Selecteer een pagina

Opgemerkt

rubriek: opgemerkt

Algemeen

Folderaars spreken elkaar moed in

De tijd die jongeren aan lezen en de publieke omroepen besteden, is sinds 1990 gehalveerd van acht naar vier uur per week. Daarentegen is de tijd voor commercile televisie (vanaf 1989) en internet meer dan verdubbeld tot ruim 9 uur. Afgezet tegen deze trends is het opmerkelijk dat jongeren meer belangstelling hebben gekregen voor reclamedrukwerk en huis-aan-huisbladen. Die interesse valt dan ook niet te relateren aan de ontwikkelingen van oude of nieuwe media, volgens hoogleraar sociologie Wim Knulst.
Folders en brochures sorteerden volgens Cees de Rooy in 2001 meer effect dan daarvoor. De branche is zich steeds verder aan het professionaliseren. Bovendien wijst de toename van de positieve attitude erop dat het medium leuker is geworden. Ongeadresseerd reclamedrukwerk is niet louter een retail- en salesmedium voor de korte termijn, maar kan wel degelijk bijdragen aan merkbouw.

Adformatie 22, mei 2002

Amsterdam Disney-land, liever niet?

Hans van Driem, directeur van TRN liet zich een paar keer in korte tijd ontvallen dat hij voorstander is van Disneyficering van de Amsterdamse binnenstad. De entertainmenteconomie moet vooral voorrang krijgen boven de oude economie van Amsterdam. Hotels, winkels en bioscopen draaien er al voor meer dan de helft op dagjesmensen. Disneyficering is de redding voor de kleine ondernemers. Heeft van Driem gelijk? Moet Amsterdam het pretpark van Nederland worden?
Stephen Hodes, LAgroup: Als Disneyficering zou doorslaan en recreatie de overhand zou krijgen, zal de aantrekkelijkheid van Amsterdam sterk achteruitgaan, niet alleen als stad om te bezoeken, maar ook om in te wonen.
Herman ter Balkt, Amsterdam Toerist Board: De Amsterdam Tourist Board zorgt ervoor dat toerisme in Amsterdam voldoende draagvlak heeft en verdere groei van toerisme mogelijk maakt. Amsterdammers staan positief tegenover toerisme, zolang dit niet de overhand krijgt boven wonen en werken in de stad. Bij Disneyficering zou dat wel het geval zijn.
Martin Lindelauf, Hotel Krasnapolsky: Disney zal zeker een toegevoegde waarde leveren aan het toeristisch product. Bovendien zal dit iedereen aanzetten tot een hoger serviceniveau binnen de eigen organisatie. Daarnaast zullen er meer toeristen komen en ook de congresmarkt zal ervan profiteren.

Recreatie & Toerisme 3

De informerende waarde van Museum WebSites

In een internationaal onderzoek via internet van The School of Library and Information Science at the University of North Texas worden de bezoekers van museum websites in verschillende groepen verdeeld: scholieren, docenten, studenten, bezoekers van de desbetreffende musea en museumpersoneel. De meeste virtuele bezoekers (57%) gaan zowel voor als na een fysiek bezoek aan het museum, naar de website. Het percentage mensen dat elke dag een museumwebsite bezoekt is 5%. Dit zijn met name studenten, bezoekers en museumpersoneel. Het merendeel bezoekt eens per maand (29%) of n keer per semester (30%) een museumsite.
De centrale onderzoeksvraag was; Naar welk soort informatie zijn bezoekers van museum websites op zoek?
– 68% van de virtuele bezoekers is op zoek naar informatie over recente tentoonstellingen.
– 63% wil meer weten over de collectie
– 60% is genteresseerd in speciale evenementen
– 56% is op zoek naar adres- en reisgegevens
– 49% is op zoek naar een afbeelding van een object uit de collectie
– 48% wil meer informatie over de museale collectie, vooral m.b.t. tot onderzoek
– 38% zoekt contact met het personeel
– 18% is genteresseerd in de online verkoop van museumartikelen
– 11% is genteresseerd in de online kaartverkoop

Het merendeel van de museumsites bevat vooral marketinginformatie, zoals openingstijden en de locatie van het museum. Veel mensen verwachten echter ook driedimensionale plattegronden met veel details en mogelijkheden om van de ene zaal naar de ander zaal te lopen.

Meestal is er via de website geen toegang tot de database van de museumcollectie en is er al helemaal geen beschrijvende informatie over de objecten te vinden. En dat terwijl toch 63% van de bezoekers graag virtueel zou willen rondneuzen in de museumcollectie. De virtuele bezoekers hebben ook meer behoefte aan informatie over historie, plaatsen en personen om zo de objecten uit de collectie in een context te kunnen plaatsen. Het zijn met name docenten en scholieren die veel belang hechten aan dergelijke informatie, net als het verkrijgen van afbeeldingen van objecten uit de collectie.

De online verkoop van toegangskaarten en museumartikelen vormt maar voor weinig mensen een reden om een museumsite te bezoeken. Dit is vooral te wijten aan het kleine aantal musea waarbij e-commerce op de website tot de mogelijkheden behoort.

http://www.firstmonday.org/issues/issue7_2/kravchyna/index.html

Auteur: Neeltje van Haaren n.vanhaaren@mmnieuws.nl
468

Reactie verzenden

Share This