Selecteer een pagina

Stad en land: Van plannen naar realiseren

Algemeen
Vermaak wordt een steeds belangrijker onderdeel van de stedelijke economie. Deze economische motor wordt vooral gevoed door de bestedingen van bezoekers en door de vestiging van nieuwe bedrijven en bewoners die worden aangetrokken door een aantrekkelijke woon- en werk- en uitgaansklimaat. Rotterdam voert al meer dan 20 jaar een actief beleid op het gebied van stedelijke recreatie en toerisme. Vooral investeringen in de publieke sector (musea, theaters, sportaccommodaties) hebben bijgedragen aan de positie van Rotterdam als tweede op de nationale ranglijst van stedelijk dagtoerisme. Ook de komende jaren gaat de gemeente Rotterdam een actieve rol spelen bij de verdere ontwikkeling van vermaak in de stad.


Toenemende druk van de markt
Door de schaalvergroting en internationalisering van de vrijetijdsindustrie wordt de stad regelmatig benaderd door, vaak kapitaalkrachtige, initiatiefnemers. Het beoordelen van de haalbaarheid van de plannen vereist allereerst kennis van de markt en het inspelen op de wensen van de aanbieders op de vrijetijdsmarkt. Er worden vaak uitgesproken eisen gesteld aan de locatie, uitstraling, oppervlakte, bereikbaarheid en parkeergelegenheid. Het spreekt haast voor zich dat deze eisen niet altijd overeen komen met het beleid van de gemeente.

Toenemende regionale en nationale concurrentie
Door de toenemende mobiliteit worden gemeentegrenzen, in ieder geval voor consumenten en marktpartijen, steeds minder belangrijk. Vooral op gewestelijk niveau zal deze concurrentie de komende jaren toenemen. Ook het gewest Haaglanden en de Drechtsteden hebben grootse plannen. De grootste uitdaging voor Rotterdam is het vinden van een evenwicht tussen het inspelen op de dynamiek van de markt (korte termijn) en het realiseren van de lange termijn visie op de stad.

Beleid: van controlerend naar stimulerend
Het inspelen op de ruimtelijke dynamiek en het benutten van de kansen vereist een actieve, inspirerende, stimulerende en innovatieve houding van de gemeentelijke overheid. Het vereist meer dan het kiezen voor een nieuwe benadering (van sectoraal naar integraal) en het maken van een structuurplan. Het gaat niet langer om het toe- of afwijzen van plannen en initiatieven, maar om het stimuleren van de juiste initiatieven op de juiste plek.

Het programmeren van de stad
Het strategisch inzetten van locaties en investeringen in de publieke sector zijn belangrijke instrumenten voor de gemeentelijke overheid. De investeringen in de publieke sector geven vaak een eerste aanzet voor de identiteit van een locatie of stadsdeel. Vaak spelen commercile aanbieders (horeca en retail) in op deze ontwikkelingen. De inhoudelijke en financile synergie tussen commercile en publieke aanbieders kan in Rotterdam beter worden benut. Denk aan het verbreden van het monofunctionele museumpark of het toevoegen van functies aan het (vooralsnog) solitair gelegen Luxor theater. Het op een zinvolle wijze samenbrengen van meerdere aanbieders stimuleert combinatiebezoek, verlengt de verblijfsduur, leidt tot hogere bestedingen, maakt de stad aantrekkelijker en levert een maximale bijdrage aan de economische ontwikkeling van de stad.
Marktpartijen en gemeente zijn gebaat bij het tijdig inspelen op de veranderende wensen van de consument. De toenemende concurrentie op de vrijetijdsmarkt en de relatieve achterstand in Nederland bij de ontwikkeling van grootschalige en integrale projecten vereist de komende jaren een constant en gevarieerd aanbod van locaties. Voor een deel betreft het hier het versterken van bestaande locaties. De combinatie van Ahoy, het winkelcentrum Zuidplein en het Zuiderpark biedt aantrekkelijke aanknopingspunten voor het ontwikkelen van een urban entertainment center met een regionale en nationale aantrekkingskracht. Ook bij Alexandrium en het centrum (De Rivier Centraal, Rotterdam Centraal, Kop van Zuid) bestaat nog veel ruimte voor uitbreiding.

Van plannen naar realisatie
Het ruimtelijk plan en de visie op de vrijetijdseconomie biedt voldoende en duidelijke kaders voor de realisatie van de plannen. Dit vraagt vooral om een professionele en ontwikkelingsgerichte aanpak. Het is toch onbegrijpelijk dat de plannen voor Las Palmas, het Internationaal Centrum voor Beeldcultuur en Mediatechnologie ten onder gaan aan onenigheid over de directie en het afhaken van de deelnemende instellingen? Had Rotterdam hier al niet al veel eerder voor een meer eigentijdse oplossing kunnen kiezen? Waarom is er niet gekozen voor de ontwikkeling van een container voor beeldcultuur, waarbinnen de instellingen de benodigde ruimten huren en verantwoordelijk zijn voor hun eigen programmering? Dit garandeert niet alleen de dynamiek binnen het gebouw, maar ook binnen de beeldcultuur in de stad. Zeker in de publieke sector dient de gemeentelijke overheid het voortouw te nemen om op een andere wijze (cultureel) vastgoed en locaties te (laten) ontwikkelen. Het realiseren, en niet het maken, van de plannen dient hierbij de komende jaren centraal te staan.

Auteur: Robert Marijnissen – marijnissen@kolpron.nl
468

Reactie verzenden

Share This