Selecteer een pagina

Zorgen over creatieve toekomst van NDSM-werf

Algemeen
De kunstenaars en ondernemers op de voormalige NDSM-werf maken zich grote zorgen. Wordt hun vesting verkocht aan een projectontwikkelaar, en betekent dat het einde van deze creatieve broedplaats in Amsterdam? Of laten de huurders zich van hun beste ondernemerskant zien en krijgen zij de touwtjes in handen? Samen met VastgoedCultuurFonds trekt de ondernemersvereniging van het terrein, De Toekomst, ten strijde. MMNieuws sprak met Simon Rhebergen, voorzitter van De Toekomst, en Johan Leestemaker, adviseur van het VastgoedCultuurFonds.


Sinds het faillissement van de scheepswerf NDSM eind jaren 70 zijn ondernemers naar dit karakteristieke terrein aan de IJ-oever in Amsterdam-Noord getrokken. Het stadsdeel Amsterdam-Noord hoopte hiermee weer grootschalige scheepsbouw op het lege terrein te laten opbloeien. Bovendien vonden ondernemers hier een plek om hun ondernemingen van de grond te krijgen. Eind jaren 80 kwam ook Simor Rhebergen met zijn bedrijf Rhebergen Composiet Constructies hier terecht.

Gedurende de eerste jaren ging het goed met de scheepsbouw. Ook gingen er stemmen op om op het terrein woningen te bouwen, wat de ondernemers op het terrein wel zorgen baarde. Toch kwamen zij zelf niet tot grote acties. Het was Vervako, een bedrijf dat een grote scheepwerf op het terrein wilde vestigen, dat in actie kwam. Vervako kocht het terrein en de loodsen voor een gulden en kreeg het in erfpacht, waarbij de gemeente vijf jaar lang het recht tot terugkoop zou behouden. Er was veel ruimte op het terrein die eigenlijk niet verhuurd mocht worden, maar toch kwamen er kunstenaars op af die een werkplek zochten. Zon 15 jaar geleden kwamen dan ook de eerste onderhuurders op het terrein.

Toen de scheepswerf niet voldoende van de grond kwam, kocht de gemeente het terrein en de loodsen terug. In de twee jaar tijd die Vervako kreeg om het terrein na de overdracht leeg op te leveren ontstond er creativiteit op het terrein, onder andere het Over het IJ Festival, dat een versnelling gaf aan de ontwikkeling ervan. Ook de gemeente zag dat. Het stadsdeel schreef een prijsvraag uit voor de creatieve ondernemer die de NDSM-werf verder zou helpen ontwikkelen. Kunstenaarsinitiatief Kinetisch Noord diende een plan in voor de herontwikkeling van de werf en won. In 2002 presenteerde deze groep kunstenaars, theatermakers, skaters en architecten het Plan van Aanpak, dat zij samen schreven met het stadsdeel en de centrale stad, om dit terrein te ontwikkelen tot de grootste broedplaats van Nederland.

Project Kinetisch Noord
Miljoenen overheidssubsidie werden in het project van Kinetisch Noord gestoken. De werf zou zowel plek moeten bieden aan kunstenaars als zakelijke ondernemers, en er kwamen betaalbare ateliers en werkruimten. In n van de grootste loodsen op het terrein (20.000 m2) waar eerder scheepsbouw plaatsvond, ontwikkelde Kinetisch Noord een culturele broedplaats en voorzieningen voor theater en podiumkunsten, een skatepark en andere publieksevenementen. Deze wordt gewoonlijk de NDSM-loods of Cultuurloods genoemd. Daarnaast biedt de 84.000 m2 grote werf plek aan de Docklandshal (6.000 m2) en twee historische hellingbanen met daaronder ateliers en werkruimtes. Huurders ontwikkelden zelf ook projecten, zoals de beschilderde ateliers op het buitenterrein onder de naam Dazzleville, de Oostvleugel als onderdeel van de NDSM-loods met theaterwerkplaatsen en een voorstellingsruimte, en de Kunststad met gestapelde werkplaatsen en vrije kavels in de loods. Niet alleen kleine ondernemers maar ook grotere bedrijven als MTV en ID&T begonnen naar tot deze omgeving te trekken.

