communicatie een probleem te zijn binnen veel culturele instellingen. Hoe krijg je het publiek weer enthousiast over kunst? Ris deelde haar ervaring bij Vredenburg met experimenteren en het ontwikkelen van nieuwe toegangswegen tot een jonger publiek. Niet elke poging was een succes, maar er zat volgens Ris wel degelijk veel potentieel in het experiment. Betere begeleiding, bijvoorbeeld door rondleidingen en educatie, bleek daarnaast ook een populaire optie. Zonder de nodige kennis is het nu eenmaal moeilijker genieten van kunst. Er werd gereflecteerd op het verleden, waarbij een aantal gasten, gesteund door Van den Brink, opmerkten dat er misschien wel erg veel van de oude houding tegenover kunst was weggegooid in het openstellen van de musea en culturele instellingen voor een nieuw publiek. ‘Verpretting’ van het aanbod zag het panel aan de andere kant niet als een probleem. Wel moet er ruimte zijn voor verdieping voor diegenen die verder dan de oppervlakte willen duiken. Juist hierin liggen mogelijkheden voor culturele instellingen. Kuilman en Van den Brink bleken grote voorstanders van dit ‘instapmodel’. Aan het einde van de middag kregen de panelleden de kans een aantal van hun eigen reflecties op KoersKunst te delen bij wijze van conclusie. Allen waren enthousiast over de nadruk op verbeterde communicatie. Kuilman noemde daarbij het nut van educatie, Ris zag het als een kans voor culturele instellingen om nuchter naar zichzelf te kijken en vragen te stellen over hun nut en fundament in de samenleving, Van den Brink tenslotte benadrukte dat culturele instellingen trouw moeten blijven aan hun identiteit en hun publiek op waarde moeten schatten. 

 

Kritische noten klonken er zeker maar over het algemeen was het draagvlak voor de ideeën en conclusies van KoersKunst erg groot. De aangewezen knelpunten waren voor veel aanwezigen herkenbaar, de aangedragen oplossingen goed ontvangen. Nu alleen nog de toepassing.

 

Auteur: Stefan Penders
Referenties:  
468

Reactie verzenden

Share This