Selecteer een pagina

Over twintig jaar is Rotterdam een van de creatieve hotspots van Europa

Marketing

Rotterdam heeft grootse plannen met zn creatieve sector, zo valt te lezen uit de presentatie van de plannen voor de creatieve economie in Rotterdam van wethouders Mark Harbers (Economie, Haven en Milieu) en Orhan Kaya (Participatie en Cultuur). Tot eind 2008 investeert Rotterdam ruim 60 miljoen euro in de creatieve industrie. Hiervan neemt de gemeente 25 miljoen euro voor haar rekening. Het resterend bedrag komt voor rekening van andere Rotterdamse partijen, waaronder onderwijsinstellingen, woningcorporaties en het bedrijfsleven.

De versterking van het creatief cluster is, naast het haven- en industrieel cluster en het medisch cluster, benoemd tot speerpunt van het economisch beleid van Rotterdam. De gemeente wil bijdragen aan een gunstig ondernemersklimaat voor de creatieve industrie door het aanbieden van (betaalbare) werkruimte en financile en bedrijfskundige steun, door het promoten van de creatieve sector bij andere Rotterdamse bedrijven (netwerken) en het oprichten en versterken van kennisinstellingen.
In het uitvoeringsprogramma staan drie concrete doelstellingen: groei van het aantal arbeidsplaatsen naar 12.000 banen in 2010; het stimuleren van kruisbestuivingen binnen de creatieve sector door het ondersteunen van creatieve netwerken en netwerkbijeenkomsten en het beter zichtbaar maken van de creativiteit van de stad, zowel lokaal, nationaal als internationaal.
Met de campagne Creativity Starts Here stimuleert de gemeente creatieve ondernemers om mee te werken aan de zichtbaarheid van de creatieve sector. Daarnaast wil de gemeente met deze campagne creatieve ondernemers wijzen op de vele voordelen die Rotterdam biedt als vestigingsplaats. Om de campagne vorm te geven hebben zon 3.000 creatieve ondernemers in Rotterdam een toolkit met campagnemateriaal ontvangen.
MMNieuws sprak met wethouder Mark Harbers over de onlangs gepresenteerde plannen en over de huidige en toekomstige positie van de creatieve industrie in havenstad en vroeg hem naar zijn visie op het creatief ondernemerschap.

Uit het feit dat Rotterdam de bestuurlijke regie voor de ontwikkeling van de creatieve sector aan de wethouder economie in handen heeft gegeven valt af te lezen dat in Rotterdam de nadruk ligt op het economische belang van de creatieve sector. Waarom?

Omdat we voor de sector harde economische doelstellingen hebben. Allereerst op het gebied van werkgelegenheid. We denken dat we in deze sector meer banen kunnen creren. En verder omdat we van mening zijn dat het ook in de creatieve industrie gaat om ondernemerschap. Dat gaat overigens hand in hand met de reputatie die Rotterdam heeft op cultureel gebied. Ik zie de culturele infrastructuur van de stad als ruggengraat van beleid, maar ook als het klimaat waarin creatievelingen kunnen gedijen. Ik ben weliswaar wethouder economie, maar ik heb een groot hart voor cultuur. Daarom presenteren we onze campagne ook gezamenlijk met de wethouder voor cultuur. Verder is het zo dat zaken die de gemeente financiert vanuit de culturele hoek inmiddels een zakelijke inslag hebben gekregen en bijdragen aan het vestigingsklimaat voor de creatieve industrie. Zo is het Rotterdams Filmfestival van een cultureel festival inmiddels uitgegroeid tot een belangrijk bedrijfsevenement.

U stelde in het persbericht bij de presentatie van de campagne Creativity starts here: Rotterdam heeft als creatieve en innovatieve stad een groot aantal iconen binnen de verschillende creatieve sectoren […]. Deze bedrijven zijn een belangrijke hefboom voor groei en vernieuwing in andere sectoren. Kunt u enkele van die iconen noemen en aangeven wat hun belang is (geweest) voor het op de kaart zetten van Rotterdam?