Intussen ging het initiatief Kinetisch Noord compleet voorbij aan de kunstenaars die al op de werf gevestigd waren. Middels verschillende rechtszaken moest zelfs voorkomen worden dat deze oorspronkelijke onderhuurders van het terrein weggestuurd zouden worden. Hierbij kwam de toen 50 leden tellende ondernemersvereniging van het terrein, De Toekomst, voor het eerst in actie. Vanaf dat moment vertegenwoordigde Stichting Kinetisch Noord de belangen van de kunstenaars die op het terrein huurden. Andere ondernemers op het terrein, waaronder Rhebergen, hadden hier weinig mee te maken en veel ondernemers van het eerste uur bevonden zich ook buiten de muur van Kinetisch Noord.

Financile problemen
De grote tekorten die in de loop der jaren in de financiering van de grote NDSM-loods ontstonden, ontgingen de huurders dan ook volledig. De huurschuld van de loods groeide tot een miljoen. Pas toen er geluiden opgingen dat het stadsdeel de loods wilde verkopen aan een andere partij dan de gemeente, en onder andere woningbouwcorporatie De Principaal in beeld kwam, gingen ook op de werf zelf de alarmbellen rinkelen. Toen pas begonnen de huurders te beseffen hun broedplaats in vreemde handen zou kunnen raken. De huurders hoorden pas afgelopen jaar over de financile tekorten van de stichting, aldus Rhebergen. Volgens hem bereikte hen tweenhalf jaar geleden wel het gerucht dat de gemeente de loods kwijt wilde, maar Kinetisch Noord was op dat moment nog sterk in opbouw en De Toekomst werd niet betrokken in de ontwikkelingen van de werf. Iedereen op de werf werkte op zijn eigen eilandje. De huurders vertrouwden er volgens hem op dat Kinetisch Noord goed voor hen zorgde.

Rhebergen denkt dat de verliezen zijn ontstaan door enerzijds de grootsbedachte manier van uitvoering door Kinetisch Noord, met een groot apparaat, en anderzijds door de onvoorziene brandweer- en milieueisen van de gemeente. Brandweereisen maakten de Docklandhal onbruikbaar, terwijl de huur wel doorbetaald moest worden, en na acht jaar meten op asbest is de hal nu definitief gesloten. Er ligt een groot feilen in het optreden van Kinetisch Noord, wat betreft de financiering, uitvoering en begeleiding van projecten en hun communicatie, of gebrek hieraan, tussen het bestuur en de gebruikers van de hal, zegt Rhebergen. Of de schuld te wijten is aan de bestuurders van de stichting vraagt hij zich af, aangezien het volgens hem mogelijk uit zakelijke onkunde voortkwam.

Samen sterk
In januari 2008 vroegen de huurders Johan Leestemaker van het VastgoedCultuurFonds (VCF) om op de NDSM-werf langs te komen. Het VCF investeert in de financiering van vastgoedprojecten en is n van de uitvoerders van de regeling Cultureel Beleggen. Deze regeling is bedoeld voor culturele instellingen om mensen binnen hun eigen organisatie en bezoekers en genteresseerden van buitenaf te mobiliseren rondom een instelling door ze een fiscaal cadeautje te geven, aldus Leestemaker.

Ondernemersvereniging De Toekomst, die uit haar slaap gewekt was om in actie te komen, groeide ondertussen naar 105 leden, met daaronder zowel kunstenaars als meer zakelijke ondernemers (80-20%). Maar er was nog steeds veel wantrouwen bij en verdeeldheid onder de huurders. De bewoners van de NDSM-loods waren vooral bezig met zelfbescherming. De gebruikers van de Oostvleugel met contracten van twintig jaar hadden inmiddels veel genvesteerd in hun plek. Ook de huurders van de Kunststad waren bezig met de eigen aankoop van hun locatie. Ondertussen was de Noordvleugel nog aan het onderhandelen met Kinetisch Noord. Het moeilijkste dat ik voor elkaar moet krijgen, is mensen duidelijk maken dat vanuit een welbegrepen zelfbelang het juist goed kan zijn een deel van je tijd te stoppen in samenwerking en het gemeenschappelijk formuleren van een aantal doelen, aldus Leestemaker.

