Selecteer een pagina

Op zoek naar de oudere jongere.

Column Steve Austen

Algemeen
Als je sommige publicaties moet geloven bestaan er bijna geen bejaarden meer. Voor zover ze nog bestaan, zitten ze veilig opgeborgen in zogenaamde bejaardenhuizen. De opzet van deze voorzieningen is om de daar verblijvende personen zo snel mogelijk uit het economische verkeer te verwijderen. De indruk wordt gewekt dat we over een paar jaar van de bejaardenberg verlost zijn. Nog even doorbijten dus. 


In de moderne markteconomie tellen ze namelijk niet meer mee. Daar is iedereen het wel over eens.  Geheel in lijn met de neo-liberale inzichten die nu ook, zij het met enige vertraging, onze regering hebben bereikt, is het onverantwoord er belastinggeld voor vrij te maken. Privatiseren dus en wel zo snel mogelijk. Laat de markt zijn zegenrijke werk maar doen. Een voordeel is dat je op deze doelgroep geen marketing hoeft los te laten: de behoefte aan rollators, incontinentieluiers en zuurstofflessen is eenvoudig langs statistische weg vast te stellen. 

 
Met consumentenklachten hoeft bovendien geen rekening te worden gehouden. Van een individuele benadering is dan ook geen sprake. Toch hebben de meeste bewoners van deze wachtkamers van de dood in veel gevallen wel degelijk deelgenomen aan het economisch verkeer. Als homo-economicus waren ze nodig om onze markteconomie draaiende te houden. Nu steeds meer actieve medeburgers ver vóór hun 65ste uit het productieproces stappen, doet zich de vraag voor hoe zij van hun vermogen verlost kunnen worden vóór ze in de bovengenoemde inrichtingen terecht komen. Het zou toch verdomde zonde zijn indien de kans gemist wordt om deze vermogens af te romen vóór ze verdwijnen naar de fiscus, het Rode Kruis of de Dierenbescherming. Daar schiet natuurlijk niemand wat mee op.
 
Het wordt dus hoog tijd dat er producten en diensten worden ontwikkeld die de nu nog productieve babyboomers tot consumeren aanzetten en wel in een mate die zij voordien niet gewend waren. 
Die producten moeten inspelen op de eeuwigheidsfobie die alle stervelingen eigen is. Ondernemers die de vitale oudere jongeren van 55 jaar en ouder de indruk kunnen geven dat zij ook na hun dood zullen voortleven in het collectief geheugen zijn spekkoper. Deze eenvoudige analyse van het koopgedrag mag natuurlijk nooit als zodanig in de beoogde marketingstrategie voor de doelgroep te prominent doorklinken. Dat mensen bestolen willen worden is één, dat openbaar maken en daarmee de mythe van het altruïsme doorbreken gaat te ver. Het gaat dus vooral om het optuigen van de mythologie van de onbaatzuchtigheid en de onsterfelijkheid.
 
In een tijd waarin de onkerkelijkheid meer dan gecompenseerd wordt door belangstelling voor spiritualiteit en persoonlijke groei is er voor de handige jongens en meisjes onder ons een aardig centje te verdienen. Je moet maar zo denken: ieder kerkgebouw dat in een tapijthal verandert, is ooit gebouwd van de centen van de toenmalige gelovigen. Dat geld moet toch ergens heen? De nieuwe kerken en tempels maken een goede kans: monumenten en musea, spirituele centra, nieuwe woongemeenschappen en particuliere kennisinstituten. Het is natuurlijk wel zaak dat de naam van de weldoener nog voor eeuwen zichtbaar is. Dat hadden zelfs de laat-middeleeuwse katholieken al begrepen. In menige (voormalige) katholieke kathedraal of basiliek, klooster, convent of kapelletje prijkt de naam van de weldoener in natuursteen gebeiteld in de hal of zelfs aan de buitenmuur.
 
Logisch, in die tijd bestond de welvaartsstaat nog niet en was het privatisering wat de klok sloeg. Wie de perspectieven voor de komende decennia overziet, moet naast de verlustiging in succesvolle verdienmodellen, toch ook tot een alarmerende conclusie komen. Terwijl de roep om verlaging van de belastingen toeneemt en het vermogen onder ouderen, ondanks de beurscrisis, nog steeds groeit, zijn de collectieve voorzieningen pensioenen, openbaar vervoer, water, gas en elektriciteit, hoger onderwijs, ziekenhuizen en revalidatieoorden steeds meer afhankelijk van de aandeelhouders van deze inmiddels geprivatiseerde bedrijven. De shareholders, u en ik, de potentiële gebruikers dus, tellen niet meer mee. In die zin keren we onverbiddelijk terug naar de late middeleeuwen en zullen we, naar ik hoop, spoedig daarna een tweede verlichting gaan meemaken. Net als in de tijd van de opkomende burgerij, de nieuwe middenklasse die over vermogen ging beschikken, zullen dan de privé hofjes, onderlinge verzekeringsmaatschappijen, waarborgfondsen, welzijns en zorgstichtingen, museum- en theaterverenigingen in het leven worden geroepen.

Precies zoals dat in de begintijd van de civil society het geval was. Te verwachten valt dan dat, over een jaar of honderd, door dan levende verlichte politici al deze blijken van particulier initiatief zullen worden genationaliseerd om als zodanig deel uit te maken van de solidaire samenleving die het maar wat plezierig vindt dat de Staat deze taken overneemt en daar dan ook graag belasting voor betaalt. Zo ver is het nog lang niet. Er zit dus niets anders op dan tot die tijd flink geld te verdienen aan het uiteenvallen van de welvaartsstaat en vooral jong te blijven.

Auteur: Dr (h.c.) Steve Austen is visiting professor, consultant en publicist (www.steveausten.nl)
Referenties:  
468

Reactie verzenden

Share This