Selecteer een pagina

Opgemerkt

rubriek: opgemerkt

Algemeen

Leidse Poort: virtueel samenwerken in Leiden – Museumvisie 2, juli 2002

Wil je als aanbieder overleven, dan moet je je gebruikers bereiken met een zich van anderen onderscheidende kwaliteit en service, en hen vervolgens vasthouden in een duurzame relatie van diensten en ervaringen. Niets zo effectief als op elk moment, voor niks, bij je relaties virtueel aanwezig zijn. Via internet, ondersteund door communicatie en promotie in andere media, en met diensten van een bewezen kwaliteit.
Dit geldt ook voor musea. Musea kunnen internet gebruiken als digitale etalage of virtuele vitrine. Maar ze kunnen ook een stap verder gaan en functioneren als een poort naar een veel breder kennisdomein. In het oude model werken musea veelal met boeken en andere eindproducten. In het nieuwe model gaat het tegelijkertijd ook om halfproducten voor andere, nieuwe processen ten behoeve van reflectie en expressie.
In het project Leidse Poort probeerden drie Leidse rijksmusea tot integrale publiekontsluiting van hun kennis te komen door gebruiksgerichte en domeinoverschrijdende koppeling van kennisdatabases op het web. Dit bereikten ze door te zoeken naar overeenkomstige aspecten in drie collecties. De volgende stap was het maken van een website systeem waar de inhoudelijke medewerkers van de musea zelf in konden werken om de website te beheren en redigeren.
Het project vindt veel navolging, want inmiddels werken er vijfentwintig instellingen op deze manier.

Groei internet gaat niet ten koste van televisie, wel van lezen – Adformatie 26/27, juni 2002

Internetters kijken op dit moment minder televisie dan gemiddeld, maar daar komt verandering in. In 1999 waren internetters matige televisiekijkers, maar anno 2001 lijken ze steeds meer op het gemiddelde televisiepubliek. Voorlopig lijkt de opmars van internet dus niet ten koste te gaan van televisie. Televisie kijken vervult kennelijk een andere behoefte dan internet.
In 2001 was er een gemiddeld kijktijd van twee uur en drie kwartier. Dat is hoger dan ooit tevoren. Maar ook de internettijd is gestegen, dus moet deze tijd van andere bezigheden komen. Zo blijkt dat de tijd die thuis aan internet wordt besteed reeds langer is dan de tijd die gaat zitten in het lezen van tijdschriften.

Het einde van de eensgezindheid? – Holland Film Nieuws 46, juni 2002

Bijna tien jaar lang zette NFC Marketing zich in om een duidelijke bijdrage te leveren aan de promotie van de bioscoopsector. Tot eind vorig jaar, toen duidelijk werd dat er flink wat ging veranderen. Wat ging er mis bij NFC Marketing?
In 1992 gingen er nog maar 13,7 miljoen Nederlanders naar de bioscoop. Er moest iets gedaan worden om het tij te keren. Om een collectief marketingbeleid van de grond te krijgen riepen enkele bioscoopexploitanten en filmdistributeurs in 1993 NFC Marketing in leven. Zij bedachten acties en activiteiten zoals De Nationale Bioscoopdag, de nationale 2 voor 1 actie, de BelBios en filmeducatie. Hierna ging het steeds beter met het bioscoopbezoek en was deze vorm van collectieve marketing minder hard nodig, vooral omdat de bioscopen op dit gebied zelf een stuk actiever waren geworden. Een ander probleem wordt gevormd door de financiering. De activiteiten van de stichting (en de stichting zelf) werden betaald met de nu weggevallen gelden van de zogeheten Easy Blue actie van de Postbank. De NFC zal daarom vanaf nu in een kleinere vorm voortbestaan, waarbij de aandacht vooral wordt gericht op interne marketing en filmeducatie.

Jongeren veroveren hun eigen monument – Heemschut, juni 2002

Vinden jongeren monumenten saai? Het is maar hoe je er aandacht voor vraagt. Het VSB Fonds wil jongeren meer monumentgevoelig maken. Dit kan alleen door aan te sluiten bij de belevingswereld van jongeren zelf. En zo gingen jongeren in de steden Alkmaar, Haarlem en Purmerend aan de slag in pilotprojecten onder het motto ‘Verover je eigen monument!’. Zij gingen op zoek naar een monument dat ze zelf interessant genoeg vinden voor een bezoek en leggen dit bezoek op video vast.
In het hele land worden nu soortgelijke projecten opgezet, met financile steun van het VSB Fonds.

Gericht spammen mag – Bizz 7, juli 2002

Veel mensen stellen het ontvangen van spam, ongevraagde en ongewenste reclame, niet op prijs. Er zijn echter methoden om e-mailings te versturen zonder mensen voor het hoofd te stoten. Zoals het verzamelen van adresgegevens via antwoordkaarten bij direct mailings en advertenties, het laten registeren van de lezers van uw website of nieuwsbrief, het weggeven van gratis producten, het uitschrijven van een prijsvraag, en het adverteren op andere websites of in nieuwsbrieven. Zie voor meer informatie: www.response-city.com

Winstgevende stadspromotie met evenementen – Festivak, juli 2002

Citymarketeers gebruiken evenementen als een goedkoop en zelfs winstgevend instrument om hun stad te promoten. Op het congres ‘Evenementbeleid en Belang’ werd duidelijk dat er verschillende manieren van citymarketing zijn.
Sneek en Assen bereiden de uit zichzelf ontstane evenementen Sneekweek en TT Assen met andere evenementen uit om hun stad te promoten.
In Dordrecht pakt men het anders aan. Daar wil men juist dat inwoners de stad promoten. Het ideale instrument daarvoor zijn evenementen. Diverse steden, zoals bijvoorbeeld Rotterdam, proberen zich als sportstad te promoten. Daarvoor lonken ze naar grote, liefst internationale, sporttoernooien. Sport is aantrekkelijk, omdat het een sponsor gedomineerd terrein is en helpt bij het verwerven en promoten van evenementen.
Het aantal evenementen is in 25 jaar vertienvoudigd tot zes- zevenduizend per jaar, maar er moeten wel vraagtekens gezet worden bij de vercommercialisering en subsidiering ervan. Daarnaast spelen er verschillende problemen een rol bij het organiseren van evenementen. Zoals het probleem van de verdringingsmarkt, waarbij de concurrentie groot is en organisatoren steeds op zoek moeten naar nieuwe ‘producten’ om zich te onderscheiden. Daarnaast zorgt het grote aanbod van evenementen voor een daling in de interesse van het publiek, er treed verzadiging op. Een derde probleem is de aanslag die evenementen keer op keer plegen op de publieke ruimte.

Auteur: Neeltje van Haaren n.vanhaaren@mmnieuws.nl
468

Reactie verzenden

Share This