Gaandeweg ontstond het idee bij allen dat het beste groots en gezamenlijk opgetreden kon worden. Er groeide betrokkenheid om over de aankoop van het hele terrein, en niet alleen de kunstloods, te praten. Verdeling van het terrein zou versplintering van de broedplaats opleveren, iets wat De Toekomst tegen wilde gaan. Toen de gemeente in mei de loods te koop aanbood, boden de huurders op de gehele broedplaats. Tot hun teleurstelling koos de gemeente voor De Principaal.

Nieuw plan
Er zou niks veranderen voor de Toekomst, zo werd Rhebergen verteld. De huurders zouden het recht tot terugkoop hebben vanaf de dag dat De Principaal de loods zou kopen. Rhebergen ziet de zin van verkoop aan De Principaal echter niet, als zij het vervolgens weer willen terugkopen. Volgens hem is samenwerking met de Toekomst daarnaast niet aantrekkelijk voor de Principaal, omdat het plan van deze projectontwikkelaar een enorme beperking van de broedplaats zou betreffen en volgens Rhebergen voor een groot deel een commercieel gebeuren is (verhuur in het hogere segment).

Henry Meijdam (onder andere voorzitter van de VROM-raad) werd er door Kinetisch Noord als zwaargewicht bijgehaald en naar voren geschoven. De huurders toonden aan hem hun interesse in een overname van de stichting, om zo de huurcontracten van Kinetisch Noord in bezit te krijgen en juridisch sterk te komen staan. Daarvoor zou de Toekomst de enorme schuld van Kinetisch Noord moeten aflossen en in de zomer een half miljoen euro bijeen moeten brengen.

Leestemaker gaf Meijdam ook aan dat hij het vreemd vond dat de huurrekening die het stadsdeel elke maand aan Kinetisch Noord presenteerde een enorm terrein omvatte dat helemaal niet verhuurbaar was. Leestemaker spreekt dan ook uit niet zo bang te zijn voor de werkelijke omvang van het tekort van Kinetisch Noord. Wat volgens hem bij alle doelstellingen van de Toekomst en het VCF wel van groot belang is, en zoals zal blijken ook lastig om te bereiken, is dat er een goede samenwerking tot stand moet komen met het stadsdeel.

(G)een kans voor cultureel ondernemerschap?
We worden nog steeds niet behandeld als een partij in het proces, zegt Rhebergen. Hoewel zij door zowel het Dagelijks Bestuur van het stadsdeel als andere betrokkenen steeds vaker aangeduid worden als stakeholder, worden zij volgens hem nog steeds niet serieus genomen als partij aan tafel. Er zou getwijfeld worden aan het draagvlak van de vereniging en aan de beheerbaarheid door de kunstenaars. Tot op heden is het bestuur van het stadsdeel, daarbij gesteund door wethouder Poelgeest van de Centrale Stad, niet bereid een serieus gesprek aan te gaan met de Toekomst als stakeholder, op gelijkwaardige basis. Met De Principaal, de mogelijke koper van het onroerend goed, is dat wel het geval, aldus Rhebergen. Rhebergen wil vooral graag aantonen dat de huidige huurders goed in staat zijn om te doen wat ze zeggen dat ze willen doen. Hij constateert dat er veel potentile belangstelling bestaat voor de financiering van de aankoop via het fonds. Wel heeft hij het gevoel ook hierin tegengewerkt te worden, bijvoorbeeld in het verkrijgen van de financile gegevens van de Stichting Kinetisch Noord. Deze gegevens heeft De Toekomst nodig om een cultuurverklaring te krijgen, die noodzakelijk is voor financiering middels de regeling Cultureel Beleggen. Tot nu toe lijkt De Toekomst er niet in geslaagd het stadsdeel te overtuigen. De verwerving van de broedplaats lijkt erg ver weg.

Auteur: Stefanie Weijsters redactie@mmnieuws.nl
468

Reactie verzenden

Share This