Selecteer een pagina

Teaching entrepreneurs is like

Herding Cats Blindfolded while Tripping on Acid

Algemeen
Colin opende in 2006 officieel haar deuren in Breda. De projectperiode van drie jaar is daar recent verlengd. Colin verhuisde van het zakelijk creatief cluster Blushuis naar het Centrum voor Beeldcultuur in het stadshart. In Tilburg loopt de projectperiode in februari 2010 af. Gesprekken voor verlenging zijn in volle gang. Goede aanleiding om met een inspirator bij de opstart van Colin, Michael Doneman, oprichter en directeur van incubator Edgeware, het werkveld opnieuw onder de loep te nemen.

2006: Inspiratie en onderzoek
Colin ontmoette Michael Doneman in september 2006 in Brisbane toen het zijn eerste stappen in het internationale netwerk rond Creative Industries zette. Het jaar daarvoor was onderzoek uitgevoerd naar creatieve clusters en werden diverse partijen bezocht, zoals CIDS in Manchester, Artscape in Toronto en Creative Launchpad in Birmingham, die ons het belang van investering in software deed inzien. De gemeenten Tilburg en Breda werden overtuigd dat er meer nodig was dan investering in stenen om de regionale creatieve industrie te laten bloeien. Colin kreeg de opdracht om partijen met elkaar in contact te brengen, inzichtelijk te maken welk talent de stad huisvestte en kennis te verzamelen, ontwikkelen en verspreiden in de regio. Colin werd geboren vanuit de NHTV te Breda. Vanuit de specialisatie Management Creative Industries zou een brug geslagen kunnen worden naar het creatief talent in de steden. Colin levert, naast het ontsluiten van netwerken, een bijdrage aan het ontwikkelen van ondernemersvaardigheden waar tot dan toe weinig aandacht voor was binnen bijvoorbeeld de kunstopleidingen. Omdat de weg van creatief talent naar de Kamer van Koophandel onoverbrugbaar leek, zou dit gezien onze achtergrond binnen het culturele veld op een manier geschieden die aansloot bij de creatieve doelgroep. Om inspiratie op te doen hoe deze vaardigheid nog beter te ontwikkelen vertrok Colin naar Brisbane in Australië. Daar bezochten we in The Powerhouse een masterclass van Edgeware voor jonge creatieve ondernemers. Hier ervoer Colin de ambitie en energie van deze nieuwkomers in hun leerproces. Zij hadden enerzijds behoefte aan eenvoudige businesskennis en ervaring, maar waren anderzijds vooral hongerig in het contact met elkaar: in het gevoel dat zij allen bezig waren ondernemer te worden, waardoor een omgeving ontstond waarin iedereen elkaar in zijn ontwikkeling bleef motiveren. Geen hoogdravende businesstheorie, maar just in time informatie. Deze aanpak stond model bij de ontwikkeling van Colin. Echter, meer dan eens begrepen we nu het adagium van de oprichter van Edgeware, Michael Doneman: ‘Teaching entrepreneurs is like herding cats blindfolded while tripping on acid’. Zijn aanwezigheid in Breda in het najaar van 2009 bood een goede aanleiding om ons werkveld nog eens onder de loep te nemen.
 
Community arts
Michael Doneman heeft ondertussen een brede ervaring in het begeleiden van ondernemers. Vanuit diverse rollen (incubator Edgeware, onderzoeker Queensland University of Technology, internationale adviesraad The Kaospilots) heeft hij zich met de ontwikkeling van (creatief) ondernemerschap beziggehouden. Zijn eerste ervaring doet hij in de jaren ‘80 op in een community arts omgeving in de woestijn bij Aboriginalgemeenschappen. Daar rolt hij per toeval in het ontwikkelen van cultureel ondernemerschap. Op zoek naar de rol van kunst en cultuur die verschil maakt in iemands leven, ontdekt hij dat gecreëerde meerwaarde opdroogt op het moment dat financiële ondersteuning van de overheid terugloopt. Het creëren van werk en ondernemerschap bleek essentieel om duurzame effecten te bewerkstelligen. Vanuit deze gedachte doorwerkend doet Michael in 2003 een project in Mount Isa, een mijnstadje in de woestijn dat te kampen heeft met veel geweld, alcoholmisbruik en stammengevechten. Michael doet een voorstel een drukkerij op te zetten, genaamd Arilla Paper. Een succesvolle onderneming die momenteel nog steeds bestaat. Ofschoon geen community house, functioneert deze onderneming voor de gemeenschap als oorspronkelijk vuurkampplaats. De centrale plaats waar relaties gelegd en onderhouden worden. Dit geeft een andere kijk op waardecreatie. En waar vanuit businessbenadering de onderneming gedefinieerd wordt door Michael en tal van andere ondersteuners in termen van educatie, retail, creative industriesen toerisme clusters, intellectueel eigendom en copyrights, daar definieert de gemeenschap deze onderneming in termen van gezondheid, economische rechten, cultureel behoud en autonomie. Hier ontstaat het inzicht dat waardecreatie van de onderneming verweven zit met het kunnen leiden van een goed leven. De uitdaging ligt om juist dergelijke meerwaarde te commercialiseren.
 
