Erfgoed in een transformatiegebied wordt vaak als ingewikkeld ervaren. Maar het kan ook een kans zijn om een gebied een eigen identiteit te laten behouden of te geven, passend bij de opgave in het gebied. En dat zonder dat er grootschalige of kostbare ingrepen voor nodig zijn. In het programma Stedelijke Transformatie (www.stedelijketransformatie.nl) is het behoud van erfgoed en cultuurhistorische waarden dan ook één van de thema’s.
Cultureel erfgoed kan in transformatieprojecten een bredere, drijvende kracht zijn. Het verhaal van het verleden en de fysieke overblijfselen hiervan – monumentale bebouwing, cultuurlandschap en archeologie – vormen immers het DNA van een gemeente. Zodoende speelt het een grote rol in het dagelijkse leven en de identiteit van de mensen die er wonen. Door het verhaal van het verleden als uitgangspunt te nemen voor toekomstige ambities kan aan een transformatiegebied een extra waarde worden toegevoegd. Hier zijn tal van goede voorbeelden van te bedenken, zoals de Spoorzone in Tilburg of het Havengebied in Deventer.
Erfgoed als vertrekpunt
Bij de ontwikkeling van een visie voor het transformatiegebied zijn er kansen om vanuit het cultureel erfgoed opgaven uit andere sectoren met elkaar te verbinden. Erfgoed is dan niet louter een aparte opgave maar wordt beschouwd als de identiteitsdrager van een heel gebied. Zo kunnen historische structuren of elementen als vertrekpunt voor grote ruimtelijke opgaven dienen. Denk hierbij aan vraagstukken op het gebied van leefbaarheid, energietransitie of waterveiligheid. De historische gelaagdheid draagt bij aan de aantrekkelijkheid van het landschap. En een aantrekkelijke gemeente waar het goed toeven is, trekt mensen en bedrijven aan.
Regien van Adrichem:
Daarbij draagt de historische gelaagdheid bij aan de aantrekkelijkheid van het landschap. En een aantrekkelijke gemeente waar het goed toeven is, trekt mensen en bedrijven aan.Respectvolle nieuwbouw
Erfgoed is een dankbare inspiratiebron bij de planvorming van ruimtelijke opgaven. Bijvoorbeeld door iconische gebouwen te herbestemmen. Tijdens het congres ‘Nederland veranderd/t’, georganiseerd door de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed, spraken we over de transformatie van Verzorgingshuis St. Jacob aan de Plantage in Amsterdam. Dit verzorgingstehuis uit de jaren tachtig zal worden vervangen door 325 appartementen voor ouderen en 24-uurszorg voor psychogeriatrische patiënten. Aan de binnenzijde van het gesloten bouwblok bevindt zich een bijzondere kapel die nog dateert uit de tijd van het oorspronkelijke verzorgingstehuis uit 1866. Deze kapel heeft de status van gemeentelijk monument en zal voor een deel publiekstoegankelijk worden.
De oude kapel was het hart van St. Jacob en alleen bestemd voor de inwoners van het verzorgingstehuis. Door verschillende aanbouwen is het geleidelijk verborgen geraakt. Uniek in dit project is het monumentale gebouwdeel in het binnenhof. Dat blijft behouden en wordt gerestaureerd. De monumentale kerkzaal op de eerste verdieping blijft ook intact en krijgt een passende functie. De nieuwbouw en het monument zijn samengesmeed tot een samenhangend geheel waarin het monument ten volle tot zijn recht komt en zijn identiteit behoudt. Door de transparantie van de nieuwbouw blijft het monument daarnaast vanaf verschillende kanten zichtbaar.
Samen meedenken
De deelnemers aan de congres-sessie deden een een aantal suggesties om het monument ten volle tot zijn recht te laten komen. Met het erfgoed als uitgangspunt: kijk naar de geschiedenis van de plek, naar de oorspronkelijke functie van de kapel (samenzijn, bezinning), archeologisch onderzoek als basis voor nieuwe plannen. Deze suggesties hadden enerzijds een ruimtelijk en bouwkundig karakter (inpassing in het gebied, zichtbaarheid en bereikbaarheid kapel, goede zichtlijnen) en waren anderzijds van sociaal-maatschappelijke aard (ontmoetingsplek voor de hele buurt, gezamenlijke tuin, doorgaande fietsroute).
Last but not least werd het grote belang van participatie aangegeven. Zeker bij een transformatie in een sterk verstedelijk gebied is de participatie met de omwonenden van groot belang. Zij zijn direct belanghebbend in wat er in hun directe woonomgeving gebeurt. Door hen aan de voorkant bij het proces te betrekken en vanaf het begin helder te zijn in wat er met hun inbreng wordt gedaan, wordt het draagvlak voor een transformatie vergroot. Een belangrijke les uit deze sessie is dan ook het op een goede manier inpassen van erfgoed in een transformatie het draagvlak voor de transformatie kan vergroten. Ga, in de geest van de nieuwe omgevingswet, het gesprek daarover in een vroeg stadium aan om met elkaar tot een invulling te komen die past in het gebied én rendabel is.