In Rotterdam lopen ontzettend veel iconen rond. Op het gebied van de mode is dat bijvoorbeeld Marlies Dekkers: zakenvrouw van het jaar, en een Rotterdamse ondernemer. Op het gebied van muziek is dat Ted Langenbach. Op het gebied van architectuur is Rem Koolhaas met zijn bureau OMA ook een echt Rotterdams icoon. En verder hebben we hier verschillende succesvolle ontwerpers, zoals Waacs Design of Jurgen Bey. In de game-industrie hebben we met Coded Illusions een bedrijf dat tot de top vijftig in de wereld wordt gerekend. Verder hebben we ons de afgelopen jaren als stad geprofileerd op het gebied van audiovisuele media en film. Rotterdam is ook groot als het gaat om dienstverlening op dat terrein. Als je hier een film wilt opnemen hoef je niet van loket naar loket: alles wordt via n loket geregeld, tot de straatafzetting aan toe. Daarom zie je in tv-series en reclamespots zo vaak een Rotterdams decor. Dat is ook een icoon geworden voor Rotterdam ook omdat de stad zon kenmerkende sky line heeft. Verder zit er in het filmstudiocomplex de Schiecentrale Men at Work, waar Raymann is laat vandaan komt. Dat zijn iconen waar
Rotterdam op creatief gebied trots op is.

Rotterdam concentreert zich binnen de creatieve industrie op vier sectoren: AV-media (inclusief gaming en nieuwe media), architectuur, muziek en vormgeving. Waarom juist deze sectoren? Heeft dat te maken met een historisch gegroeide situatie?
Dat Rotterdam zich positioneert met architectuur heeft een tragische aanleiding: het bombardement in 1940. Maar Rotterdam heeft het aangedurfd om op die lege vlakte met iets nieuws te komen. Daarin is de stad in Europees opzicht redelijk uniek. Er waren in Duitsland veel steden die voor dezelfde soort wederopbouwopgave stonden, maar die hebben de stad veel klassieker opgebouwd dan Rotterdam dat gedaan heeft.

Rotterdam heeft veel plekken of gebouwen aan de rafelranden van de stad, die geschikt zijn voor het vestigen van creatieve bedrijven. Speelt de gemeente daarin een rol, bijvoorbeeld waar het gaat om het vestigingsbeleid?
Dat creatievelingen bij elkaar komen te zitten is allereerst een kwestie van particulier initiatief. Iemand zoekt een plek, er komen anderen bij en dan ontstaat een soort van sneeuwbaleffect. Het is waar dat de stad veel ruimte heeft die zich leent voor creatieve bedrijvigheid. Ruimte die overigens dat is een relatieve zwakte van Rotterdam goedkoper was dan de ruimte in steden als Amsterdam. Dat typeert de relatieve armoede die Rotterdam jarenlang heeft gekend. Maar het is uitgebouwd tot een kracht. De lage prijs per vierkante meter oefent extra aantrekkingskracht uit op starters.
Toch moet er eerst iets van een infrastructuur zijn voordat je bij de restauratie van een gebouw als de Van Nelle fabriek bedenkt dat dat iets is voor de creatieve sector. Zo was er een Ted Langenbach voor nodig die in een hoek van de stad, het Lloyd-kwartier, dat we wilden gaan herstructureren, bedacht: Ik begin hier vast in een lege loods met mn Now&Wow. Na een paar jaar was dat een geweldig succes en op dat moment kwam die graansilo leeg en is hij daar naartoe gegaan. Inmiddels zitten op de bovenverdieping van dat gebouw The Creative Factory meer dan honderd creatieve ondernemers. Op zon moment kun je als gemeente een extra impuls geven. De graansilo is binnen een termijn van twee jaar door de gemeente gekocht, verbouwd en ingericht. In het Lloyd-kwartier heeft de gemeente inmiddels een oude elektriciteitscentrale volledig verbouwd voor de AV- en filmsector. We hebben dat gebied gelijk voorzien van een breedbandglasvezelnet. Met dergelijke hoogwaardige verbindingen maak je het voor AV- en filmproducenten extra aantrekkelijk om zich op die plek te vestigen.
Maar alles begint met een infrastructuur die zich leent voor creatieve beroepen, gevoed door de mentaliteit in de stad. Rotterdam is een jonge stad, jonger dan de meeste steden in Nederland. Om die reden heeft Rotterdam zich ook uitgeroepen tot Europese Jongerenhoofdstad 2009. Laatst stelde iemand uit een groep ondernemers uit de creatieve sector: Uniek aan Rotterdam is, dat als je het Nederland van over twintig jaar wilt zien, je dit vindt in Rotterdam. Rotterdam moet sneller dan andere steden in Nederland vorm geven aan een samenleving die uit meerdere culturen bestaat. Het heeft op dat onderwerp hier de afgelopen jaren ook behoorlijk geknetterd. En dat moest ook, om het gevoel van onbehagen bij grote delen van de bevolking bespreekbaar te maken. Doordat we die moeilijke discussie niet geschuwd hebben, begin je in de stad nu de kracht van die verschillende culturele invloeden te zien. Daar kun je positieve invloeden aan ontlenen en die zijn in Rotterdam sneller zichtbaar dan in andere steden juist door de grote omvang die het hier heeft. Dat heeft hier ook geleid tot een aantal ontzettend goed bezochte evenementen, met als grootste eye catcher het Antilliaanse Zomercarnaval. Daar komt een half miljoen mensen op af en dat krijgt nationale aandacht, maar het laat ook de kracht zien van wat je in een stad kunt bereiken. We hebben hier veel op het gebied van urban-jongerencultuur. Dat geven we ook een prominente plaats in het programma voor Europese Jongerenhoofdstad, en dat is iets waar ondernemers in de
creatieve sector weer inspiratie aan ontlenen.