Meerwaarde meer dan economisch
Als incubator of begeleider van starters groeit meer en meer de ervaring dat succes niet geleerd kan worden. Iedere succesvolle ondernemer heeft namelijk verschillende eigenschappen die bijdragen aan zijn specifieke succes als ondernemer. Vanuit dit oogpunt heeft eenieder dus een verschillende scholing nodig passend bij het eigen proces. Er is behoefte aan een ‘curriculum on the fly’: just in time education. Getoetst over 300 mensen zag Michael overeenkomsten bij de succesvolle creatieve ondernemers: ‘They are not in it for the $$$$$’. Zij beginnen niet enkel een bedrijf om geld te verdienen. Doneman merkt op dat bepaalde competenties nodig zijn om succesvol ondernemer te zijn, maar om duurzaam succesvol te worden zijn er drie componenten relevant: ‘The DNA is make money, have fun, change the World’. Drie vragen staan centraal voor de ondernemer: Is het economisch duurzaam? Is het persoonlijk betekenisvol? Is het sociaal verantwoord? Bij Edgeware wordt gewerkt vanuit het concept van ethisch ondernemerschap. Deelnemende starters beantwoorden alle drie de vragen met ‘ja’ en niet 1 of 2 van deze componenten. ‘Young people often ask: do I need to make money or be creative. Do I dedicate to art or go into business. This is a nonmeaningful question. It is not creativity or money. It is about: being effective or not. How to live an effective life and what are the tools you have for that, sometimes within arts, sometimes technical. Often a mix. The value begins with the entrepreneur. Who is the entrepreneur and what must he or she be doing with his or her life’. De missie van een onderneming is niet zozeer economische winst maken, maar waarde creëren. Commercialisering gaat om winst die geen (economische) winst is. Winst is een consequentie van waardecreatie, een middel in plaats van een einde, een resultaat in tegenstelling tot een doel. En de waarde kan intrinsiek of extrinsiek zijn. Voor een kunstenaar die er twintig jaar over gedaan heeft om een bepaalde techniek aan te leren, geeft dit persoonlijk betekenis, een intrinsieke waarde. Echter om te kunnen commercialiseren moet je ook extrinsieke waarde creëren, moet de verbinding gemaakt worden met waarde voor een publiek, voor consumenten. Waardecreatie is per definitie sociaal.
 
Objectieve en subjectieve kennis
In de creatieve en kenniseconomie wordt regelmatig gewezen op het belang van intellectueel eigendom, hetgeen ontegenzeggelijk waar is. Eén van de problemen met betrekking tot de commercialisering hiervan in de kenniseconomie is de veronderstelling dat kennis iets is dat een objectieve waarde heeft. Iets dat we in een box kunnen stoppen en kunnen verplaatsen van de ene naar de nadere plek. Voor sommige kennis werkt dat. Volgens Aristoteles betreft dit vooral ‘episteme’ kennis, zoals we kennen binnen de wiskunde. Het is contextonafhankelijk, rationeel analytische kennis. Daarnaast onderscheidt Aristoteles ‘techne’ kennis, zoals we kennen in engineering en kunst. Technologische kennis is contextafhankelijk, instrumenteel rationeel en productiegeoriënteerde kennis. Er is echter ook een derde vorm, waarvoor geen goede vertaling mogelijk is, namelijk ‘phronesis knowledge’, die verwijst naar kennis om een goed leven te leiden: praktische wijsheid in een moreel domein, gericht op actie in plaats van productie (ethics). Probleem van het formele onderwijs is dat de eerste twee vormen overgewaardeerd en de derde ondergewaardeerd worden. De derde vorm, die continu verandert en contextgerelateerd is, is lastig te onderwijzen. Doneman geeft aan dat met name in het derde gebied binnen de creatieve industrie de meeste innovatie en waarde gecreëerd wordt. Hier ligt dus een uitdaging.
 
