Selecteer een pagina

Vistite Cultuur: De Kunsthal: van Pietje Bell tot Wonderland

rubriek: visite cultuur

Algemeen
Op 2 november jl. vierde de Kunsthal haar tienjarig bestaan. In die tijd heeft het Rotterdamse fenomeen zich een eigen plaats veroverd binnen Nederlands tentoonstellingsaanbod, ook al duurde het even voordat museaal Nederland gewend raakte aan het onconventionele gebouw van Rem Koolhaas n aan het controversile tentoonstellingsconcept dat de Kunsthal erop nahoudt. Voormalig Kunsthal-directeur Wim van Krimpen, die de dag na de feestelijkheden in het NPS-kunstprogramma Urbania werd genterviewd, memoreerde nog eens dat de Kunsthal in het begin met veel ddain werd bekeken. Wij begonnen met bijna niets. De Kunsthal kreeg 1,5 miljoen subsidie per jaar, tegen 14 miljoen voor het Boijmans.


Aan de opzet van de Kunsthal is in de afgelopen tien jaar weinig veranderd. Onze doelstelling was dingen op heel hoog niveau presenteren, maar wl dicht bij de mensen, aldus Van Krimpen. We mikten dus niet uitsluitend op het Volkskrant- en NRC-publiek, maar ook op lezers van bijvoorbeeld De Telegraaf en Het Algemeen Dagblad. Het voordeel van de Kunsthal is dat het geen vaste collectie heeft. Mensen willen ervaringen en belevenissen, en dan doet het er niet veel toe of je, zoals in het geval van de succesrijke tentoonstelling over Leonardo da Vinci, alleen maar facsimiles laat zien.
De Kunsthal is met zn onconventionele aanpak en programmering nog steeds het enfant terrible van de Nederlandse tentoonstellingswereld. In NRC Handelsblad van 2 november werd de houding van Van Krimpen n van diens opvolger Wim Pijbes nog eens gekarakteriseerd als een Pietje Bell-houding. Die laatste kwalificatie werd de NRC-journalist wellicht ingegeven door de (inmiddels zeer succesrijke) expositie Wonderland, die nog tot 5 januari te zien is. Wonderland over kinderboeken van Pietje Bell tot Harry Potter is een tentoonstelling die tot stand is gekomen in nauwe samenwerking met de Haagse Koninklijke Bibliotheek. Het is een tentoonstelling die, anders dan de beeldenexpositie van popart-kunstenaar Duane Hanson, het Boijmans of het Amsterdamse Stedelijk Museum niet zo snel zouden programmeren.

De KB organiseert geregeld kleinere tentoonstellingen uit of rondom haar collectie in het eigen pand pal naast het Haagse Centraal Station, maar voor deze tentoonstelling zou die ruimte veel te klein zijn.
Vanuit de centrale hal van de Kunsthal wordt de bezoeker van Wonderland op passende wegwijs gemaakt: tegen de zijmuur, die is beplakt met namaakgras, leidt een rij van tuinkabouters de bezoeker naar de tentoonstellingszaal, waarin een gezellig geroezemoes klinkt van kinderstemmen.
De muren van de tentoonstellingszaal zijn omgetoverd in gigantische boekenkasten, met vitrines waarin oude en minder oude kinderboeken zijn getaleerd. Het begint met oude uitgaven van de verzen van Hieronymus van Alphen, 19e eeuwse versies van de Fabels van La Fontaine en andere prentenboeken en klassiekers als De avonturen van de Baron van Mnchhausen en Gullivers reizen en eindigt met de onvermijdelijke Harry Potter en de (heropgeleefde) helden van De Kameleon. Mooi is de oplossing voor de nieuwsgierige die de oudere uitgaven zelf wil bekijken: op beeldschermen liggen ze leesklaar opengeslagen en met een enkele druk op een knop kun je de bladzijden omslaan.
De middenruimte van de zaal wordt ingenomen door een tiental grote kubussen, waarvan de buitenzijde is beplakt met afbeeldingen van het gekozen thema: van meisjes- en jongensboeken (omslagen uit bijna antieke series als de Kluitmanserie, de Witte Ravenpockets sieren de wanden van het paviljoen), via striphelden (Spiderman doet het blijkbaar even goed als Lambik uit de Suske & Wiske strips) tot avonturenverhalen en sprookjesboeken. Leuk is het paviljoen dat is gewijd aan griezelige figuren: het is van binnen volledig verduisterd zodat de enge figuren die dit paviljoen bevolken ook werkelijk eng worden. Leuk n leerzaam is het paviljoen waarin een gigantisch Electrospel is genstalleerd. Vermakelijk is het paviljoen dat met aluminiumfolie, namaakknoppen, stuurwielen en andere toeters en bellen en niet te vergeten enkele gigabeeldschermen is omgetoverd in een ruimteschip, genre Jules Verne.
Maar er klinken niet alleen elektronische stemmen van lezers en vertellers. In paviljoen K komen op vastgestelde tijden groepen kinderen en ouderen luisteren naar verhalenvertellers als Arnout Dalkman. Dalkman, cordinator van de Tori Academia, vertelt verhalen uit alle culturen, over de spin Anansi, over de Hodja, maar ook aloude verhalen die hij zelf ooit zijn opa in Schotland hoorde vertellen. Via verhalen reizen de kinderen de wereld rond, zegt Dalkman.
In een aparte ruimte, ingericht als een grote drukkerij, kunnen kinderen die genoeg gezien en gehoord hebben, een eigen boek in elkaar zetten. Wonderland past met andere woorden feilloos binnen het concept van de Kunsthal. Er valt genoeg te beleven en te ervaren voor zowel kinderen als volwassenen. De reacties? Leuk, is het enige wat een 5-jarige weet uit te brengen op de vraag wat hij ervan vindt. Leuk, zegt ook een 8-jarige. Wat hij hier herkent? De Kameleon, dat lees ik thuis ook, antwoordt hij. Harry Potter, daar vind ik niet veel aan. Opvallend genoeg is De Kameleon ook dat wat het wat oudere echtpaar in het enorme aanbod is opgevallen.
Sommige kinderboeken blijken van alle
tijden

Auteur: Pieter de Nijs
468

Reactie verzenden

Share This