Selecteer een pagina

Stad en land: Cultuur in Haarlem

Algemeen
In de rubriek Stad en land staat de ruimtelijke dimensie centraal. In de vorige aflevering van deze rubriek is gewezen op de uitholling van het belang van het begrip plaats en op de opkomst van netwerksteden. Een van de kenmerken van deze ontwikkeling is dat er meerdere centra ontstaan met deels complementaire en deels concurrerende voorzieningen. De traditionele (binnen)stad bestaat niet meer. De resultaten van het project De Kunst en de Baat worden waar mogelijk geplaatst binnen dit denkkader.


De Kunst en de Baat
Met dit project wil de gemeente Haarlem een relatie leggen tussen kwaliteiten op het gebied van kunst en cultuur en de stedelijke economie. Haarlem wil de relatie tussen cultuur en economie beter benutten en daarmee de stad een extra impuls geven. Een ander doel van het project is het ontwikkelen en uitvoeren van projecten om dit doel te realiseren.

Haarlemmers
Voor 30% van de Haarlemmers is het aanbod van kunst en cultuur een belangrijke reden om in de stad te wonen. Vanuit het perspectief van de netwerkstad is het aannemelijk dat de nabijheid van het ruime culturele aanbod in Amsterdam eveneens bijdraagt aan de aantrekkelijkheid van Haarlem als woonplaats. Van de bezoekers aan dans, muziektheater en klassieke muziek kiest immers de helft (44 tot 59%) uitsluitend voor aanbieders buiten Haarlem. Voor de liefhebbers van cabaret is dit 30%. De hierbij afgedrukte tabel geeft een beeld van de deelname van Haarlemmers aan culturele activiteiten. De vierde kolom geeft het totale bezoek weer. Door overlappingen, van bijvoorbeeld Haarlemmers die gebruik maken van het aanbod in Haarlem en Amsterdam, is dit totaal lager dan de som van de afzonderlijke bestemmingen.

De beschrijving van het ruimtelijk gedrag is fascinerend en is zeker niet eenduidig te verklaren. Gezien de geringe regionale verschillen in aanbod is het begrijpelijk dat het merendeel van de bioscoopbezoekers (ook) voor Haarlem kiest. Door het unieke karakter van het aanbod is de trek naar buiten voor muziektheater, klassieke muziek en dans eveneens vrij eenvoudig te verklaren. Maar waarom is de trek naar buiten voor culturele festivals zo klein? Ook ten aanzien van musea, popmuziek, architectuur en monumenten vind ik de keuze voor het Haarlemse aanbod groter dan verwacht. Als u het denkt te weten, hoor ik het graag.

Herkomst van bezoekers aan Haarlem
Van de bezoekers aan het Patronaat, Filmschuur, Toneelschuur, Stadsschouwburg en Concertgebouw komt ruim de helft uit Haarlem. Het Concertgebouw en de Stadsschouwburg trekken relatief veel bezoekers uit de regio Zuid-Kennemerland (25%). Het Haarlemse aanbod vervult een duidelijke regionale functie. In het onderzoek is niet gevraagd of deze bezoekers ook gebruik maken van het aanbod in Amsterdam, en in welke mate ze dat doen. Verzorgt Haarlem het alledaagse aanbod en Amsterdam het gespecialiseerde aanbod?

Binnenlandse en buitenlandse bezoekers
Buitenlanders komen vooral uit de VS (25%), Duitsland (19%) Groot-Brittanni en Ierland (15%). Van de Nederlandse bezoekers komt 79% uit West-Nederland. Voor ruim de helft van de bezoekers speelde het kunst- en cultuuraanbod in Haarlem een belangrijke rol bij het bezoek, voor een kwart speelde dit een bijkomende rol. Hierbij dient opgemerkt worden dat er genquteerd is in de buurt van musea, waarbij is ingezet op toeristen. De uitkomsten zijn niet representatief, maar geven vooral een beeld van de cultuurtoerist.

Voor buitenlanders is het bezoek aan Haarlem vooral onderdeel van een vakantie, voor Nederlanders is het een dagje uit. Van de bezoekers kwam 9% specifiek naar Haarlem voor een museum of tentoonstelling en 8% om te winkelen. Blijkbaar combineren de meeste bezoekers een aantal activiteiten, waarbij hoogstens de aanleiding voor het bezoek verschilt.

De resultaten van het Continu Vakantie Onderzoek 1999 geven een goed beeld van de positie van Haarlem ten opzichte van Amsterdam en andere steden zoals Rotterdam, Utrecht, Den Haag, Maastricht, Den Bosch en Groningen. Haarlem wordt door minder Nederlanders bezocht dan de andere steden. Voor Haarlem is dit 4%, voor Amsterdam bijna 25%. Overigens komen Nederlanders voornamelijk naar Haarlem om te winkelen. In andere steden is dat niet anders.

Bestedingen
Haarlemmers besteden 13 miljoen gulden aan culturele activiteiten in de eigen stad. Hiervan betreft 4 miljoen gulden gelieerde bestedingen (vervoer en horeca). Er is niet onderzocht hoeveel Haarlemmers buiten Haarlem besteden. De bezoekers aan de stad besteden 34 miljoen gulden, waarvan 23 miljoen aan gelieerde bestedingen.

Projecten voor de toekomst
Uitgangspunt van het project is het versterken van de economie met kunst en cultuur. Hiervoor zijn 40 voorstellen beoordeeld op eenvoud van realisatie, economische betekenis, en culturele of maatschappelijke betekenis. De gekozen projecten zijn Haarlem Uit (collectieve marketing en Uitbureau) en Haarlem Festivals. De voorstellen zijn wellicht zinvol, maar zeker niet verrassend.
Het project De Kunst en De Baat levert veel interessante informatie en stof tot nadenken. De samenvattende rapportage geeft echter onvoldoende inzicht in de relatie tussen cultuur en stedelijke economie. De oorzaak hiervan ligt vooral in de opzet van het onderzoek. Door de sectorale benadering ontstaat er onvoldoende inzicht in de relatie tussen cultuur en andere facetten van de stedelijke economie. De aantrekkelijkheid van steden is nu juist de combinatie van attracties (waaronder cultuur), horeca en detailhandel. De toekomst van Haarlem als attractieve stad zal vooral worden bepaald door de toekomstige relatie tot Amsterdam en de plaats binnen deze netwerkstad. Voor de (cultuur)consument bestaan stadsgrenzen al lang niet meer.

Auteur: Robert Marijnissen – marijnissen@kolpron.nl
Referenties: De Kunst en De Baat, afdeling Cultuur en Afdeling Economische Zaken, Gemeente Haarlem, 2000
468

Reactie verzenden

Share This