Belonging and validation
Doneman ziet een uitwerking van commercialisering van ‘phronesis knowledge’ in het Woodford Folk festival nabij Brisbane. Hier komen jaarlijks 140.000 geestesverwanten bij elkaar. In korte tijd bouwt men een tijdelijk dorp ter grootte van 40.000 inwoners. Het gehele project wordt georganiseerd met 16 fulltimers, vier managers en 2000 vrijwilligers die een gedefinieerde baan met taakomschrijving krijgen. Voor zes uur werken krijgen zij vrij toegang. Veel mensen nemen al 15 jaar lang deel; het festival is een deel van hun leven geworden. Economisch gezien is belangrijk dat hier jaarlijks 5 miljoen euro omgezet wordt. De relaties die hier opgedaan worden en het feit er te zijn, geven de bezoekers bestaansrecht. Het identificeren met het festival en zijn bezoekers geeft validatie: bevestiging van de juistheid van onze keuzes. Hier zijn namelijk 139.999 anderen die valideren dat het waardevol is daar naar toe gaan. Dat is waardecreatie: extrinsiek en te commercialiseren. Misschien zijn festivals hiervan wel het eenvoudigste voorbeeld, maar ook Wikipediaaanhangers en trouwe ‘Applenuts’ kun je op deze manier beschouwen. Het gaat om creatie van lovemarks in plaats van trademarks. Merken moeten op zoek naar verbondenheid, zoals in de liefde. Een merk wordt een identificatie ten opzichte van de wereld, en vooral het verkrijgen van relaties. Daarin zit de waardecreatie. Vanuit dit ‘belongingvalidation model’ gaat het erom relaties aan te trekken waarmee anderen zich verbonden voelen, hen inspireert, tot grotere daden aanzet.
 
Kaospilots
Doneman komt net terug van Kaospilots als wij hem spreken. Wederom geïnspireerd rept hij van een ‘cool school’, de beste school voor de wereld. Richard Florida was niet voor niets positief over deze creatieve incubator. Bij Kaospilots in Aarhus waan je jezelf op een kunstacademie. Toch is Kaospilots een internationale (new) businessschool, die gerenommeerde bedrijven van creatieve input voorziet en internationale sociale innovatieprojecten onderneemt. Hier worden jongeren opgeleid, die in staat zijn zelf werk te creëren, die hun dromen najagen en vol passie projecten oppakken, waarbij bijdragen aan een betere wereld centraal staat. Als geen ander lijkt Kaospilots voorbereid op de nieuwe wereld. Kaospilots excelleren in het navigeren zonder leiding in traditionele zin en het zetten van agenda’s. Zij zijn in staat het creatief proces te faciliteren. Zij halen het beste uit ieders creatief talent en lijken daarmee een schoolvoorbeeld hoe je kunt bewegen in het lastige veld van begeleiden van (creatief) ondernemers. Niet voor niets legde Colin de eerste contacten in 2006 en volgde de afgelopen jaren meerdere trainingen op het gebied van coaching en creatief leiderschap om zodoende ingericht te zijn op haar taak creatief ondernemers te ondersteunen. Opmerkelijk rigoureus is Doneman, lid van de internationale adviesgroep, als hij stelt dat misschien juist deze parel teneinde loopt. Hij verwijst hierbij naar Schumpeter, grootvader van het kapitalisme: ‘The innovator is the innovator who implements change within markets through the carrying out of new combinations.’ De ondernemer is in staat het nieuwe en extrinsieke waarde te verbinden. Tegelijkertijd heeft Schumpeter het over creative distruction, het destructieve gehalte in het kapitalistisch systeem. Het feit dat het kapitalistisch systeem zo’n duurzaam politiek economisch systeem blijkt, is gelegen in het feit dat het snel reageert, snel aanpast, afbreekt en opbouwt. Het eet zichzelf en herontdekt zichzelf als het ware continu. ‘Capitalism is continually working in the ruins of the temple.’ Enkele jaren geleden hadden we het ook niet voor mogelijk gehouden dat General Motors mogelijkerwijs zou kunnen vallen. Kaospilots bestaat nu 17 jaar en ofschoon geweldig en krachtig tot op heden, zou dit kunnen betekenen dat men zich niet moet herontdekken, maar misschien concludeert over de houdbaarheidsdatum heen te zijn. Dat uit de ruines die het achterlaat wederom nieuws moet ontstaan.
 
Colin ervaart opnieuw de uitdagingen en problemen voor de toekomst waarin nieuwe begeleidingsvormen gewenst zijn. En onze weg (?) … wordt vervolgd (!) •
Auteur: Tekst: Peter Horsten, Simon de Wijs en Kristel Zegers Peter Horsten, Simon de Wijs en Kristel Zegers zijn docenten en onderzoekers op het gebied van Management in Creatieve Industries aan de Hogeschool NHTV te Breda en zijn daarnaast projectleiders van Colin (www.colin.nl)
Referenties: 

Michael Doneman, oprichter en directeur van Edgeware Creative Entrepreneurship (www.edgeware.com.au) heeft 20 jaar werk, onderwijsen onderzoekservaring in de ontwikkeling van bedrijven. Hij ontwikkelde expertise in informeel onderwijs, just in time scholing, netwerken en interacties. Michael was Senior Onderzoeker bij Queensland University of Technology. Hij is verder betrokken bij KaosPilots, de Deense business school, en een lid van de internationale Kaospilot Adviesraad.
468

Reactie verzenden

Share This