Met De Van Nelle fabriek, The Creative Cube (het oude postgebouw naast Rotterdam CS), The
Creative Factory (de graansilo bij de Maashaven in Zuid), het Lloydkwartier en het Coolhaveneiland bood Rotterdam creatief ondernemers al behoorlijk onderdak. Zijn er nog andere wijken of gebieden die in aanmerking komen als vestigingsplek voor de creatieve industrie? En is er wat dat betreft sprake van samenhang met een (sociaal) wijkenbeleid, zoals minister Vogelaar dat voorstaat?

Het ondernemerschap voert bij ons de boventoon. Allereerst omdat ondernemers zich niet laten dwingen. Die zoeken zelf naar een plek met de voor hen ideale bedrijfsruimte. Ten tweede is het afhankelijk van bedrijfsruimte die je hebt of die je kunt ontwikkelen. Die is niet evenredig verdeeld over de hele stad. En ten derde: we hebben enkele regelingen voor ondernemers, in het bijzonder voor creatieve ondernemers, die wl te koppelen zijn aan wijkenbeleid. Zo hebben we een aantal plekken in de stad gecreerd, de zogenaamde Kansenzones, waar ondernemers op gunstige voorwaarden kunnen beginnen. Die regelingen zijn speciaal bedoeld voor de Vogelaarwijken, die wel een zetje in de rug verdienen. Met het project Kansenzones willen we deze gebieden aantrekkelijker maken voor oude en nieuwe ondernemers en investeringen stimuleren. Het project loopt van 2005 tot en met 2008 en richt zich op het versterken van het vestigingsklimaat voor ondernemers en op het stimuleren van investeringen in bedrijfsvastgoed in de gebieden die als Kansenzones zijn aangewezen. In de Kansenzones maken ondernemers onder meer aanspraak op maximaal 50 % investeringspremie en krijgen zij zeggenschap over de besteding van OZB-geld dat in hun wijk gend wordt. Deze bijzonder gunstige regelingen worden onder meer mogelijk gemaakt door een investering van 24 miljoen euro van het Rijk en de gemeente Rotterdam. Eind 2008 moeten de gezamenlijke investeringen van het Rijk, de gemeente en de ondernemers hebben geleid tot een vitale economische omgeving, waar meer ondernemers met succes hun bedrijf voeren, en waar mensen weer graag willen wonen, werken en verblijven.
Verder werken we op dit moment aan een gemeentelijke garantie- of kredietregeling. Banken zijn vaak nog huiverig om startende creatieve ondernemers kredieten te verlenen. Ons idee is dat we met een garantiebedrag banken zover kunnen krijgen dat ze starters wl krediet verlenen. We denken aan een totaalbedrag van 200.000 euro. Met zon bedrag moeten we enkele tientallen creatieve ondernemers op weg kunnen helpen. Niet iedere starter zal immers een beroep op deze garantstelling doen. We hopen deze regeling aan het eind van dit jaar in werking te hebben.

Vanuit economisch opzicht verschilt een creatief ondernemer niet zoveel van een gewone ondernemer. Welke kwaliteiten moet een creatief ondernemer naar uw oordeel hebben en sluit het (kunstvak)onderwijs wat dat betreft voldoende aan op wat er voor een geslaagd creatief ondernemerschap nodig is?

In de basis gaat het om wat iedere ondernemer moet hebben: een goed idee, dat leidt tot een goed product of dienst, en het vertrouwen dat er een klein aanloopverlies mag zijn, maar dat er uiteindelijk geld mee te verdienen valt. Een van de allereerste succesfactoren voor een creatieve economie is dat er geld te verdienen valt met wat er gemaakt wordt. Het unieke bij een creatief ondernemer is, dat hij geld verdient met zn eigen creatieve ideen. Een ondernemer in de creatieve sector ziet iets wat anderen niet zien en weet iets aan de man te brengen waarvan anderen zeggen: dat je daar geld mee kunt verdienen.
Er zijn uiteraard mensen die principieel kiezen om iets in de cultuur te gaan doen. Die moeten wel accepteren dat het lastig kan zijn om je werk verkocht te krijgen, of om steeds opnieuw subsidie te krijgen. Dat is lastig omdat we in Nederland geen echte traditie hebben van particulieren of bedrijven die veel geld besteden aan kunst zoals dat in andere landen het geval is. Maar als je je k verdiept in de kunst van het ondernemen, heb je veel meer de eigen touwtjes in handen, waardoor je uit je eigen passie en creativiteit je bestaanszekerheid creert.
In mijn ogen geeft het onderwijs in Nederland het ondernemerschap nog veel te weinig plaats. Het doorsnee-perspectief dat scholen studenten bieden, is: wij leiden je op voor een diploma waarmee je later een negen-tot-vijf baan kunt krijgen. Dat je ook zelf het heft in handen kunt nemen wordt in het Nederlands onderwijs erg onderbelicht. Dat hangt ook samen met een samenleving waarin men respect heeft voor ondernemers. In Nederland worden die nog vaak weggezet als mensen
die het alleen maar gaat om geld verdienen. Maar ondernemers creren ook de banen voor anderen.
Bij een aantal opleidingen in de creatieve hoek krijgt het idee van ondernemerschap nu vorm en bij andere wat minder. Het Grafisch Lyceum heeft dat nu bijvoorbeeld meer dan de kunstacademie Willem de Kooning. Maar wij zeggen tegen alle opleidingen: geef dit aandacht! We bekijken ook met de opleidingen welke mogelijkheden er zijn om al tijdens de opleiding dwarsverbanden met het bedrijfsleven te creren, om zo ervoor te zorgen dat studenten, bijvoorbeeld in de vorm van stages of werkervaringsplaatsen, de kunst van het ondernemen in de vingers krijgen. Maar je kunt ook laatstejaars studenten uitnodigen voor de bestaande netwerken in de creatieve industrie. Dat gaan we ook stimuleren. Verder willen we een aantal prijzen voor creatieve ondernemers instellen. We hadden dit jaar al een prijsvraag voor ons Strand aan de Maas. Daar is een nieuw strandpaviljoen neergezet door Monadnock, een jong Rotterdams architectenbureau. Dat paviljoen, dat daar ieder jaar op een prominente plaats staat, heeft het bureau verschillende nieuwe opdrachten opgeleverd.

Hoe ziet Rotterdam er over twintig jaar uit?

Dan is die creatieve sector verder uitgebouwd en hebben we op meer plekken in Rotterdam creatieve ondernemers. Dan is die sector een ruggengraat geworden van de Rotterdamse economie, naast de haven en de zorgeconomie, en een smaakmakende bedrijfstak in de stad. Ik durf niet te voorspellen hoe dat zal uitpakken, maar Rotterdam zal wel in deze sector, als het gaat om design, architectuur, games en media, tot een van de creatieve hotspots van Europa gerekend worden, waar je cht moet zijn om nieuwe inspiratie op te doen.

Auteur: Pieter de Nijs redactie@mmnieuws nl

468

Reactie verzenden

Share This